Toelichting bij COM(2020)456 - Moment van Europa: herstel en voorbereiding voor de volgende generatie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 27.5.2020


COM(2020) 456 final

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

Het moment van Europa: herstel en voorbereiding voor de volgende generatie

{SWD(2020) 98 final}


2.

Het moment van Europa: herstel en voorbereiding voor de volgende generatie


1.Inleiding

Europa en de wereld zijn door het coronavirus in het hart geraakt; onze gezondheidszorg en welvaartsstelsels, onze samenlevingen en economieën, onze manier van leven en samenwerken zijn zwaar op de proef gesteld. Mensen hebben dierbaren en hun baan verloren; toekomstplannen zijn gehuld in onzekerheid. Europa werd geconfronteerd met een volksgezondheidscrisis die zich al snel ontwikkelde tot de grootste economische crisis in onze geschiedenis. De onuitwisbare sporen die het virus zal achterlaten op het gebied van onze relaties, onze politiek en onze geopolitiek, zijn nu reeds zichtbaar. Zoals vaak het geval is, biedt tegenspoed evenwel ook kansen. Dit is het moment voor onze Europese Unie om weer op te staan en samen de schade berokkend door de crisis te herstellen en een betere toekomst voor de volgende generatie voor te bereiden.

Het is in ons aller belang te steunen wie het hardst getroffen is, onze interne markt te versterken en te investeren in onze gezamenlijke Europese prioriteiten. In onze Unie komt een euro die in één land wordt geïnvesteerd, ten goede aan allen. Een collectief en samenhangend herstel, waarbij de groene en de digitale transities versneld worden doorgevoerd, zal het concurrentievermogen, de veerkracht en de positie van Europa als wereldspeler alleen maar versterken. Daarom moet het herstel van Europa berusten op solidariteit, cohesie en convergentie. Geen enkele burger, regio of lidstaat mag aan zijn lot worden overgelaten.

Sinds het begin van de pandemie hebben de EU en de lidstaten ongekende maatregelen getroffen om levens en inkomens te beschermen. De EU heeft de inspanningen ondersteund die de lidstaten hebben geleverd om de gezondheidscrisis en de impact van de economische klap op te vangen. Zij heeft elke beschikbare euro van haar begroting gemobiliseerd om het virus te bestrijden. Zij heeft de flexibiliteit van de begrotings- en staatssteunregels volledig benut en “SURE” voorgesteld, een nieuw instrument om mensen te helpen hun baan te behouden.

Dat maakte deel uit van een eersteresponspakket, waaruit onmiddellijk ruim een half biljoen euro ter beschikking kan worden gesteld voor steun aan werknemers, kleine ondernemingen en de economie van de lidstaten. Samen met de door de Europese Centrale Bank genomen maatregelen verschaft deze respons van de EU de lidstaten tot dusver ongekende slagkracht om meest behoeftigen bij te staan. Het waren de juiste maatregelen, genomen op het juiste moment. Dit zal echter bijlange niet volstaan om onze economieën weer snel op gang te brengen.

Om de economie weer op de rails te krijgen, moet het vertrouwen terugkeren. Mensen moeten zich veilig voelen op de plaatsen waar zij werken, winkelen en samenkomen. Zij hebben behoefte aan zekerheid en geruststelling waar het gaat om hun inkomen en hun toekomst. Voorwaarden voor een herstel zijn het geleidelijk en duurzaam kunnen opheffen van de restricties, ons vermogen om met het virus te leven en een duidelijk inzicht in de situatie in heel Europa.

Een crisis zoals deze hebben we nooit eerder meegemaakt. Het is een disruptieve, voortdurend evoluerende crisis, waarvan vele effecten en aspecten zich op onverwachte of onvoorziene manieren zullen blijven manifesteren. Wat we nu al weten, is dat de kostprijs van de maatregelen die de EU en de lidstaten hebben moeten nemen om honderdduizenden slachtoffers te voorkomen, hoog is. Heel Europa is getroffen en door het stilleggen van de economie zijn, anders dan bij eerdere crisissen, banen, inkomens en gezonde bedrijven bedreigd.

Hoewel het in alle lidstaten om hetzelfde virus gaat, is het beeld zeer ongelijk wat de impact en het herstelpotentieel betreft. Landen en regio’s die economisch afhankelijk zijn van diensten die direct contact met de klant vereisen, van export of van een groot aantal kleine ondernemingen, zullen veel harder worden getroffen dan andere. En ofschoon alle lidstaten werknemers en bedrijven naar beste vermogen hebben ondersteund, is dat vermogen niet overal even groot. Dit dreigt te leiden tot een onevenwichtig herstel, een ongelijk speelveld en groter wordende verschillen. En het toont ook de noodzaak en de waarde van een Europese reactie aan.

De keuzes die wij vandaag maken, zullen bepalend zijn voor de toekomst van de volgende generatie. De massale investeringen die nodig zijn om onze economieën aan te zwengelen, moeten de last op hun schouders verlichten, niet verzwaren. Daarom moet het herstelplan voor de EU gericht zijn op het bouwen van een duurzamer, veerkrachtiger en eerlijker Europa voor de volgende generatie.

De uitdagingen van onze generatie – de groene en de digitale transities – zijn thans nog belangrijker dan voor de crisis. Via de hersteloperatie zullen wij beide transities, de groene en de digitale, versnellen. We zullen onze strategische autonomie vergroten en terzelfdertijd de voordelen van een open economie bewaren. We zullen onze partners overal ter wereld steunen en het voortouw nemen voor een nieuwe, krachtigere vorm van multilateralisme waaraan de wereld behoefte heeft.

Om deze buitengewone uitdaging het hoofd te bieden en ons voor te bereiden voor een betere toekomst, stelt de Commissie vandaag een nieuw herstelinstrument voor, “Next Generation EU” getiteld, binnen het raam van een herziene langetermijnbegroting voor de EU. Dit herstelplan voor Europa is goed voor in totaal €1,85 biljoen 1 om onze economie aan te zwengelen en Europa er weer bovenop te helpen.

Het herstel zal wellicht veel tijd vergen, maar de behoeften zijn onmiddellijk. Een snel akkoord over deze voorstellen zal een krachtig signaal uitzenden van Europese eenheid, solidariteit en eensgezindheid over de te volgen koers. Het Europese herstel is teamwerk, van eenieder van ons, van de sociale partners, het maatschappelijk middenveld, het bedrijfsleven, de regio’s, de lidstaten en de instellingen. Dit is het moment van Europa. En de gelegenheid om te laten zien waar we voor staan.

2.Ontleding van de economische crisis

Voor een goed begrip van wat er nodig is voor het Europese herstel is, om te beginnen, een duidelijk beeld van de huidige toestand vereist. Deze fase van de crisis leent zich door de onvermijdelijke onzekerheid ervan niet voor voorspellingen of definitieve conclusies. Wat wel al duidelijk is, is dat de economische vooruitzichten op tal van risico's wijzen en dat Europa een diepe, vernietigende en langdurige recessie te wachten staat als we nu niet doortastend handelen.

De beperkingen die zijn opgelegd om de verspreiding van het virus in te perken, hebben de economische bedrijvigheid vertraagd, en in sommige gevallen zelfs bijna geheel tot stilstand gebracht. Toeleveringsketens en productielijnen zijn ontregeld en de handel in goederen en diensten is onderbroken. De bestedingen van huishoudens en de particuliere investeringen hebben een historisch dieptepunt bereikt. De Europese economie en de meeste industriële ecosystemen draaien op een fractie van hun capaciteit.

Al deze factoren bijeen zullen naar verwachting leiden tot een forse krimp van de economie van de EU. De cijfers zijn grimmig en de omvang van de schade is ongekend. Volgens ramingen is het bruto binnenlands product (bbp) van de EU in het tweede kwartaal van 2020 gedaald met circa 15 % tegenover dezelfde periode van vorig jaar. Verwacht wordt dat de economie van de EU als geheel in 2020 ruim 7 % zal krimpen. Het ongunstigste scenario, met een tweede golf en uitgebreide lockdownmaatregelen, zou dit jaar echter tot een afname van het bbp met tot 16 % kunnen leiden.

