Toelichting bij COM(2013)709 - Aanbeveling voor een besluit van de Raad tot toekenning van wederzijdse bijstand aan Roemenië

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Inleiding

Na een gezamenlijk programma van de EU en het IMF voor de verlening van financiële bijstand op middellange termijn aan Roemenië, dat liep van voorjaar 2009 tot voorjaar 2011 en waarbij 5 miljard EUR door de EU werd verstrekt en 12,9 miljard EUR door het IMF, hechtten de Raad en de Europese Unie op 12 mei 2011 hun goedkeuring aan een besluit over een vervolgprogramma voor de verlening van anticiperende bijstand waarmee de EU tot 1,4 miljard EUR vrijmaakt voor financiële bijstand op middellange termijn voor Roemenië[1]. In het tweede programma, dat eveneens een gezamenlijk programma van de EU en het IMF was, werden noch door de EU noch door het IMF middelen verstrekt aangezien het een anticiperend programma betrof

Op 4 juli 2013 verzocht de Roemeense overheid in het licht van de nog steeds bestaande risico's voor haar betalingsbalans, om een derde programma voor financiële bijstand op middellange termijn van de EU, opnieuw samen met een stand-by-overeenkomst van het IMF. De bijstand van de EU en IMF zal wellicht als preventief worden beschouwd, zonder daadwerkelijke uitkeringen. Op 9 juli heeft het EFC gunstig geantwoord op dit verzoek en de Commissie opdracht gegeven om over een nieuw gezamenlijk anticiperend programma van de EU en het IMF te onderhandelen.

Van 17 tot 31 juli hebben de diensten van de Commissie samen met medewerkersvan het IMF een onderhandelingsmissie ondernomen naar Boekarest. Op technisch niveau werd overeenstemming bereikt over de bepalingen en de inhoud van een nieuw programma. In het kader van een nieuw programma zou nog steeds steun worden verleend aan het economische programma van de overheid dat onder meer gericht is op de consolidering van macro-economische, budgettaire en financiële stabiliteit, de vergroting van de veerkracht en groeipotentieel van de economie, de versterking van de administratieve capaciteit, de hervorming van de belastingsdiensten en de verbetering van het beheer en de controle van de overheidsfinanciën. Een nieuw programma zou een looptijd hebben van 24 maanden en zou bestaan uit anticiperende steun van de Europese Unie ter waarde van 2 miljard EUR, en van het IMF ter waarde van 1,75 miljard SDR (ongeveer 2 miljard EUR), ondersteund door een stand-by-overeenkomst. Daarnaast verstrekt de Wereldbank nog steeds de eerder toegezegde steun ten belope van 891 miljoen EUR, waarvan 514 miljoen EUR nog moet worden uitgekeerd.

2.

2. Macro-economische ontwikkelingen en vooruitzichten


Sinds 2011 kent Roemenië een positieve economische groei. Uit recente ontwikkelingen kan worden afgeleid dat de groei in 2013 ongeveer 2 % zou bedragen, wat iets beter is dan de 1,6 % uit de voorjaarsprognose van de Commissie De uitstekende exportprestaties (voornamelijk van de automobielindustrie en dienstensector) en een goede oogst zijn de voornaamste groeistimulansen. Deze positieve tendensen verbergen echter een zwakke binnenlandse vraag, met een gelijkblijvend verbruik en krimpende investeringen in de eerste helft van 2013.

Verwacht wordt dat de groei geleidelijk zal aantrekken naarmate de structurele hervormingen hun vruchten afwerpen, de absorptie van de EU-fondsen verbetert en de export sterk blijft doordat de Europese economie zich herstelt. Met een gemiddelde oogst wordt de groei op iets meer dan 2 % geraamd voor 2014. Verwacht wordt dat de binnenlandse vraag de belangrijkste groeimotor zal zijn, onder impuls van de investeringen en de particuliere consumptie en dat de netto-export een kleine negatieve bijdrage zal leveren, terwijl de import in 2014 zal heropleven als gevolg van de toenemende binnenlandse vraag.

