Toelichting bij COM(2014)565 - Beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds van de EU

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020[1], en met name artikel 10, maakt het mogelijk om met een jaarlijks maximum van 500 miljoen EUR (in prijzen van 2011) middelen uit het Solidariteitsfonds van de Europese Unie ter beschikking te stellen boven het maximum dat voor de betrokken rubrieken in het meerjarig financieel kader is vastgesteld. De voorwaarden om voor steun uit het fonds in aanmerking te komen, zijn die zoals vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2012/2002[2], aangezien de wijzigingsverordening (EU) 661/2014 van het Europees Parlement en de Raad[3] niet met terugwerkende kracht van toepassing is.

Voor de aanvragen van Italië, Griekenland, Slovenië en Kroatië, gebaseerd op een raming van de totale geleden schade, kan de steun uit het fonds als volgt worden becijferd:

Ramp| Directe schade (in EUR)| Drempel (miljoen EUR)| Bedrag op basis van 2,5% (in EUR)| Bedrag op basis van 6% (in EUR)| Voorgesteld totaal steunbedrag (in EUR)|

Italië - overstroming| 652 418 3 752,| 16 310 ~| 16 310

Griekenland - aardbeving | 147 332 1 168,| 3 683 ~| 3 683

Slovenië - ijsstormen| 428 733 209 5 239 13 148 18 388

Kroatië - ijsstorm/overstroming| 291 904 254 6 355 2 260 8 616

TOTAAL| 46 998 528

In het licht van het onderzoek van deze verzoeken[4] en rekening houdend met het maximumbedrag dat uit het fonds mag worden uitgekeerd alsmede met de mogelijkheden tot herschikking van kredieten, stelt de Commissie voor een totaalbedrag van 46 998 528 EUR uit het Solidariteitsfonds van de Europese Unie beschikbaar te stellen.

De Commissie zal een ontwerp van gewijzigde begroting (OGB) indienen om in de begroting 2014 specifieke vastleggings- en betalingskredieten op te nemen. Indien hierover geen eensgezindheid bestaat, zal een trialoogprocedure worden ingeleid overeenkomstig punt 11 van het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer[5].