Hoewel de verwachting is dat de economie in 2021 weer met groei zal aanknopen, zal de eerste fase van het herstel slechts partieel zijn en dat zal sterk worden gevoeld door de bevolking en de ondernemingen. Voor velen dreigt inkomensverlies en arbeidsonzekerheid. De voorspelling is dat de werkloosheid in de EU zal toenemen tot 9 % en jongeren, laaggeschoolden, uitzendkrachten en armere huishoudens disproportioneel hard zal treffen. Armoede en ongelijkheden zullen waarschijnlijk toenemen, en een sociaal, inclusief herstel is daarom van fundamenteel belang. Liquiditeit en toegang tot financiering zullen knelpunten blijven voor ondernemingen, in het bijzonder voor de kleinere. Het insolventierisico zal moeten worden beperkt om ergere secundaire effecten te voorkomen.

De economische impact van de crisis zal per sector sterk verschillen. Ondernemingen die diensten verstrekken waarvoor direct contact met de klant vereist is of werkplekken en klantenzones hebben waar veel personen aanwezig zijn, worden het hardst getroffen. Volgens eerste ramingen van de Commissie zouden de toeristische sector, de sociale economie en de creatieve en culturele ecosystemen hun omzet in het tweede kwartaal van 2020 met meer dan 70 % kunnen zien teruglopen. De textielsector, de transportsector, de energie-intensieve industriële sectoren en de sector van de hernieuwbare energie zullen eveneens klappen krijgen. Ecosystemen die een groter consumentenvertrouwen genieten, zoals de maakindustrie, de detailhandel of de gezondheidssector, zullen zich waarschijnlijk sneller herstellen, terwijl andere de economische klap misschien met vertraging zullen voelen.

De impact en het herstelpotentieel zijn eveneens afhankelijk van de demografische of economische structuur van elk land, waarbij landen met een groot aantal kleine en middelgrote ondernemingen bijvoorbeeld harder worden getroffen. Veel hangt ook af van het vermogen en de capaciteit om de schok op te vangen, met name met behulp van staatssteun. Dit heeft een aanzienlijk secundair effect op de interne markt en vergroot de verschillen en ongelijkheden tussen de lidstaten, wat zich uit in het feit dat de recessie in sommige landen bijna 10 % zal bedragen, terwijl dat elders gemiddeld 6 à 7,5 % zal zijn.

Het beeld dat hier wordt geschetst, en dat in de begeleidende behoeftenanalyse 2 nader wordt toegelicht, toont aan dat er behoefte is aan grootschalige investeringen en financiering. Het is in deze fase van de crisis onmogelijk te becijferen hoeveel er uiteindelijk moet worden geïnvesteerd. De extra publieke en particuliere investeringen die in 2021 en 2022 nodig zijn om Europa op het pad van duurzaam herstel te brengen, worden in de behoeftenanalyse evenwel geraamd op minstens €1,5 biljoen.

3.investeren in de volgende generatie

De behoeftenanalyse toont aan dat er snel massale investeringen nodig zijn, waaronder aanzienlijke publieke en particuliere investeringen op nationaal niveau. Indien dit aan elk land afzonderlijk wordt overgelaten, zou het herstel waarschijnlijk onvolledig, ongelijk en oneerlijk verlopen. In andere delen van de wereld is het risico daarop zeer reëel. In Europa, in onze Unie, waar mensen, bedrijven, economieën van elkaar afhankelijk zijn, verkeren wij echter in de unieke positie te kunnen investeren in een duurzaam herstel en een duurzame toekomst. Deze investering is een collectief goed voor onze gezamenlijke toekomst en laat de werkelijke, tastbare waarde van het lidmaatschap van de Unie zien.

De begroting van de EU, die is ontworpen met het oog op cohesie, convergentie en solidariteit, is een kant-en-klaar instrument. Zij is beproefd, transparant en betrouwbaar, en bedoeld om te investeren in gemeenschappelijk overeengekomen programma’s en prioriteiten en ervoor te zorgen dat investeringen terechtkomen bij wie extra steun nodig heeft om een achterstand goed te maken.

Daarom stelt de Commissie vandaag binnen het raam van een krachtige en moderne langetermijnbegroting voor de EU het nieuwe herstelinstrument Next Generation EU van €750 miljard voor. Het betreft een historisch en uniek voorstel dat de enorme proporties weerspiegelt van de uitdaging waarvoor we staan. In de begeleidende mededeling 3 en in de vandaag vastgestelde rechtshandelingen wordt uiteengezet hoe een en ander in zijn werk zal gaan. Dit zijn de hoofdpunten:

Waar komt het geld vandaan?

Het geld voor Next Generation EU zal worden bijeengebracht door het eigenmiddelenplafond tijdelijk op te trekken tot 2 % van het bruto nationaal inkomen van de EU. Daardoor zal de Commissie haar zeer sterke kredietrating kunnen gebruiken om voor Next Generation EU €750 miljard te lenen op de financiële markten.

De opgenomen middelen moeten via toekomstige EU-begrotingen worden terugbetaald, ten vroegste vanaf 2028 en ten laatste in 2058. Om dit op een eerlijke, collectieve manier te kunnen doen, zal de Commissie een aantal nieuwe eigen middelen voorstellen. Daarbij kan worden gedacht aan nieuwe eigen middelen op basis van het emissiehandelssysteem, een mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens en eigen middelen op basis van de activiteiten van grote ondernemingen. Een nieuwe digitale heffing, die voortbouwt op de werkzaamheden van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), behoort eveneens tot de mogelijkheden. De Commissie is een actief pleitbezorger van de besprekingen onder leiding van de OESO en de G20, en is bereid initiatief te nemen als er geen mondiale overeenkomst wordt bereikt. Deze voorstellen komen bovenop de voorstellen van de Commissie voor eigen middelen op basis van een vereenvoudigde belasting over de toegevoegde waarde en niet-gerecycleerde kunststoffen.

Naast Next Generation EU stelt de Commissie een herziene EU-begroting voor, ten bedrage van circa € 1 100 miljard voor de periode 2021-2027.

Hoe wordt het geld geïnvesteerd?

Het geld dat via Next Generation EU en de nieuwe EU-begroting wordt bijeengebracht, zal volledig naar EU-programma’s gaan. Elke euro aan investeringen zal dus beschikbaar worden gesteld om Europa er bovenop te helpen, om de groene en de digitale transities te versnellen en te bouwen aan een eerlijkere, veerkrachtigere samenleving. Dit betekent ook volledige transparantie en democratische verantwoording tegenover het Europees Parlement en de Raad. Het geld van Next Generation EU zal in drie pijlers worden geïnvesteerd, via €500 miljard aan subsidies en €250 miljard aan leningen aan de lidstaten.

De eerste pijler bestaat uit steun aan de lidstaten voor investeringen en hervormingen om de crisis aan te pakken:

üEen nieuwe faciliteit voor herstel en veerkracht, met een budget van €560 miljard, waaruit subsidies en leningen worden verstrekt. Deze dient om de lidstaten te ondersteunen bij de uitvoering van investeringen en hervormingen die essentieel zijn voor een duurzaam herstel. De lidstaten zullen hun eigen, op maat gesneden nationale herstelplannen opstellen op basis van de in het kader van het Europees Semester aangewezen investerings- en hervormingsprioriteiten, in lijn met de nationale klimaat- en energieplannen, de plannen voor een rechtvaardige transitie en de partnerschapsovereenkomsten en operationele programma’s in het kader van de EU-fondsen.

üEen nieuw initiatief, React-EU getiteld, dat extra cohesiesteun verschaft aan de lidstaten, met een budget van €55 miljard. Deze middelen zullen beschikbaar zijn vanaf 2020 en worden verdeeld volgens een nieuwe sleutel waarbij de impact van de crisis in aanmerking wordt genomen. Dit zal ervoor zorgen dat er geen onderbreking is in de financiering van cruciale crisisherstelmaatregelen en in de hulp aan de meest behoeftigen. De steun zal gaan naar werknemers en kleine en middelgrote ondernemingen, de gezondheidsstelsels en de groene en de digitale transitie, en is beschikbaar voor alle sectoren, van toerisme tot cultuur.