De HICP-inflatie in Roemenië bleef in 2009-2011 met ongeveer 6 % hoog, maar daalde in 2012 naar gemiddeld 3,4 %. Eind 2012 en de eerste helft van 2013 nam de opwaartse druk op de prijzen echter opnieuw toe. Verwacht wordt dat de inflatie in de tweede helft van 2013 zal afnemen dankzij een scherpe daling van de voedselprijzen en een omslag van de basiseffecten, om eind 2013 onder 3,5 % uit te komen en zo in de buurt te komen van de doelstelling van de centrale bank (2,5 % ±1pp). In 2014 wordt een verdere vertraging verwacht.

3.

3. Overheidsfinanciën


Roemenië heeft de afgelopen jaren zijn overheidsfinanciën met succes geconsolideerd, en zijn begrotingstekort teruggedrongen van 9 % van het bbp in 2009 tot iets minder dan 3 % in 2012. Hierdoor kon de Raad op 21 juni 2013 de buitensporigtekortprocedure voor Roemenië intrekken. Een nieuw programma zou ondersteuning bieden aan de budgettaire consolidatie-inspanningen die gericht zijn op het bereiken van de middellangetermijndoelstelling van Roemenië om tegen 2015 tot een structureel begrotingstekort van 1 % van het bbp te komen. De overheid blijft vasthouden aan de doelstelling van het vorige programma om voor 2013 een tekort van 2,4 % in ESR-termen te bewerkstelligen. In 2014 in overeenstemming met de vereisten van het stabiliteits- en groeipact is een verdere consolidatie gepland. Volgens de huidige aanwijzingen zou Roemenië streven naar een tekort van 2 % in ESR-termen, conform de actualisering van 2013 van zijn convergentieprogramma.

Tijdens de onderhandelingsmissie van juli werd overeenstemming bereikt over begrotingswijzigingen halverwege het jaar, met een aantal verschuivingen in inkomsten en uitgaven en met een gelijkblijvende algemene tekortdoelstelling in 2013 van 2,3 % op kasbasis en 2,4 % in ESA-termen. In de herziene begroting wordt uitgegaan van lagere inkomsten en geringere binnenlandse kapitaalinvesteringen, minder voorzieningen voor correcties in verband met EU-fondsen en een verlaging van de overdrachten aan andere overheidsdiensten. Voor de begroting 2014 zoekt de overheid naar manieren om de inkomsten te vergroten, met name door de verbreding van de grondslagen. Een grote uitdaging aan de uitgavenkant is de geleidelijke invoering van de wet inzake de gelijkschakeling van salarissen, zoals overeengekomen in het kader van het eerste programma.

Nu het grootste deel van de vereiste begrotingsconsolidering is uitgevoerd, ligt de nadruk van een nieuw programma op betere budgettaire governance. Het is de bedoeling het begrotingskader te verbeteren zodat het voldoet aan de vereisten van het begrotingspact. Tevens zal een aantal andere verbeteringen worden aangebracht aan de inhoud van de begrotingsstrategie en de transparantie van de begrotingsprocedure. Voorts zullen verbeteringen nodig zijn aan de jaarlijkse en halfjaarlijkse investeringsbegroting, moet het systeem voor het uitoefenen van controle op nieuwe verplichtingen worden afgewerkt (om nieuwe achterstallen te voorkomen) en moeten de belastingdiensten worden verbeterd om de belastinginning efficiënter te maken.

4.

4. Ontwikkelingen van de financiële markten en de bankensector


De omstandigheden op de financiële markten zijn er sinds de zomer van 2012 aanzienlijk op vooruitgegaan omdat de stemming op de wereldmarkten verbeterde en de binnenlandse politieke situatie tegen het jaareinde stabieler werd. Die evolueerde grotendeels parallel aan de andere landen van de regio, en bleef ook in de eerste helft van 2013 vrij gunstig. De CDS-overheidsspreads over 5 jaar voor Roemenië zijn van bijna 500 basispunten in mei 2012 gedaald tot onder 200 basispunten begin januari 2013, en blijven sinds eind juni 2013 lichtjes boven 200 basispunten hangen. Na aanzienlijke verliezen in mei 2012 herstelde de BET-aandelenmarktindex zich tot eind 2012; sindsdien schommelde hij maar begin september 2013 was hij met ongeveer 10 % toegenomen.

