Toelichting bij COM(2015)640 - Ondertekening en voorlopige toepassing van een protocol bij de associatieovereenkomst met Libanon in verband met de toetreding van Kroatië tot de EU

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

De Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Libanon, anderzijds, is op 1 april 2002 in Brussel ondertekend en op 1 april 2006 in werking getreden.

Overeenkomstig de Akte van toetreding van de Republiek Kroatië treedt de Republiek Kroatië toe tot de gesloten of ondertekende internationale overeenkomsten van de Europese Unie en haar lidstaten door middel van een protocol bij die overeenkomsten.

Bijgaand voorstel vormt het rechtsinstrument voor de ondertekening en voorlopig toepassing van een protocol bij de Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Libanon, anderzijds, in verband met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie.

Op 14 september 2012 heeft de Raad de Commissie gemachtigd om met de betrokken derde landen onderhandelingen te openen met het oog op de sluiting van de desbetreffende protocollen. De onderhandelingen met de Republiek Libanon zijn inmiddels afgerond. De Commissie werd bij nota-verbaal van 5 juni 2014 ervan in kennis gesteld dat Libanon de voorgestelde tekst had aanvaard.

Bij het voorgestelde protocol wordt de Republiek Kroatië als overeenkomstsluitende partij in de overeenkomst opgenomen en wordt de EU ertoe verbonden om te voorzien in de authentieke versie van de overeenkomst in de nieuwe officiële taal van de EU.

De resultaten van de onderhandelingen worden bevredigend geacht. De Commissie verzoekt de Raad het bijgevoegde voorstel voor een besluit betreffende de ondertekening en voorlopige toepassing van het protocol goed te keuren.