üOm de groene transitie te ondersteunen, stelt de Commissie voor het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling van extra middelen te voorzien. Ook de programma’s van het cohesiebeleid zullen in de komende EU-begrotingsperiode worden versterkt, onder andere om meer flexibiliteit toe te staan.

De tweede pijler behelst het aanzwengelen van de economie van de EU door particuliere investeringen te stimuleren.

üMet een nieuw instrument voor solvabiliteitssteun zullen particuliere middelen worden aangetrokken om noodsteun te verlenen aan gezonde bedrijven. De investeringen zullen worden gekanaliseerd naar ondernemingen in de ergst getroffen sectoren, regio’s en landen. Dit moet helpen het speelveld gelijk te trekken voor de lidstaten die minder ondersteuning in de vorm van staatssteun kunnen bieden. Het instrument kan operationeel zijn vanaf 2020 en zal beschikken over een budget van €31 miljard waarmee ernaar wordt gestreefd ruim €300 miljard aan solvabiliteitssteun vrij te maken. Er zullen richtsnoeren worden uitgewerkt om de investeringen af te stemmen op de EU-prioriteiten.

üDe Commissie stelt een upgrade voor van InvestEU, het vlaggenschipinvesteringsprogramma van de EU, waarbij de capaciteit meer dan verdubbeld zou worden.

üDaar bovenop zal binnen InvestEU een faciliteit voor strategische investeringen worden gecreëerd. Hiermee zal €150 miljard aan investeringen kunnen worden vrijgemaakt met de inbreng van €15 miljard uit Next Generation EU. Deze faciliteit zal investeren in het versterken van onze veerkracht en strategische autonomie inzake vitale technologieën en waardeketens.

De derde pijler heeft betrekking op lessen trekken uit de crisis:

üDe Commissie stelt voor een nieuw specifiek EU4Health-programma op te zetten, met een budget van €9,4 miljard. Het zal investeren in preventie, crisisparaatheid, de aanschaf van essentiële geneesmiddelen en uitrusting, en in het verbeteren van de gezondheidsresultaten op lange termijn. Een aantal andere belangrijke programma’s, met name rescEU en Horizon Europa, zal worden versterkt om lering te trekken uit de crisis.

üOm onze mondiale partners beter te ondersteunen, zal zowel het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking als het instrument voor humanitaire hulp worden versterkt.

Naast de drie pijlers van het herstelinstrument, stelt de Commissie tevens voor een aantal andere EU-begrotingsprogramma’s te versterken ten opzichte van wat in de Europese Raad in februari is besproken. Het gaat om het gemeenschappelijk landbouwbeleid, het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, het programma voor de eengemaakte markt en programma’s ter ondersteuning van de samenwerking op het gebied van belastingen en douane, de Connecting Europe Facility, Erasmus+, het programma Creatief Europa, het programma Digitaal Europa, het Europees Defensiefonds, het Fonds voor interne veiligheid, het Fonds voor asiel en migratie, het Fonds voor geïntegreerd grensbeheer en de pretoetredingssteun.

4.herstel en voorbereiding voor de volgende generatie: fundamentele beleidslijnen

Deze ontwrichtende en transformerende crisis is eerst en vooral een menselijke tragedie. De EU moet zich blijven inzetten voor de gezondheidsdimensie, maar ook voorrang geven aan de aanpak van de sociale dimensie, met name door uitvoering te geven aan de Europese pijler van sociale rechten. Wij moeten investeren in het beschermen en creëren van banen en in het bevorderen van onze concurrerende duurzaamheid door een billijker, groener en digitaler Europa tot stand te brengen. We moeten bij het herstellen van de kortetermijnschade van de crisis tegelijk in onze langetermijntoekomst investeren. Daartoe dient de EU nu met haar beleid blijk te geven van een doelgerichte en trefzekere aanpak.

4.1.De Europese Green Deal: de groeistrategie van de EU

De Europese Green Deal is Europa’s groeistrategie. Willen we het potentieel ervan optimaal benutten, dan is het van cruciaal belang dat Next Generation EU onze concurrerende duurzaamheid stimuleert. Herstelgerichte overheidsinvesteringen dienen in overeenstemming te zijn met het groene principe van “niet schaden”. Deze investeringen moeten stroken met de prioriteiten die zijn vastgesteld in het Europees Semester, de nationale energie- en klimaatplannen en de plannen voor een rechtvaardige transitie. De noodzaak van groene investeringen zal ook tot uitdrukking komen in de investeringsrichtsnoeren voor het nieuwe instrument voor solvabiliteitssteun. Een en ander zal worden ondersteund door de 25 % van de EU-begroting die wordt besteed aan klimaatinvesteringen en aanvullende middelen voor Horizon Europa, gezien de cruciale rol van onderzoek en innovatie bij de transitie naar een schone, circulaire, concurrerende en klimaatneutrale economie.

Voor het aantrekken van de nodige particuliere investeringen zijn langetermijnzekerheid en voorspelbaarheid van essentiële waarde. Dit gegeven benadrukt het belang van de klimaatwet en de toekomstige voorstellen voor ambitieuzere emissiereductiedoelstellingen voor 2030. De taxonomie voor duurzame financiering van de EU zal sturing geven aan de investeringen in Europa’s herstel, om ervoor te zorgen dat deze in overeenstemming zijn met onze langetermijnambities. Later dit jaar volgt ter ondersteuning daarvan een vernieuwde strategie voor duurzame financiering. Om te waarborgen dat maatschappelijke en milieubelangen volledig worden geïntegreerd in de bedrijfsstrategieën, komt de Commissie in 2021 met een nieuw initiatief op het gebied van duurzame corporate governance.

Deze inspanningen moeten ertoe bijdragen dat de Europese Green Deal een banenmachine wordt. Door de klimaat- en energiedoelstellingen voor 2030 te bereiken kan 1% aan het bbp worden toegevoegd en kunnen bijna 1 miljoen groene banen worden gecreëerd. Investeren in een meer circulaire economie kan tegen 2030 ten minste 700 000 nieuwe banen opleveren en de EU helpen om minder afhankelijk te worden van externe leveranciers en veerkrachtiger te reageren op problemen inzake de mondiale toelevering.

Het groene herstel moet niet alleen tot langetermijnzekerheid leiden, maar er ook toe bijdragen dat de Europese economie op lokaal niveau weer snel op gang komt. De komende renovatiegolf zal in het teken staan van het scheppen van werkgelegenheid in de bouw- en renovatiesector en andere arbeidsintensieve bedrijfstakken. Met regelgevende en financiële steun, zoals een verdubbeling in volume van het onderdeel duurzame infrastructuur in het kader van InvestEU, wordt beoogd jaarlijks minstens twee keer zoveel gebouwen te renoveren. De lidstaten zullen hiervoor ook gebruik kunnen maken van de middelen van de faciliteit voor herstel en veerkracht, overeenkomstig de prioriteiten die zijn vastgesteld in het kader van het Europees Semester of de nationale energie- en klimaatplannen. Dit draagt bij tot lagere energierekeningen, gezondere levensomstandigheden en minder energiearmoede.

In diezelfde geest zal de Commissie zich ook toeleggen op het aantrekken van investeringen in schone technologieën en waardeketens, met name door aanvullende financiering uit te trekken voor Horizon Europa. De nieuwe strategische investeringsfaciliteit zal investeren in technologieën die van belang zijn voor de transitie naar schone energie, zoals technologieën op het gebied van hernieuwbare energie en energieopslag, schone waterstof, batterijen, koolstofafvang en -opslag en duurzame energie-infrastructuur. Het werk van de Europese alliantie voor batterijen zal worden versneld en de nieuwe strategie en alliantie voor schone waterstof zal zorgen voor aansturing en coördinatie van de snelle opschaling van de productie en het gebruik van schone waterstof in Europa. Ook zal de Commissie voorstellen presenteren om het gebruik van hernieuwbare offshore-energie te stimuleren en het energiestelsel beter te integreren.