Ondanks de stijgende tendens bij de probleemactiva (de dubieuze leningen vertegenwoordigden in juni 2013 20,3 %) blijft de kapitalisatie van de bankensector op een geruststellend niveau (de solvabiliteitsratio bedroeg in juni 14,7 %). De risico's van dubieuze leningen werden gecompenseerd door een voorzichtig beleid inzake voorzieningen voor verliezen op leningen, hoewel de voorzieningen de winstgevendheid onder druk bleven zetten (het rendement op het eigen vermogen bedroeg in de eerste helft van 2013 6 %, na drie jaar van verliezen). De centrale bank houdt nauwlettend toezicht op banken met moederinstelingen in de periferie van het eurogebied, die voldoende kapitaalbuffers hebben weten te handhaven. De overloopeffecten van de crisis in Cyprus werden gecompenseerd door het akkoord om de lokale depositogrondslag van de Roemeense tak van de Bank van Cyprus over te hevelen naar Marfin Bank, een dochteronderneming van de Laikigroep, het schuldafbouwproces van de buitenlandse banken en de verlaging van de financiering van moederbanken (-14,6 % sinds december 2012), weliswaar in overeenstemming met de regionale ontwikkelingen en grotendeels op ordelijke wijze doorgevoerd, maar moeten door de toezichthouder nog steeds nauwlettend worden gevolgd.

5.

5. Betalingsbalans en externe financieringsbehoefte


Verwacht wordt dat Roemenië in de beschouwde programmaperiode (24 maanden) volledige toegang behoudt tot de markten voor overheidsschulden behoudens ongunstigde externe ontwikkelingen. De CDS-spreads bevinden zich op het laagste niveau sinds 2010. Verwacht wordt dat het tekort op de lopende rekening zal dalen van ongeveer 4 % van het bbp in 2012 naar ongeveer 2 % in 2013, voornamelijk dankzij een afname van het handelstekort.

Volgens het basisscenario zouden de komende twee jaar geen overheids- of externe financieringstekorten mogen opduiken. Toch blijft Roemenië kwetsbaar voor wisselkoersvolatiliteit en voor volatiele internationale kapitaalbewegingen. In een ongunstig scenario zou de financiering van de lopende rekening moeilijk kunnen worden en zou de toegang tot de markten voor overheidspapier worden gehinderd. In dat geval zouden de kasreserve van de schatkist (ongeveer 6 maanden financieringsbehoeften) en in mindere mate de reserves van de nationale bank van Roemenië een eerste buffer vormen. Mocht Roemenië langdurige en acute financieringsproblemen ondervinden, dan kan het anticiperende programma worden geactiveerd en kunnen de beschikbare middelen (2 miljard EUR van de EU, uitkeerbaar in twee tranches van 1 miljard EUR, en tot 2 miljard van de stand-by-overeenkomst met het IMF) de overheids- en begrotingsvastleggingen dekken. Een nieuw programma zal de financiële markten ook duidelijk maken dat Roemenië vastbesloten is een ambitieuze agenda voor economische hervormingen uit te voeren.

6.

6. EU-betalingsbalanssteun past in het kader van een internationaal optreden


Aangezien er in Roemenië nog steeds risico's op betalingsbalansproblemen bestaan, heeft de Commissie, na raadpleging van het Economisch en Financieel Comité (EFC) op donderdag 3 oktober 2013, de Raad aanbevolen te besluiten wederzijdse bijstand overeenkomstig artikel 143 van het Verdrag (VWEU) te blijven verlenen, mits de Roemeense autoriteiten zich vastleggen op de uitvoering van een omvangrijk programma van budgettaire, financiële en structurele aanpassingen. De Roemeense regering moet haar economisch programma uitvoeren om de resterende kwetsbaarheden weg te werken en de resterende bedreigingen voor een houdbare betalingsbalans te verhelpen, en moet tevens de nodige capaciteit ontwikkelen om economisch beleid uit te stippelen en uit te voeren zonder internationale steun.

Voorts stelt de Commissie, na raadpleging van het EFC, de Raad voor een besluit vast te stellen waarbij aan Roemenië anticiperende financiële bijstand van de EU op middellange termijn ten belope van maximaal 2 miljard EUR wordt toegekend ter ondersteuning van de betalingsbalans van het land. Tot 30 september 2015 kan worden verzocht om de activering van de anticiperende financiële bijstand en uitkeringen van de EU.

7.

