Toelichting bij COM(2019)199 - Standpunt EU over het reglement van orde van het Gemengd Comité EU-Filipijnen en de mandaten van de gespecialiseerde subcomités

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ONDERWERP VAN HET VOORSTEL

Dit voorstel heeft betrekking op het besluit tot vaststelling van het standpunt inzake de voorgenomen vaststelling van het reglement van orde van het Gemengd Comité, alsmede van het mandaat van de gespecialiseerde subcomités dat namens de Unie moet worden opgenomen in het Gemengd Comité dat is ingesteld bij de kaderovereenkomst inzake partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek der Filipijnen, anderzijds (hierna 'de overeenkomst' genoemd).

2. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

2.1.Kaderovereenkomst inzake partnerschap en samenwerking tussen de EU en de Filipijnen

De overeenkomst beoogt een versterkt partnerschap tussen de EU en haar lidstaten en de Filipijnen tot stand te brengen, evenals een nauwere en intensievere samenwerking inzake aangelegenheden van gemeenschappelijk belang, waarin de gedeelde waarden en gemeenschappelijke beginselen worden weerspiegeld, onder meer door het intensiveren van een dialoog op hoog niveau. De overeenkomst vormt een coherent, wettelijk bindend kader voor de betrekkingen van de EU met de Filipijnen. De overeenkomst werd op 11 juli 2012 in Phnom Penh ondertekend en is op 1 maart 2018 in werking getreden.

2.2.Het Gemengd Comité

Het Gemengd Comité is opgericht bij artikel 48 van de overeenkomst. De belangrijkste taken van het Gemengd Comité zijn het waarborgen van de goede werking en uitvoering van de overeenkomst, het vaststellen van prioriteiten in het licht van de doelstellingen van de overeenkomst en het opstellen van aanbevelingen ter bevordering van de doelstellingen van de overeenkomst. Andere functies van het Gemengd Comité zijn onder meer het toezien op de goede werking van alle tussen de partijen gesloten of nog te sluiten sectorale overeenkomsten of protocollen.

Waar nodig doet het Gemengd Comité aanbevelingen en stelt het besluiten vast om de doelstellingen van de overeenkomst te verwezenlijken. Het Gemengd Comité vergadert op het niveau van hoge ambtenaren. Het Gemengd Comité stelt zijn reglement van orde vast. Het kan gespecialiseerde subcomités instellen om specifieke kwesties aan te pakken.

2.3.De beoogde handeling van het Gemengd Comité

Tijdens zijn eerste vergadering moet het Gemengd Comité besluiten vaststellen met betrekking tot de vaststelling van zijn reglement van orde en de mandaten van de gespecialiseerde subcomités (hierna 'de beoogde handelingen' genoemd).

De beoogde handelingen zijn bedoeld om overeenkomstig artikel 48, lid 5, van de overeenkomst, het reglement van orde dat ten grondslag ligt aan de organisatie van het Gemengd Comité en de mandaten van de gespecialiseerde subcomités vast te stellen, teneinde de tenuitvoerlegging van de overeenkomst mogelijk te maken.

3. STANDPUNT DAT NAMENS DE UNIE MOET WORDEN INGENOMEN

Het namens de Unie in te nemen standpunt strekt tot goedkeuring van het reglement van orde van het Gemengd Comité EU-Filipijnen en de mandaten van de gespecialiseerde subcomités. Het standpunt moet worden gebaseerd op de ontwerpbesluiten van het Gemengd Comité.

4. RECHTSGRONDSLAG

4.1.Procedurele rechtsgrondslag

4.1.1.Beginselen

Artikel 218, lid 9, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) voorziet in de vaststelling van besluiten tot bepaling van de 'standpunten die namens de Unie worden ingenomen in een krachtens een overeenkomst opgericht lichaam, wanneer dit lichaam handelingen met rechtsgevolgen vaststelt, met uitzondering van handelingen tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de overeenkomst'.

Het begrip 'handelingen met rechtsgevolgen' omvat tevens handelingen die rechtsgevolgen hebben uit hoofde van de op het betrokken lichaam toepasselijke volkenrechtelijke bepalingen. Onder dit begrip vallen tevens instrumenten die volkenrechtelijk niet bindend zijn, maar die een "beslissende invloed [kunnen hebben] op de inhoud van de regelgeving die de wetgever van de Unie vaststelt" 1 .

4.1.2.Toepassing op het onderhavige geval

Het Gemengd Comité is een lichaam dat krachtens een overeenkomst is opgericht, namelijk de kaderovereenkomst inzake partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek der Filipijnen, anderzijds.

De door het Gemengd Comité vast te stellen handeling is een handeling met rechtsgevolgen. Dit is het geval omdat overeenkomstig artikel 48, lid 5, van de overeenkomst het Gemengd Comité verplicht is zijn eigen reglement van orde vast te stellen dat bindend is voor de Unie.

De beoogde handelingen strekken niet tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de overeenkomst.

De procedurele rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is derhalve artikel 218, lid 9, VWEU.

4.2.Materiële rechtsgrondslag

4.2.1.Beginselen

De materiële rechtsgrondslag voor een uit hoofde van artikel 218, lid 9, VWEU, vast te stellen besluit wordt in de eerste plaats bepaald door de doelstelling en de inhoud van de beoogde handelingen ten aanzien waarvan een standpunt namens de Unie wordt ingenomen. Wanneer een handeling een tweeledige doelstelling heeft of bestaat uit twee componenten, waarvan er een kan worden gezien als hoofddoelstelling of overwegende component, terwijl de andere doelstelling of de andere component slechts ondergeschikt is, moet het overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU, te nemen besluit op één materiële rechtsgrondslag worden gebaseerd, namelijk die welke vereist is gelet op de hoofddoelstelling of de overwegende component.

Wanneer een handeling tegelijkertijd meerdere onlosmakelijk met elkaar verbonden doelstellingen of componenten heeft, zonder dat de ene ondergeschikt is aan de andere, moet een overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU, vast te stellen besluit bij wijze van uitzondering de verschillende desbetreffende rechtsgrondslagen als materiële rechtsgrondslag hebben.

4.2.2.Toepassing op het onderhavige geval

De beoogde handelingen hebben tot doel de doelstellingen van de overeenkomst te bevorderen en de tenuitvoerlegging ervan te vergemakkelijken. Een reglement van orde heeft betrekking op het algemene functioneren van een orgaan dat op basis van een overeenkomst is opgericht. Daarom moet de werkingssfeer waarbinnen het beoogde besluit valt, worden bepaald in het licht van de overeenkomst in haar geheel 2 .

In dit specifieke geval is het hoofddoel en de overwegende component van de overeenkomst samenwerking met een ontwikkelingsland (artikel 209 VWEU) 3 . De passende rechtsgrondslag dient derhalve artikel 209 VWEU te zijn.

4.3.Conclusie

De rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is artikel 209 VWEU, in samenhang met artikel 218, lid 9, VWEU.

5. BEKENDMAKING VAN DE BEOOGDE HANDELING

Aangezien het besluit van het Gemengd Comité het reglement van orde ervan vaststelt, is het passend het besluit na de vaststelling ervan bekend te maken in het Publicatieblad van de Europese Unie.