De crisis heeft ook duidelijk gemaakt dat vervoer een cruciale rol speelt; de onderbrekingen van de logistieke en transportroutes die zich bij alle vervoerswijzen voordoen, treffen onze waardeketens en economieën. Om meer banen te helpen creëren zal er ook worden ingezet op een versnelling van de productie en het gebruik van duurzame voertuigen en vaartuigen en alternatieve brandstoffen. De Connecting Europe Facility, InvestEU en andere fondsen zullen de financiering ondersteunen van de installatie van een miljoen laadpunten, de vergroening van het wagenpark van steden en bedrijven, duurzame vervoersinfrastructuur en de transitie naar schone stedelijke mobiliteit. Overheidsinvesteringen om het herstel van de vervoerssector aan te zwengelen moeten samengaan met toezeggingen van de sector om in groenere en duurzamere mobiliteit te investeren.

Het beschermen en herstellen van biodiversiteit en natuurlijke ecosystemen is essentieel om onze veerkracht te vergroten en nieuwe uitbraken en verspreiding te voorkomen. Dit maakt de onlangs vastgestelde EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030 en de toekomstige EU-bosstrategie dubbel zo belangrijk. In het kader van InvestEU zal dankzij een nieuw initiatief op het gebied van natuurlijk kapitaal en circulaire economie de komende tien jaar minstens €10 miljard worden gemobiliseerd.

Het gemeenschappelijk landbouwbeleid en de “van boer tot bord”-strategie zullen zowel onze boeren en landbouwsector ondersteunen, zodat zij floreren en ons blijven voorzien van het betaalbare, voedzame, veilige en duurzame voedsel dat we nodig hebben, als onze toeleveringsketens versterken en de problemen aanpakken die tijdens de crisis aan het licht zijn gekomen. Gezien de vitale rol die boeren en plattelandsgebieden spelen bij de groene transitie, stelt de Commissie nu voor het budget voor het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling met €15 miljard te versterken.

Het zijn veelal juist de mensen, regio’s en sectoren die het hardst door de crisis zijn geraakt, die zich nu sterker zullen moeten aanpassen. Daarom stelt de Commissie vandaag voor om het Fonds voor een rechtvaardige transitie te versterken met een aanvullend bedrag van €32,5 miljard. Deze middelen zullen worden gebruikt om de sociaal-economische impact van de transitie te verzachten, omscholing te ondersteunen, kmo’s te helpen nieuwe economische kansen te scheppen en in de schone-energietransitie te investeren. Ook werkt de Commissie aan voorstellen voor het opzetten van de nieuwe leenfaciliteit voor de overheidssector, die de derde pijler van het mechanisme voor een eerlijke transitie vormt. Deze faciliteit zal worden ondersteund met €1,5 miljard uit de EU-begroting en €10 miljard aan leningen van de Europese Investeringsbank.

4.2Een diepere en meer digitale interne markt

Door de pandemie en de consequenties ervan voor ons dagelijks leven en onze economieën is nog duidelijker geworden hoe belangrijk digitalisering is op alle economische en maatschappelijke gebieden in de EU. Dankzij nieuwe technologieën draaien onze bedrijven en openbare diensten nog en is handel mogelijk gebleven. Deze technologieën hebben ons geholpen om contact te houden, thuis te werken en het onderwijs van onze kinderen te ondersteunen.

Op de langere termijn leidt dit waarschijnlijk tot blijvende en structurele veranderingen op maatschappelijk en economisch gebied: meer telewerken, e-leren, e-handel en e-bestuur. Er is dan ook veel te zeggen voor de ontwikkeling van een universeel aanvaarde publieke elektronische identiteit (e-ID), waarmee op eenvoudige, betrouwbare en veilige wijze toegang zou kunnen worden verkregen tot grensoverschrijdende digitale overheidsdiensten.

Voor een digitaal herstel zijn vier elementen van cruciaal belang, doordat zij concurrerende innovatie stimuleren en gebruikers meer keuze bieden.

Ten eerste moeten we investeren in meer en betere connectiviteit. De snelle uitrol van 5G zal positieve overloopeffecten hebben voor de hele digitale samenleving en Europa’s strategische autonomie versterken. Dit is weer gunstig voor bredere inspanningen om infrastructuur tot stand te brengen die is berekend op opkomende en toekomstige processen en toepassingen. Ook ontstaat hierdoor de nodige bandbreedte voor gezondheidszorg, onderwijs, vervoer, logistiek en media, die nodig zijn voor onze veerkracht, ons concurrentievermogen en ons economisch herstel.

Ten tweede zullen we op strategische punten van de digitale toeleveringsketen onze industriële en technologische aanwezigheid moeten versterken. Nu duidelijk is gebleken hoe belangrijk connectiviteit en digitale technologieën zijn, worden we ook herinnerd aan het belang van de veiligheid van technologie. Dit bevestigt eens te meer dat Europa op cruciale punten technisch soeverein moet zijn en de open handel en de innovatiestroom in stand moet houden.

In die geest zal er met het oog op herstel worden gezorgd voor investeringen in strategische digitale capaciteiten en vaardigheden, met inbegrip van kunstmatige intelligentie, cyberbeveiliging, beveiligde communicatie, data- en cloudinfrastructuur, 5G- en 6G-netwerken, supercomputers, kwantumtechnologie en blockchain. Dit wordt een prioriteit van de faciliteit voor herstel en veerkracht, InvestEU en de strategische investeringsfaciliteit. De noodzaak van digitale investeringen zal ook tot uitdrukking komen in de investeringsrichtsnoeren voor het nieuwe instrument voor solvabiliteitssteun. Een en ander zal ook helpen bij het dichten van de digitale kloof in Europa, die tijdens de crisis nog duidelijker is geworden.

Ten derde moeten we een echte data-economie tot stand brengen, als motor voor innovatie en werkgelegenheid. Gegevens bieden bedrijven mogelijkheden om producten en diensten te ontwikkelen. Om die kansen optimaal te benutten, hebben we behoefte aan gemeenschappelijke Europese gegevensruimten voor belangrijke sectoren en gebieden, onder meer ter ondersteuning van het Europese bedrijfsleven, de uitvoering van de Europese Green Deal, gezondheidszorg, mobiliteit en openbaar bestuur.

Om hier gestalte aan te geven, zal de Commissie wetgevende maatregelen inzake het delen en beheren van gegevens nemen teneinde te helpen bij het opzetten van de juiste structuren voor het delen van gegevens tussen lidstaten en sectoren, het slechten van barrières voor digitale handel en het klaarstomen van een concurrerend Europa dat zich in de wereldeconomie van de 21e eeuw staande kan houden. Hierdoor wordt het gemakkelijker om gemeenschappelijke gegevensruimten te creëren en de governance op gebieden als gegevensoverdraagbaarheid of -toegang te versterken. Vervolgens zullen in een gegevenswet de voorwaarden voor betere toegang tot en controle op industriële gegevens worden vastgesteld. De Commissie zal ook voorstellen om hoogwaardige datasets van de overheid in het algemeen belang beschikbaar te stellen, door de toegang voor onderzoek, innovatie en kmo’s te verruimen.

Ten vierde is het zaak voor een eerlijker een eenvoudiger ondernemingsklimaat te zorgen. De langdurige lockdown heeft een krachtige impuls gegeven aan internetwinkelen en online bedrijfsmodellen. Deze trend zal de komende maanden en jaren alleen nog aan snelheid winnen; meer en meer bedrijven zullen digitaal zaken gaan doen. De onlineomgeving wordt momenteel echter door een aantal grote platforms gedomineerd. Hun positie en hun ruimere toegang tot belangrijke gegevensbronnen hebben gevolgen voor de mate waarin kleinere Europese bedrijven kunnen starten, doorgroeien of profiteren van de interne markt.