7. Grote lijnen van een nieuw programma


In het nieuwe programma wordt nog steeds financiële bijstand verleend aan het economische programma van de overheid, dat onder meer gericht is op de consolidering van macro-economische, budgettaire en financiële stabiliteit, de vergroting van de veerkracht en het groeipotentieel van de economie, de versterking van de administratieve capaciteit, de hervorming van de belastingdiensten en de verbetering van het beheer en de controle van de overheidsfinanciën. De specifieke economische beleidsvoorwaarden worden uiteengezet in een memorandum van overeenstemming dat de Commissie zal sluiten met de Roemeense overheid. Daarin blijven de verwezenlijkingen van de twee voorgaande programma behouden en worden de voorwaarden van het tweede programma waaraan nog niet is voldaan, overgenomen.

8.

A: Begrotingsconsolidatie


Na de correctie van zijn buitensporige tekort moet Roemenië volgens de vereisten van het stabiliteits- en groeipact zijn structurele begrotingssaldo terugdringen totdat de middellangetermijndoelstelling wordt bereikt om tegen 2015 te komen tot een structureel overheidstekort van 1 % van het bbp, en dat daarna ook aan te houden. Met het programma worden de inspanningen gehouden om de aanwas van achterstallen te voorkomen, zowel bij de centrale als bij de lokale overheden. De loonmassa in de overheidssector moet op een houdbaar niveau blijven, met een beperking van zowel de loongroei als het aantal overheidsbanen.

9.

B: Budgettaire governance en structurele begrotingshervormingen


Om de begrotingsconsolidatie stevig te verankeren voorziet het programma in een verdere versterking van het kader voor budgettaire governance. De tenuitvoerlegging van het begrotingspact is op dat vlak cruciaal, en een betere meerjarenbegrotingsplanning zal een duurzamer begrotingsbeleid mogelijk maken.

De regering zal kunnen rekenen op aanzienlijke technische bijstand van het IMF en de Wereldbank op het gebied van openbaar financieel beheer en toezicht. De tenuitvoerlegging van een systeem voor het uitoefenen van controle op de vastleggingen, in verschillende stappen, zal zorgen voor een vermindering en betere beheersing van de achterstallen. In de gezondheidssector zullen de begrotingscontrolemechanismen worden versterkt via een kader voor betere rapportering en toezicht, in het bijzonder voor ziekenhuzen en uitgaven voor geneesmiddelen, om te voorkomen dat betalingsachterstallen zich opnieuw ophopen. Er zal nog meer voorrang worden gegeven aan overheidsinvesteringen, om zo het groeipotentieel van het land te versterken.

10.

C: Beheer van de overheidsschuld


De overheid zal de nodige stappen ondernemen om het beheer van de overheidsschuld te verbeteren teneinde de financieringskosten en -risico's te verlagen en de gemiddelde looptijd van de overheidsschuld te verhogen.

11.

D: Toezicht- en regelgevingskader voor de financiële sector


In de financiële sector blijven de overheden werken aan de verbetering van het kader voor de afwikkeling van banken en de wetgeving betreffende het depositogarantiefonds door GO 39/1996 en GEO 99/2006 te wijzigen. Om de procedure voor het opschonen van de balansen te versnellen, heeft de nationale bank van Roemenië de bepalingen verduidelijkt die van toepassing zijn op de afboekingen van leningen bij de Roemeense bankenvereniging en zal zij een omvattende analyse maken van de kwaliteit van de activa in de banksector. Om de kapitaalmarkt verder te ontwikkelen en de financieringsbronnen voor banken te diversifiëren, zal de overheid de wetgeving inzake gedekte obligaties wijzigen. Het handhaven van de kredietdiscipline en het vermijden van moreel risico bij debiteuren dragen in belangrijke mate bij tot het bevorderen van de financiële stabiliteit. De regering zal zich daarom blijven onthouden van wetgevingsinitiatieven (zoals de uitvaardiging van een wet op het persoonlijk faillissement) en wijzigingen in de schuldinvorderingswetgeving omdat dit de kredietdiscipline zou ondermijnen. De overheid zal nauw overleg plegen met alle relevante belanghebbenden, daarbij rekening houdend met de effectbeoordeling van de nationale bank van Roemenië, over de nieuwe bepalingen over onrechtmatige clausules in de wet betreffende de toepassing van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. Zij zal ook zorgen dat rechtszaken over onrechtmatige clausules worden behandeld door hogere rechtbanken of door één gespecialiseerde rechtbank, en zal alle andere maatregelen treffen die nodig zijn om de consequente toepassing van deze bepalingen te waarborgen. Om het toezicht op de niet-bancaire financiële markt te versterken en de consumentenbescherming te ondersteunen, moet de overheid ervoor zorgen dat de wetgeving inzake de geïntegreerde toezichthouder voor de niet-bancaire financiële sector, de financiële toezichthoudende autoriteit, wordt gewijzigd zodat zij overeenstemt met de internationale goede praktijken.

