Toelichting bij COM(2016)42 - Sluiting van het Verdrag van Minamata inzake kwik

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2016)42 - Sluiting van het Verdrag van Minamata inzake kwik.
bron COM(2016)42 NLEN
datum 02-02-2016
Het Verdrag van Minamata inzake kwik (hierna 'het Verdrag van Minamata' of 'het Verdrag' genoemd) is gesloten onder auspiciën van het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) en vormt het belangrijkste internationale juridische kader voor samenwerking en maatregelen om het gebruik en de antropogene emissies van kwik en kwikverbindingen in lucht, water en bodem te beheersen en te beperken.


Kwik wordt erkend als een mondiale bedreiging voor de menselijke gezondheid en het milieu. Blootstelling aan hoge concentraties kwik, onder meer door de consumptie van besmette vis en zeevruchten, kan schadelijke gevolgen hebben voor de hersenen, de longen, de nieren en voor het immuunsysteem. Kenmerkend voor kwik is het grensoverschrijdende karakter ervan, aangezien emissies zich over duizenden kilometers in lucht en water kunnen verspreiden vanaf de plaats waar zij ontstaan. In de EU is naar schatting 40 à 80 % van de totale kwikdepositie afkomstig uit derde landen, onder meer grotendeels uit Oost- en Zuidoost-Azië.


Het Verdrag werd in oktober 2013 tijdens een conferentie van gevolmachtigden te Kumamoto in Japan aangenomen en voor ondertekening opengesteld. De Europese Unie en 21 lidstaten hebben het Verdrag op 10 oktober 2013 ondertekend, Kroatië, Cyprus, Letland en Polen hebben het op 24 september 2014 ondertekend en Malta op 8 oktober 2014 1 .


Het Verdrag betreft de volledige levenscyclus van kwik en heeft tot doel de menselijke gezondheid en het milieu te beschermen. De primaire kwikmijnbouw en de internationale handel in kwik krijgen beperkingen opgelegd, de productie, de import en de export van een breed scala aan kwikhoudende producten worden verboden, diverse productieprocessen waarbij kwik wordt gebruikt, moeten aan exploitatievoorwaarden voldoen of worden verboden, en nieuw gebruik van kwik in producten en industriële processen moet worden ontmoedigd. Bovendien voorziet het Verdrag in maatregelen om kwikemissies uit de ambachtelijke en kleinschalige goudwinning en uit grootschalige industriële activiteiten te beperken, onder meer door het gebruik van de beste beschikbare technieken. Het schrijft eveneens voor dat de tijdelijke opslag van kwik en het beheer van kwikafval op milieuverantwoorde wijze plaatsvinden.


De EU heeft de afgelopen tien jaar aanzienlijke vooruitgang geboekt inzake de interne aanpak van kwik, als vervolg op de aanneming in 2005 van de strategie van de Gemeenschap voor kwik (hierna 'de strategie' genoemd)  2 , ondersteund door de Raad van de Europese Unie 3 en het Europees Parlement 4 . De strategie bestaat uit 20 maatregelen waarmee wordt beoogd de emissie van kwik te beperken en de vraag naar en het aanbod van kwik terug te dringen. Daarbij ligt de klemtoon op het grensoverschrijdende karakter van kwikemissie en op de noodzaak van maatregelen op mondiaal niveau, aangezien zeven maatregelen van de strategie zijn gericht op de behoefte aan ondersteuning en bevordering van internationale maatregelen. Bij de herziening van de strategie in 2010 5 werd eraan herinnerd dat de blootstelling van het milieu en de burgers in de EU niet uitsluitend met interne beleidsmaatregelen tot een aanvaardbaar niveau kan worden beperkt en dat er daarom gecoördineerde internationale maatregelen moeten worden genomen om het kwikprobleem op een doeltreffende wijze aan te pakken. Zoals de initiële strategie uit 2005, werd ook deze herziening ondersteund door de Raad van de Europese Unie 6 , die heeft bevestigd dat het nodig is antropogene emissies van kwik in lucht, water en bodem tot een minimum te beperken en, indien mogelijk, wereldwijd volledig te elimineren, en dat de EU daartoe haar internationale inspanningen ter verlaging van de kwikemissie en van de blootstelling aan kwik op wereldschaal moet intensiveren.


De Beheersraad van het UNEP heeft in 2009 het internationale proces voor de ontwikkeling van een wereldwijd wettelijk bindend instrument op gang gebracht en de Unie werd bij besluit van de Raad van 6 december 2010 gemachtigd aan dit proces deel te nemen. 7 De EU heeft niet alleen een grote rol gespeeld bij het bevorderen van deze onderhandelingen, maar zij heeft ook gedurende de zes zittingen van het Intergouvernementeel Onderhandelingscomité (2010-2014) het resultaat ervan sterk beïnvloed.


Tegelijk met het hier voorgestelde besluit heeft de Commissie een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad ingediend met het oog op de omzetting van een beperkt aantal bepalingen van het Verdrag dat nog niet in EU-recht is omgezet, zoals vastgesteld in het effectbeoordelingsverslag dat aan dat voorstel is gehecht. 8


In overeenstemming met artikel 30 van het Verdrag van Minamata moet het Verdrag bekrachtigd, aanvaard of goedgekeurd worden door staten en door regionale organisaties voor economische integratie.


De Europese Unie en haar lidstaten moeten de akten van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van het Verdrag van Minamata gezamenlijk en op gecoördineerde wijze neerleggen om voor zover mogelijk te waarborgen dat het Verdrag voor de EU en voor haar lidstaten gelijktijdig in werking treedt.


In het licht van het bovenstaande is het passend dat de Europese Unie het Verdrag goedkeurt.


De tekst van het Verdrag van Minamata is aan dit besluit gehecht.