Deze kwesties moeten worden aangepakt, wil Europa maximaal profiteren van het digitaal herstel. Tegen die achtergrond is het een van de doelen van de nieuwe wet inzake digitale diensten het rechtskader voor digitale diensten te verbeteren en duidelijke regels voor onlineplatforms vast te stellen. Dit instrument zal meer zekerheid voor online consumenten scheppen, misbruik van marktmacht door platforms voorkomen en een eerlijke markt met gelijke kansen voor kleinere ondernemingen waarborgen.

Ook moeten we ernaar streven de administratieve lasten te verlichten en het gemakkelijker te maken voor bedrijven, en met name voor kmo’s, om gebruik te maken van digitale instrumenten, zoals e-handtekeningen. Zij moeten worden ondersteund om gemakkelijker toegang tot gegevens te krijgen en de administratieve rompslomp te kunnen verminderen door middel van digitale oplossingen, bijvoorbeeld voor overeenkomsten. Het gebruik van centrale steunpunten en de vereenvoudiging van online administratieve procedures moeten worden aangemoedigd.

Er zal voorrang worden gegeven aan de digitalisering van overheidsopdrachten, onder meer via de ontwikkeling van nationale e-aanbestedingssystemen en -platforms. Dit wordt ondersteund door de volledige toepassing van het vennootschapsrechtpakket, om de digitalisering en mobiliteit van ondernemingen te vereenvoudigen, en van de centrale digitale toegangspoort.

De laatste weken constateerden we ook een buitengewone toename van het aantal kwaadaardige aanvallen vanuit meerdere bronnen, waarbij werd geprobeerd de door de pandemie veroorzaakte ontregeling te benutten voor criminele of geopolitieke doeleinden. Door de digitale capaciteiten van de rechtshandhavingsinstanties te verbeteren, blijft het mogelijk burgers doeltreffend te beschermen. De digitalisering van rechtsstelsels kan de toegang tot de rechter en het ondernemingsklimaat verbeteren.

In het kader van een nieuwe cyberbeveiligingsstrategie zal worden onderzocht hoe samenwerking, kennis en capaciteit op EU-niveau kunnen worden gestimuleerd. Deze strategie zal Europa ook helpen om zijn industriële capaciteiten en partnerschappen te versterken en de opkomst van kmo’s op dit gebied bevorderen. In datzelfde kader passen ook de herziening van de richtlijn inzake de beveiliging van netwerk- en informatiesystemen en een voorstel voor aanvullende maatregelen inzake de bescherming van kritieke infrastructuur. Gepaard aan de lopende werkzaamheden op het gebied van cyberbeveiliging als onderdeel van de EU-veiligheidsunie zorgt dit voor grotere capaciteit in de lidstaten en een krachtige impuls aan de algemene cyberbeveiliging van de EU.

4.3.Een eerlijk en inclusief herstel

Deze crisis is een menselijke tragedie. Europa moet alles in het werk stellen om ervoor te zorgen dat wat als een pandemie begon en vervolgens een economische noodsituatie werd, niet op een regelrechte sociale crisis uitloopt. Miljoenen mensen in de EU zijn hun baan kwijt of vallen onder een regeling voor arbeidstijdverkorting en gezien de hoge mate van onzekerheid zou het werk van miljoenen anderen in gevaar kunnen zijn.

Wij zullen steeds proberen steun te bieden om ervoor te zorgen dat mensen hun baan behouden en er nieuwe banen bijkomen. Op de korte termijn komt via het nieuwe tijdelijke instrument ter beperking van het risico op werkloosheid in noodsituaties (SURE) €100 miljard beschikbaar om werknemers te helpen hun inkomen te behouden en ervoor te zorgen dat bedrijven overeind blijven en hun personeel in dienst kunnen houden. Wanneer de Commissie in de toekomst een permanent instrument voorstelt, zal zij hierop voortbouwen en ook putten uit de ervaringen met de nieuwe regelingen voor arbeidstijdverkorting die in tal van lidstaten in het leven zijn geroepen.

Het nieuwe instrument voor solvabiliteitssteun zal ertoe bijdragen dat bedrijven blijven draaien en mensen werk houden. Met het nieuwe pan-Europese garantiefonds van de Europese Investeringsbank zal steun kunnen worden verleend aan kmo’s, die ongeveer twee derde van de beroepsbevolking in de EU werk verschaffen. De regio’s die het zwaarst door de crisis zijn getroffen, zullen aanspraak kunnen maken op snelle en flexibele steun in het kader van het nieuwe initiatief React-EU. Op de middellange tot lange termijn zullen inspanningen om de werking van de interne markt volledig te herstellen en de investering via Next Generation EU zorgen voor nieuwe banen in de hele economie en met name in het kader van de groene en digitale transities.

Alle deze maatregelen zijn gericht op een eerlijk en inclusief herstel. De ongelijkheden en verschillen die door de crisis aan het licht zijn gekomen of verergerd, moeten worden aangepakt en de territoriale cohesie moet worden bevorderd. Het uitgangspunt is solidariteit: tussen mensen, generaties, regio’s en landen. Dat vraagt om nauwe samenwerking met de sociale partners, het maatschappelijk middenveld en andere belanghebbenden. Daartoe blijven wij koersen op de Europese pijler van sociale rechten.

De EU zal waarborgen dat het herstel in het teken van gelijkheid staat. Een welvarend en sociaal Europa is afhankelijk van ons allemaal, ongeacht geslacht, ras of etnische afstamming, godsdienst of overtuiging, beperking, leeftijd of seksuele geaardheid. Dit is des te belangrijker in een crisis die een aantal groepen in de maatschappij onevenredig hard heeft getroffen.

Het is van cruciaal belang voor het herstel om te waarborgen dat alle werknemers in de EU een fatsoenlijk inkomen hebben. Een passend minimumloon helpt kwetsbare werknemers om een financiële buffer op te bouwen in goede tijden en beperkt de inkomensdaling in slechte tijden. Aangezien vrouwen zijn oververtegenwoordigd in tal van banen in de frontlinie en daarvoor ook nog eens worden onderbetaald, is het des te belangrijker de genderloonkloof te dichten, onder meer door maatregelen die tot loontransparantie verplichten.

Krachtiger ondersteuning van jeugdwerkgelegenheid zal jongeren helpen een baan te vinden of een opleiding of onderwijs te gaan volgen, terwijl een sterke sociale economie de meest kwetsbare mensen unieke kansen kan bieden om weer tot de arbeidsmarkt toe te treden.

Het virus raakt ook ouderen bijzonder pijnlijk: zij worden het hardst door het virus getroffen en zijn thuis het sterkst op zichzelf teruggeworpen. De Commissie zal bij haar toekomstige werk op het gebied van ouderen en personen met een beperking rekening houden met de ervaring die is opgedaan bij en de lessen die zijn geleerd uit de crisis. Aan de andere kant van het spectrum moeten we ook de gevolgen van de crisis voor kinderen beperken. De Commissie zal in 2021 de Europese kindergarantie voorstellen om ervoor te zorgen dat alle kinderen toegang hebben tot basisdiensten als gezondheidszorg en onderwijs.

Het herstel van Europa zal iedereen ten goede komen en iedereen zal eraan moeten bijdragen. Om ervoor te zorgen dat solidariteit en billijkheid centraal staan bij het herstel, zal de Commissie de strijd tegen belastingfraude en andere oneerlijke praktijken opvoeren. Dat zal de lidstaten helpen om de belastinginkomsten te genereren die nodig zijn om het hoofd te bieden aan de grote uitdagingen van de huidige crisis. Een gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting zou betekenen dat bedrijven hun vennootschapsbelasting in de EU op basis van één pakket regels kunnen berekenen. Belastingvereenvoudiging kan het ondernemingsklimaat verbeteren en bijdragen tot economische groei.