12.

E: Structurele hervormingen


De structurele hervormingen moeten de marktwerking verbeteren, de weerbaarheid tegen externe schokken vergroten en het groeipotentieel op lange termijn van Roemenië versterken. De agenda voor structurele hervorming van dit programma maakt deel uit van een bredere agenda in het kader van het nationaal hervormingsprogramma van Roemenië en valt onder de landenspecifieke aanbevelingen die in het kader van het Europees semester zijn gedaan aan Roemenië.

De herstructurering van de staatsbedrijven, met inbegrip van de privatisering ervan, wordt opgevoerd om de risico's van opgebouwde achterstallen en operationele verliezen voor de staatsbegroting te beperken en de financiële levensvatbaarheid van de meeste operaties van deze bedrijven te vergroten. De autoriteiten zullen maatregelen nemen ter versterking van de corporate governance van staatsbedrijven, onder meer ook in de financiële sector.

In de energiesector zullen de nog niet voltooide maatregelen van de vorige twee programma's worden uitgevoerd, samen met de routekaarten voor de liberalisering van de gas- en elektriciteitsmarkt.

De verbetering van het ondernemersklimaat en betere toegang tot financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen is nog een belangrijke pijler van de agenda voor structurele hervorming van dit programma. Het programma strekt ertoe de administratieve lasten voor kleine en middelgrote ondernemingen te verlagen, hun toegang tot bank- en aandelenkapitaal te vergemakkelijken, de rechtsonzekerheid te verminderen door de registratie van grond en eigendommen te verbeteren, en kleine en middelgrote ondernemingen die naar het buitenland trekken te ondersteunen. Daarnaast steunt het programma de hervorming van het kader voor intellectuele eigendomsrechten, in het bijzonder met betrekking tot octrooien, met het oog op het aantrekken van buitenlandse directe investeringen in onderzoek en innovatie.

Met betrekking tot de arbeidsmarkten steunt het programma de voltooiing van de pensioenhervorming van 2010 door de pensioenleeftijd voor vrouwen en mannen gelijk te trekken.

Naast de reeds beschreven brede domeinen van maatregelen om de efficiëntie van de overheid te vergroten op gebieden die cruciaal zijn voor de tenuitvoerlegging van het programma, wordt de Roemeense overheid uitgenodigd halfjaarlijks verslag uit te brengen aan het Economisch en Financieel Comité/Comité voor economische politiek over de geboekte vooruitgang.

13.

F: Monetair beleid


Het monetair beleid zal gericht blijven op prijsstabiliteit zodat de inflatie binnen de doelbrandbreedte van de nationale bank van Roemenië blijft (2,5 %, ± 1 pp).

14.

Aanbeveling voor een


BESLUIT VAN DE RAAD

tot toekenning van wederzijdse bijstand aan Roemenië

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 143,

Gezien de aanbeveling van de Commissie, na raadpleging van het Economisch en Financieel Comité,

Overwegende hetgeen volgt:

In de periode na 2009 heeft Roemenië een grootschalig hervormingsprogramma doorgevoerd. In het kader van twee betalingsbalansprogramma's heeft Roemenië zijn externe macro-economische onevenwichtigheden grotendeels kunnen wegwerken en heeft de Raad op 21 juni 2013 de buitensporigtekortprocedure ingetrokken. De begrotingsconsolidatie moet worden voortgezet in overeenstemming met de vereisten van het stabiliteits- en groeipact om de middellangetermijndoelstelling tegen 2015 te bereiken. De regering heeft opnieuw volledige toegang tot marktfinanciering en de wisselkoers is sinds 2009 grotendeels stabiel gebleven.