De crisis stelt onze socialezekerheidsstelsels op de proef en brengt lacunes in de geboden dekking – bijvoorbeeld voor zelfstandigen – aan het licht, die met de nodige investeringen moeten worden aangepakt. Dat is met name het geval voor platformwerkers, die vaak buiten de werkingssfeer van de EU-arbeidswetgeving vallen en dus toegang moeten krijgen tot eerlijke arbeidsvoorwaarden en adequate sociale bescherming.

Nu Europa de weg naar het herstel inslaat, in de richting van een groenere, digitale en veerkrachtigere economie en samenleving, wordt de behoefte aan betere en aangepaste vaardigheden, kennis en competenties des te groter. De crisis heeft ook het belang van digitale vaardigheden voor communicatie en werk aangetoond, zowel voor kinderen, studenten, leerkrachten en opleiders als voor ons allemaal. De Commissie zal met een vaardighedenagenda voor Europa en een geactualiseerd actieplan voor digitaal onderwijs komen.

De lockdown van de samenleving veroorzaakte ook angst en leed bij slachtoffers van huiselijk geweld en misbruik, waarvan het aantal gevallen aantoonbaar is gestegen. De EU zal alles in het werk stellen om gendergerelateerd geweld te voorkomen en te bestrijden, slachtoffers van dit soort strafbare feiten te steunen en te beschermen, en daders voor hun misbruik ter verantwoording te roepen. In de strategie voor de rechten van slachtoffers zal bijzondere aandacht uitgaan naar de specifieke behoeften van slachtoffers van gendergerelateerd geweld.

5.Bouwen aan een veerkrachtigere Unie en eengemaakte markt

De pandemie heeft ons herinnerd aan de onderlinge afhankelijkheid van onze economieën en het belang van een volledig functionerende eengemaakte markt. Al bijna dertig jaar profiteren de lidstaten gezamenlijk van de voordelen van de eengemaakte markt. Voor sommige lidstaten is de handel binnen de EU goed voor meer dan 70 % van hun uitvoer. Onze industriële ecosystemen zijn steeds meer onderling geïntegreerd en geconnecteerd. Onderzoek, engineering, fabricage, assemblage en onderhoud zijn vaak verspreid over verschillende delen van Europa, waardoor bedrijven concurrerender kunnen zijn en zich kunnen richten op datgene waar zij het beste in zijn. Dit is precies wat nodig is voor een Europees herstel.

De crisis heeft ook schade toegebracht aan ons productieweefsel en heeft cruciale toeleveringsketens getroffen. Een verstoorde productie en daling van de vraag in de ene lidstaat zal aanzienlijke gevolgen hebben in andere lidstaten. Als daar niets aan wordt gedaan, kan dit leiden tot sluitingen en banenverlies en zal het uiteindelijk ons concurrentievermogen en de snelheid van het herstel in andere lidstaten belemmeren. Gezien de omvang en de aard van dit vraagstuk, past alleen een Europees antwoord.

Eerst moeten we ervoor zorgen dat onze eengemaakte markt weer naar behoren functioneert. De pandemie heeft een zware klap toegebracht aan drie van de vier vrijheden: vrij verkeer van personen, van goederen en van diensten. Na aanvankelijke moeilijkheden zijn krachtige maatregelen genomen om het vrije verkeer van goederen en producten te garanderen, zodat supermarkten open konden blijven en veel van onze fabrieken konden blijven draaien. Het vrije verkeer van personen is van essentieel belang geweest om werknemers in de vervoerssector, seizoenswerkers en andere werknemers in staat te stellen de toeleveringsketens draaiende te houden.

Deze maatregelen hebben een basisbedrijfscontinuïteit mogelijk gemaakt, maar voor echt herstel moeten alle vier de vrijheden opnieuw volledig van kracht zijn. Wij moeten onverminderd de regelgevingslast terugdringen, de internemarktregels vereenvoudigen en ervoor zorgen dat zij ten volle worden gehandhaafd en uitgevoerd. De nieuwe taskforce voor de handhaving van de eengemaakte markt zal van essentieel belang zijn voor het opsporen en aanpakken van belemmeringen die ontstaan door een onjuiste toepassing of handhaving. De taskforce zal instaan voor de volledige uitvoering van het in maart goedgekeurde actieplan voor de handhaving van de eengemaakte markt.

De Commissie stelt een nieuw instrument voor om het gelijke speelveld te handhaven en de eengemaakte markt verder te laten functioneren, het instrument voor solvabiliteitssteun, dat steun moet bieden aan gezonde ondernemingen die nu een risico lopen door de economische stillegging. Die ondernemingen zouden gemakkelijker en sneller toegang tot financiering moeten kunnen krijgen. Hieruit blijkt duidelijk het belang van de voltooiing van de kapitaalmarktenunie en de bankenunie, die een sleutelrol spelen bij de verdieping van de economische en monetaire unie. Dat zal bijdragen tot economische en financiële stabiliteit tijdens de herstelperiode en een grotere weerbaarheid tegen toekomstige schokken. Na de crisis zal de Commissie ook haar conclusies in verband met de evaluatie van de economische governance trekken.

Ook het EU-mededingingskader is door de crisis op de proef gesteld, maar is snel aangepast om vooral onontbeerlijke nationale ondersteuning in de vorm van staatssteun mogelijk te maken. Tegelijkertijd is het van belang dat deze tijdelijke vormen van flexibiliteit niet leiden tot langdurige fragmentering van de eengemaakte markt. Het mededingingsbeleid van de EU is van essentieel belang voor een gelijk speelveld in de hedendaagse economie. Het stimuleert innovatie en biedt de consumenten een ruimere keuze, brengt het beste in onze bedrijven naar boven en zorgt ervoor dat zij wereldwijd kunnen meedoen in de markt. Terwijl Europa de weg naar het herstel inzet en versneld werk maakt van de dubbele transitie, moet het ervoor zorgen dat de mededingingsregels geschikt blijven voor de hedendaagse wereld. Daartoe wordt het EU-mededingingskader momenteel door de Commissie geëvalueerd.

De crisis heeft ook een aantal zwakke punten aan het licht gebracht en ging gepaard met een aanzienlijke toename van bepaalde strafbare feiten, zoals cybercriminaliteit. Hieruit blijkt de noodzaak om de EU-veiligheidsunie te versterken. In het kader hiervan zal de strategie voor de EU-veiligheidsunie deze problemen aanpakken en voortbouwen op de werkzaamheden voor een veilige interne markt en samenleving.

De crisis heeft ook de asielstelsels van de lidstaten en het grensbeheer in de Europese Unie zwaar onder druk gezet. Met het nieuwe migratie- en asielpact zal worden gestreefd naar een doeltreffender en eerlijker EU-beheer van asiel, migratie en grenzen, met voldoende flexibiliteit om te kunnen reageren op crises.

5.1.Open strategische autonomie en sterke waardeketens

De crisis heeft ook duidelijk gemaakt dat Europa op een aantal gebieden meer veerkracht moet hebben om zich te beschermen tegen toekomstige schokken en om die te voorkomen en het hoofd te bieden. Wij zullen ons altijd blijven inzetten voor open en eerlijke handel, maar wij moeten ons bewust zijn van de noodzaak om minder afhankelijk te zijn en de voorzieningszekerheid te versterken, met name voor zaken als farmaceutische bestanddelen of grondstoffen.

Daartoe moet Europa focussen op een versterking van haar strategische autonomie, economische zekerheid en potentieel voor het scheppen van banen. De Commissie stelt een nieuwe faciliteit voor strategische investeringen voor ter ondersteuning van grensoverschrijdende investeringen om Europese strategische waardeketens te helpen versterken en opbouwen. Zij zal stimulansen bieden voor Europees leiderschap op industrieel en zakelijk gebied binnen een aantal belangrijke ecosystemen, met name die welke in verband staan met de gelijktijdige groene en digitale transitie. Op die manier zal de eengemaakte markt worden versterkt en de nieuwe industriële strategie van de EU 4 worden ondersteund, en zal worden bijgedragen aan een meer circulaire economie.

Een nieuwe farmaceutische strategie zal een antwoord bieden op de risico’s die tijdens de crisis aan het licht zijn gekomen en die de strategische autonomie van Europa bedreigen. Zij zal tevens de opbouw ondersteunen van aanvullende farmaceutische fabricage- en productiecapaciteit in Europa.

Met de transitie naar klimaatneutraliteit dreigt de afhankelijkheid van beschikbare fossiele brandstoffen te verschuiven naar een afhankelijkheid van andere niet-energetische grondstoffen, waarvoor de wereldwijde concurrentie al in stijgende lijn gaat. Afvalpreventie, het stimuleren van recycling en een toenemend gebruik van secundaire grondstoffen kunnen die afhankelijkheid helpen verminderen. Dankzij nieuwe investeringen in recycling zullen meer strategische secundaire grondstoffen beschikbaar zijn. In een nieuw actieplan inzake kritieke grondstoffen zal ook worden bekeken hoe cruciale markten voor e-mobiliteit, batterijen, hernieuwbare energie, farmaceutische producten, de lucht- en ruimtevaart, defensie en digitale toepassingen op een duurzame manier kunnen worden versterkt. Dit zal worden ondersteund door de volledige tenuitvoerlegging van het actieplan voor de circulaire economie.

Mondiale handel en zijn geïntegreerde waardeketens zullen fundamentele aanjagers van groei blijven en zullen van essentieel belang zijn voor het herstel van Europa. Vanuit die gedachte zal Europa een model van open strategische autonomie nastreven. Dat houdt in dat een nieuw systeem van mondiaal economisch bestuur wordt vormgegeven en dat wederzijds voordelige bilaterale betrekkingen worden ontwikkeld, terwijl we ons tegelijkertijd beschermen tegen oneerlijke praktijken en misbruik. Dat zal ons ook helpen de mondiale toeleveringsketens te diversifiëren en te consolideren om ons te beschermen tegen toekomstige crises, en zal bijdragen tot een versterkte internationale rol voor de euro. De EU zal in dit verband overgaan tot een toetsing van het handelsbeleid met het oog op de continuïteit van de wereldwijde goederen- en dienstenstromen en een hervorming van de Wereldhandelsorganisatie.

Tegelijkertijd moet de EU ook haar strategische activa, infrastructuur en technologieën beschermen tegen buitenlandse directe investeringen die de veiligheid of de openbare orde in gevaar kunnen brengen. Zij zal dit doen via een versterkt screeningmechanisme voor buitenlandse directe investeringen. In deze crisis dreigen overheidssubsidies van derde landen het speelveld in de eengemaakte markt ongelijker te maken. Hierop zal worden ingegaan in het weldra te verschijnen witboek van de Commissie over een instrument voor buitenlandse subsidies. Daarnaast is een snel akkoord over het voorgestelde instrument voor internationale overheidsopdrachten essentieel ter versterking van het vermogen van de EU om met haar partners te onderhandelen over wederkerigheid en openstelling van de markt.

Mochten de verschillen in klimaatambities in de wereld een rol blijven spelen, dan zal de Commissie, volledig in overeenstemming met de WTO-regels, in 2021 een mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens voorstellen om het risico van koolstoflekkage te beperken. Dit zou een nieuw eigen middel voor de EU-begroting zijn, dat kan bijdragen aan de toekomstige terugbetaling van middelen die worden bijeengebracht voor Next Generation EU.

5.2.Betere coördinatie op het gebied van volksgezondheid en een versterkte crisisbeheersing

De volksgezondheidscrisis waar onze Unie momenteel mee wordt geconfronteerd, heeft de kracht, de deskundigheid en de moed van de Europese gezondheidswerkers voor het voetlicht gebracht. Onze gezondheidsstelsels, die tot de beste en meest toegankelijke van de wereld blijven behoren, zijn echter onder zware druk komen te staan. Meteen na het ontstaan van de crisis is ook de coördinatie tussen de lidstaten op het gebied van gezondheidszorg op de proef gesteld.

Daarom zal de Commissie, om te zorgen voor een betere gezamenlijke paraatheid voor toekomstige gezondheidscrises, voorstellen het Europees Geneesmiddelenbureau meer armslag te geven bij de monitoring van de productie en de levering van essentiële geneesmiddelen in de EU om tekorten te voorkomen. Zij zal tevens het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC) een grotere rol geven bij het coördineren van het toezicht, de paraatheid en de reactie inzake gezondheidscrises.

Ook moet het Europees regelgevingskader op het gebied van gezondheid worden versterkt en moet meer worden gebruikgemaakt van gezamenlijke aanbestedingen voor medische benodigdheden. Op die manier zouden lessen worden getrokken uit de crisis, te beginnen met het plaatsen van een opdracht voor vaccins op zeer korte termijn. Wij zullen ook voorstellen om een Europese ruimte voor gezondheidsgegevens tot stand te brengen om de uitwisseling van gezondheidsgegevens te bevorderen en onderzoek te ondersteunen, met volledige eerbiediging van de gegevensbescherming.

Veerkrachtigere gezondheidsstelsels vergen passende investeringen en financiële steun die past bij hun leidende rol. De Commissie stelt vandaag een op zichzelf staand EU4Health-programma voor dat de lidstaten en de EU moet ondersteunen bij de opbouw van capaciteit en paraatheid voor toekomstige gezondheidscrises. Het zal bijdragen tot de verwezenlijking van een langetermijnvisie voor goed presterende en veerkrachtige gezondheidsstelsels, met name door te investeren in ziektepreventie en -bewaking en door de toegang tot gezondheidszorg, diagnose en behandeling te verbeteren.

Onderzoek en innovatie zullen van cruciaal belang zijn om onze kennis over ziekten, behandelingen en vaccins te vergroten en onze autonomie en leiderschap in waardeketens te versterken. Daarom stelt de Commissie in het kader van de volgende langetermijnbegroting voor Horizon Europa te versterken met het oog op de ondersteuning van onderzoek en innovatie in de gezondheidszorg, de uitbreiding van klinische proeven, een betere toegang tot onderzoeksinfrastructuur en de stevige verankering van gedegen wetenschappelijk onderzoek in het beleidsproces.

De huidige crisis heeft ook duidelijk gemaakt dat er behoefte is aan coördinatie en crisisrespons op Europees niveau. Hoewel de coördinatie tussen de lidstaten na een moeilijke start snel op gang is gekomen, moeten uit de crisis lessen worden getrokken. Dit vergt een sterkere crisisparaatheid en crisisbeheersing voor toekomstige scenario’s.

De Commissie stelt vandaag voor om rescEU te versterken met het oog op de opbouw van een permanente capaciteit om met alle soorten noodsituaties te kunnen omgaan. Dit zal leiden tot een versterkte capaciteit om te investeren in infrastructuur voor noodhulp, vervoerscapaciteit en noodhulpteams. In dat kader zullen ook reserves van essentiële voorzieningen en uitrusting op EU-niveau worden opgebouwd die kunnen worden ingezet bij ernstige noodsituaties.

Ook is gebleken dat er behoefte is aan een snelle, flexibele en gecoördineerde EU-respons op crises. In dit verband stelt de Commissie voor haar noodhulpinstrumenten te versterken en flexibeler te maken zodat middelen indien nodig snel en op de vereiste schaal kunnen worden ingezet. Dit heeft onder meer betrekking op het Europees Solidariteitsfonds en het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering. Ook de reserve voor solidariteit en noodhulp zal aanzienlijk worden versterkt om snel te kunnen reageren op crises binnen en buiten de EU.

6.Een herstel dat uitgaat van de waarden en grondrechten van de EU

De crisis stelt de Europese levenswijze op de proef. Om levens te helpen redden, zijn een aantal van onze vrijheden beperkt. Essentiële onderdelen die onze samenleving laten functioneren, zijn in veel gevallen tijdelijk stilgezet. Onze democratische veerkracht is beproefd. Europa mag echter nooit concessies doen als het om zijn waarden gaat. Het herstel moet zijn gebaseerd op de grondrechten en de volledige eerbiediging van de rechtsstaat.