Macro-economische en financiële stabiliteit moeten worden geconsolideerd door een voorzichtig beleid te voeren. Structurele hervormingen die in het kader van het vorige programma van start gingen, moeten worden voortgezet en waar nodig versterkt om de kwetsbaarheden te beperken en de basis voor toekomstige groei en inhaalbewegingen te versterken.

Het door Roemenië gevoerde economische beleid wordt op gezette tijden door de Raad beoordeeld, met name in de context van de jaarlijkse evaluaties van het geactualiseerde convergentieprogramma en van het nationale hervormingsprogramma van Roemenië, alsook in het kader van de regelmatige toetsing in de context van het convergentieverslag van de door Roemenië gemaakte vorderingen.

Hoewel de totale bruto financieringsbehoefte volgens het referentiescenario van het economische programma tot eind 2015 volledig is gedekt en de overheid haar toegang tot marktfinanciering behoudt, rechtvaardigen de aan het referentiescenario verbonden aanzienlijke risico's het verzoek van Roemenië om anticiperende financiële bijstand in aansluiting op de bijstand die in het kader van Beschikking 2009/458/EG[2] en Besluit 2011/289/EU[3] van de Raad is toegekend.

De Roemeense autoriteiten hebben de Unie en andere internationale financiële instellingen om financiële bijstand gevraagd om de houdbaarheid van de betalingsbalans te ondersteunen en om de deviezenreserves op een solide niveau te kunnen houden, ook al doen er zich ongunstige economische ontwikkelingen voor.

Ondanks verbeteringen in de lopende rekening blijft Roemenië kwetsbaar voor wisselkoersvolatiliteit en voor volatiele internationale kapitaalbewegingen. In een ongunstig scenario met een verlaging van de nu nog overvloedige liquiditeit kunnen situaties ontstaan waarin de financieringskosten voor Roemenië stijgen, misschien zelfs erg abrupt. Bovendien kan de bankensector door ongunstige ontwikkelingen in de eurozone opnieuw onder druk komen te staan. De resterende kwetsbaarheden rechtvaardigen het verlenen van wederzijdse bijstand door de Unie,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

15.

Enig artikel


De Unie kent Roemenië wederzijdse bijstand toe.

Gedaan te Brussel,

16.

Voor de Raad


De voorzitter

FINANCIEEL MEMORANDUM

(zie artikel 16 van de interne regels)

BELEIDSGEBIED: TITEL 01 – ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

17.

ACTIVITEIT: FINANCIËLE VERRICHTINGEN EN INSTRUMENTEN


18.

1. BENAMING VAN HET VOORSTEL, HET DESBETREFFEND BEGROTINGSONDERDEEL EN DE BEGROTINGSTITEL


Voorstel voor een besluit van de Raad tot verlening van anticiperende financiële bijstand van de EU op middellange termijn aan Roemenië, in combinatie met een aanbeveling voor een besluit van de Raad tot toekenning van wederzijdse bijstand aan Roemenië

01 04 01 01 Garantie van de Europese Unie voor door de Unie opgenomen leningen ter ondersteuning van de betalingsbalansen.

1.

Rechtsgrondslag



Artikel 143 VWEU, Verordening (EG) nr.332/2002 van de Raad.

19.

3. ALGEMENE KWANTITATIEVE GEGEVENS VAN HET BEGROTINGSJAAR (IN EURO)


Deze post dient voor de opname in de begroting van de door de Europese Unie verstrekte garantie. Aldus kan de Commissie de schuldendienst (hoofdsom, rente en andere kosten) betalen, mocht de debiteur (Roemenië) in gebreke blijven.

De begrotingspost ("p.m.") voor de begrotingsgarantie zal alleen worden ingezet als daadwerkelijk een beroep op de garantie wordt gedaan. Verwacht wordt dat geen beroep op de begrotingsgarantie zal worden gedaan.

20.

3a - Lopend jaar


Niet van toepassing

||| VK

Aanvankelijk krediet voor het begrotingsjaar (budget)||

Overdrachten||

Aanvullend krediet||

Totaal krediet||

Reeds uit hoofde van een ander werkprogramma gereserveerde kredieten||

Beschikbaar saldo||

Bedrag van de voorgestelde actie||

21.

3b - Overdrachten


Niet van toepassing

||| VK

Overdrachten||

Reeds uit hoofde van een ander werkprogramma gereserveerde kredieten||

Beschikbaar saldo||

Bedrag van de voorgestelde actie||

22.