In het licht van de crisis moesten alle lidstaten noodmaatregelen treffen. De Commissie heeft van meet af aan duidelijk gemaakt dat noodmaatregelen strikt evenredig en qua duur en aard beperkt moeten zijn. Al dergelijke maatregelen moeten regelmatig worden getoetst en alle rechten moeten volledig worden geëerbiedigd.

De crisis heeft ook een aantal zwakke punten in de rechtsstaat aan het licht gebracht. Deze varieerden van de zware belasting van de rechtsstelsels tot de ontoereikende capaciteit om de institutionele checks-and-balances doeltreffend te laten werken. De media en het maatschappelijk middenveld werden geconfronteerd met nieuwe belemmeringen voor hun rol in het democratische debat. In het jaarverslag over de rechtsstaat van de Commissie zal hier met betrekking tot alle lidstaten nader op in worden gegaan. Het voorstel van de Commissie voor een verordening om de EU-begroting te beschermen tegen algemene tekortkomingen op het gebied van de rechtsstaat zal ook een belangrijk aspect zijn.

De crisis heeft ook duidelijk bedreigingen voor onze democratie aan het licht gebracht. Zij ging vergezeld van een nieuwe “infodemie”, veroorzaakt door degenen die erop uit zijn de publieke ruimte te manipuleren en valse boodschappen, propaganda en haatberichten te verspreiden. De Commissie zal een oplossing zoeken voor de meest directe problemen op het gebied van desinformatie in verband met de pandemie en daarbij de vrijheid van meningsuiting waarborgen en de media ondersteunen en tevens gebruik maken van het Europees actieplan voor democratie, om daaruit lering te trekken en veerkracht op te bouwen voor de toekomst.

Uit dit alles blijkt dat onze democratie meer dan ooit moet worden versterkt en gekoesterd. Mensen meer inspraak geven waar het gaat om hun eigen toekomst, is daartoe de eerste stap. Via de conferentie over de toekomst van Europa zouden burgers een leidende en actieve rol moeten spelen bij het bepalen van onze prioriteiten en ons ambitieniveau voor de opbouw van een veerkrachtiger, duurzamer en eerlijker Europa.

7.Een sterker Europa in de wereld

De pandemie en de economische crisis zullen de wijze waarop wereldmachten en partners met elkaar omgaan, opnieuw gestalte geven. De dreiging van een potentiële erosie en versplintering van de wereldorde is aanzienlijk toegenomen. Tegelijkertijd vormt een virus dat geen grenzen kent een gemeenschappelijke uitdaging en een sterk en dwingend argument vóór een krachtiger multilateralisme en op regels gebaseerde internationale orde. Meer dan ooit vragen mondiale uitdagingen om internationale samenwerking en gemeenschappelijke oplossingen.

Onze onderlinge banden moeten voortdurend worden onderhouden, willen wij ons aanpassen aan nieuwe realiteiten en de ontwrichtende ontwikkelingen van de 21e eeuw het hoofd kunnen bieden. De wereld moet voorkomen dat er een mondiale wedloop ontstaat om als beste de toppositie in te nemen, ten koste van andere partijen. Zij moet zich richten op datgene wat gezamenlijk kan worden gedaan, op gebieden die variëren van veiligheid tot klimaat en milieu en van de strijd tegen ongelijkheid tot de versterking van de internationale handel en internationale instellingen.

De EU staat aan het roer bij de mondiale respons en werkt daarbij nauw samen met de Verenigde Naties (waaronder de Wereldgezondheidsorganisatie en de Internationale Arbeidsorganisatie), de G20, de G7, het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank. Daarbij zullen de EU en haar lidstaten hun collectieve kracht op het wereldtoneel ten volle moeten benutten.

In deze geest heeft de Commissie een donorconferentie georganiseerd om €7,5 miljard bijeen te brengen voor de ontwikkeling van vaccins, behandelingen en instrumenten in het algemeen mondiaal belang. Elk toekomstig vaccin moet een product van en voor de hele wereld zijn en voor iedereen betaalbaar en toegankelijk zijn.

Op langere termijn zal de EU zich slechts met succes herstellen als onze partners, waar ook ter wereld, zich eveneens herstellen. Investeren in een duurzaam wereldwijd herstel is dan ook in het belang van de EU. Dit vereist een massale en gecoördineerde respons, gebaseerd op internationale solidariteit, openheid en leiderschap. Als leidende economische macht en de grootste donor van internationale hulp ter wereld zal de EU altijd openstaan voor haar partners en bereid zijn hen ondersteunen. Dit blijkt uit de meer dan €23 miljard die Team Europa heeft gemobiliseerd om partnerlanden en internationale organisaties te helpen het hoofd te bieden aan de humanitaire, gezondheids-, sociale en economische gevolgen van de crisis.

De EU heeft haar partners en buurlanden tijdens deze hele crisis gesteund en is bereid om meer te doen. Daartoe stelt de Commissie vandaag voor om het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking te versterken door de middelen daarvoor te verhogen tot €86 miljard. Een versterkt instrument voor humanitaire hulp zal ervoor zorgen dat Europa tastbaar blijk kan geven van solidariteit met de meest behoeftigen. Ter ondersteuning van onze partners in de Westelijke Balkan stelt de Commissie voor de pretoetredingssteun te verhogen tot €12,9 miljard.

Nu door de crisis de geostrategische spanningen verder zijn toegenomen, moeten de Europeanen meer verantwoordelijkheid nemen voor het waarborgen van hun eigen veiligheid. In samenwerking met haar partners moet de EU haar rol als veiligheidsverstrekker en pijler van stabiliteit binnen de wereldorde, verder versterken. Daartoe zal zij het multilateralisme in stand houden en haar economische en strategische belangen doeltreffender bevorderen. Zij moet ook haar technologische autonomie en de samenwerking bij de ontwikkeling van defensievermogens versterken.


8.Conclusie – Het moment van Europa

Dit is het moment van Europa. Onze bereidheid om te handelen moet in verhouding staan tot de uitdagingen waarmee we worden geconfronteerd. Nationale inspanningen alleen zullen niet genoeg zijn – Europa verkeert in een unieke positie om te kunnen investeren in collectief herstel en een betere toekomst voor de volgende generaties.

Dit is bij uitstek de taak van onze generatie. Onze investeringen via Next Generation EU zullen niet alleen nú de economieën weer op gang helpen brengen en werknemers, ondernemingen en regio’s ondersteunen. Het zijn ook investeringen in de toekomst, die ons veerkrachtiger zullen maken, zodat we sterker en beter dan voorheen uit deze crisis tevoorschijn zullen komen. We zullen de gelijktijdige groene en digitale transitie versnellen en ervoor zorgen dat de mens bij het herstel centraal staat.

De Europese Commissie nodigt de Europese Raad en de medewetgevers uit deze voorstellen op korte termijn te onderzoeken, zodat tijdens de bijeenkomst van de Europese Raad een politiek akkoord kan worden bereikt. Een vroegtijdig besluit zal ervoor zorgen dat er onmiddellijk middelen beschikbaar zijn om de meest urgente maatregelen te nemen.

De Commissie zal vervolgens nauw samenwerken met het Europees Parlement en de Raad om een akkoord tot stand te brengen over het toekomstige langetermijnkader en de bijbehorende sectorale programma’s. Wanneer deze werkzaamheden vroeg in het najaar worden voltooid, zou de nieuwe langetermijnbegroting met ingang van 1 januari 2021 van kracht kunnen zijn en het herstel van Europa kunnen aandrijven.

Het herstel van Europa en het bouwen aan een betere toekomst voor de volgende generatie zullen niet gemakkelijk zijn en nopen tot samenwerking. Dit zal politieke wil en moed vergen en een draagvlak binnen alle geledingen van de samenleving. Voor onze gezamenlijke toekomst is dit van algemeen belang.

(1) Tenzij anders vermeld, zijn de bedragen uitgedrukt in constante prijzen van 2018.
(2) SWD(2020) 98
(3) COM(2020) 442
(4) COM(2020) 102.