3c - Volgend begrotingsjaar


Niet van toepassing

||| VK

Aanvankelijk krediet voor het begrotingsjaar (budget)|| p.m.

Overdrachten||

Aanvullend krediet||

Totaal krediet||

Reeds uit hoofde van een ander werkprogramma gereserveerde kredieten||

Beschikbaar saldo||

Bedrag van de voorgestelde actie|| p.m.

23.

4. BESCHRIJVING VAN DE ACTIE


Indien deze wordt geactiveerd, bestaat de voorgestelde anticiperende financiële bijstand van de EU op middellange termijn aan Roemenië uit een (met leningen van de Unie op de internationale kapitaalmarkten of met financiële instellingen te financieren) EU-lening van maximaal 2 miljard EUR. Deze zal worden verstrekt in het kader van een internationaal financieringspakket, en met name in combinatie met een IMF-lening van 1,75 miljard SDR (circa 2 miljard EUR) ondersteund door een stand-by-overeenkomst. De Wereldbank stelt 1 miljard EUR ter beschikking in het kader van een ontwikkelingslening, met een optie voor uitgestelde opneming. Daarnaast verstrekt de Wereldbank nog steeds de eerder toegezegde steun ten belope van 891 miljoen EUR, waarvan 514 miljoen EUR nog moet worden uitgekeerd. De anticiperende financiële bijstand van de EU op middellange termijn aan Roemenië is bedoeld voor het afdekken van de nog steeds bestaande risico's die aan de houdbaarheid van de betalingsbalans van Roemenië verbonden zijn; ook al is het tekort op de lopende rekening duidelijk gedaald, toch houden de volatiele kapitaalbewegingen nog steeds risico's in voor de financiering. De anticiperende bijstand blijft ook ondersteuning bieden aan het economische programma van de overheid, dat onder meer gericht is op de consolidering van de macro-economische, budgettaire en financiële stabiliteit, de vergroting van de veerkracht en de potentiële groei van de economie, de versterking van de administratieve capaciteit, de hervorming van de belastingdiensten en de verbetering van het beheer en de controle van de overheidsfinanciën, en op de vergroting van de weerbaarheid en het groeipotentieel van de Roemeense economie. Tot slot wordt er met de door de Commissie in overleg met het Economisch en Financieel Comité beheerde bijstand voor gezorgd dat het economisch beleid in Roemenië blijft aansluiten bij de toezeggingen van Roemenië in EU-verband en bij de aanbevelingen van de Raad, met name die in het kader van de uitvoering van het nationaal hervormingsprogramma en in het kader van het convergentieprogramma.

De EU-middelen die op de kapitaalmarkten of bij financiële instellingen worden opgenomen om de lening aan Roemenië te kunnen verstrekken ingeval het land daarom verzoekt en de Commissie na raadpleging van het EFC dat verzoek inwilligt, vallen onder de EU-garantie. De lening wordt opgenomen op de kapitaalmarkten of bij financiële instellingen. De hoofdsom van de leningen die aan Roemenië kunnen worden toegekend, bedraagt maximaal 2 miljard EUR.

De garantie van de EU is zo opgezet dat de Commissie de schuldendienst kan betalen, mocht Roemenië in gebreke blijven.

Om aan haar verplichtingen te voldoen, kan de Commissie de schuldendienst tijdelijk uit haar eigen kasmiddelen bekostigen. In dat geval is artikel 12 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz.

1) van toepassing.

24.

5. BEREKENINGSWIJZE


Niet van toepassing.

25.

6. TIJDSCHEMA VOOR DE BETALINGEN (IN EURO)


Niet van toepassing.

Rubriek| Kredieten| Betalingen

|||| Jaar n| Jaar n+| Jaar n+| Jaar n+| Volgende begrotingsjaren

|| Jaar n||||||

|| Jaar n+||||||

||||||||

|| Jaar n||||||

|| Jaar n+||||||

||||||||

|| Totaal||||||

[1] Het eerste programma viel onder Beschikking 2009/458/EG van de Raad, het tweede onder Besluit 2011/288/EU van de Raad.

[2] PB L 150 van 13.6.2009, blz. 6.

[3] PB L 132 van 12.5.2011, blz. 28.