Toelichting bij COM(2012)178 - Standpunt EU in de VN/ECE over de ontwerpreglementen inzake waarschuwingssystemen voor het onbedoeld verlaten van de rijstrook en geavanceerde noodremsystemen - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
| dossier | COM(2012)178 - Standpunt EU in de VN/ECE over de ontwerpreglementen inzake waarschuwingssystemen voor het onbedoeld verlaten van de ... |
|---|---|
| bron | COM(2012)178   |
| datum | 06-06-2012 |
·
Motivering en doel van het voorstel
De Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (VN/ECE) ontwikkelt op internationaal niveau geharmoniseerde voorschriften om technische belemmeringen voor de handel in motorvoertuigen tussen de partijen bij de Herziene Overeenkomst van 1958 op te heffen en ervoor te zorgen dat die voertuigen een hoog niveau van veiligheids- en milieubescherming bieden.
Onlangs heeft de VN/ECE de laatste hand gelegd aan twee ontwerpreglementen betreffende uniforme bepalingen voor de goedkeuring van motorvoertuigen wat betreft waarschuwingssystemen voor het onbedoeld verlaten van de rijstrook (Lane Departure Warning Systems — LDWS)[1] en geavanceerde noodremsystemen (Advanced Emergency Braking Systems — AEBS)[2]. Deze ontwerpreglementen hebben tot doel een hoog veiligheidsniveau vast te stellen voor motorvoertuigen die met LDWS en AEBS zijn uitgerust, alsook uniforme testprocedures voor de typegoedkeuring van die voertuigen.
De installatie van LDWS en AEBS is op EU-niveau voor bepaalde motorvoertuigen van de categorieën M2, N2, M3 en N3 verplicht uit hoofde van artikel 10 van Verordening (EG) nr. 661/2009 betreffende de algemene veiligheid van motorvoertuigen[3] en de uitvoeringsmaatregelen daarvan.
Dit voorstel is bedoeld om het standpunt van de Unie over deze twee ontwerpreglementen van de VN/ECE inzake LDWS en AEBS te bepalen en zo de Unie, vertegenwoordigd door de Commissie, in staat te stellen voor deze ontwerpen te stemmen. Daardoor kunnen de ontwerpreglementen van de VN/ECE inzake LDWS en AEBS in het systeem van de Unie voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen worden opgenomen.
·
Algemene context
Verordening (EG) nr. 661/2009 bevat basisvoorschriften voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen van de categorieën M2, M3, N2 en N3 wat de installatie van LDWS betreft. Die verordening bevat ook basisvoorschriften voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen van de categorieën M2, M3, N2 en N3 wat de installatie van AEBS betreft. Er moesten specifieke procedures, tests en voorschriften voor die typegoedkeuring op EU-niveau worden vastgesteld. Daarom heeft de Commissie in 2012 twee uitvoeringsverordeningen voor Verordening (EG) nr. 661/2009 vastgesteld, betreffende LDWS en AEBS[4]. De technische bepalingen van die uitvoeringsverordeningen zijn in grote lijnen gebaseerd op de desbetreffende ontwerpreglementen van de VN/ECE.
Bijgevolg wordt nu voorgesteld dat de Unie voor de twee ontwerpreglementen van de VN/ECE inzake LDWS en AEBS stemt, zodat er gemeenschappelijke, geharmoniseerde voorschriften op internationaal niveau komen, hetgeen de internationale handel zal bevorderen. Hierdoor zullen Europese ondernemingen maar één reeks voorschriften moeten volgen, die wereldwijd is erkend (d.w.z. in de landen die overeenkomstsluitende partij zijn bij de Herziene Overeenkomst van 1958).
·
Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied
Verordening (EG) nr. 661/2009 bevat voorschriften voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen van de categorieën M2, M3, N2 en N3 wat de installatie van LDWS en AEBS betreft. Daarnaast heeft de Commissie in 2012 twee uitvoeringsverordeningen van de Commissie voor Verordening (EG) nr. 661/2009 betreffende LDWS en AEBS vastgesteld.
·
Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU
Het voorstel is in overeenstemming met de doelstellingen van Verordening (EG) nr. 661/2009 betreffende de algemene veiligheid van motorvoertuigen en is bijgevolg consistent met de EU-doelstelling om een hoog niveau van verkeers- en arbeidsveiligheid te waarborgen.
Inhoudsopgave
·
Raadpleging van belanghebbende partijen
Bij de opstelling van het voorstel heeft de Europese Commissie de belanghebbenden geraadpleegd. Er heeft een algemene raadpleging over de voorgenomen aanpak voor LDWS en AEBS plaatsgevonden in het kader van CARS 21, waar de lidstaten, de fabrikanten (Europese en nationale vertegenwoordigers en individuele bedrijven), de fabrikanten van onderdelen, de vervoersorganisaties en vertegenwoordigers van de gebruikers aan hebben deelgenomen. De voorgestelde aanpak voor LDWS en AEBS is ook besproken in het technisch comité motorvoertuigen, toen gestemd werd over de twee uitvoeringsverordeningen van de Commissie voor Verordening (EG) nr. 661/2009 betreffende LDWS en AEBS. · Effectbeoordeling De Europese Commissie heeft een effectbeoordeling voor Verordening (EG) nr. 661/2009 laten uitvoeren, die ook betrekking had op LDWS en AEBS. Bovendien werd overeenkomstig artikel 14, lid 3, onder a), van Verordening (EG) nr. 661/2009 een kosten-batenanalyse verricht om na te gaan of het haalbaar is bepaalde voertuigen of klassen van voertuigen vrij te stellen van de verplichting om AEBS en LDWS te installeren.
·
Samenvatting van de voorgestelde maatregel
Door dit voorstel zal de Unie, vertegenwoordigd door de Commissie, voor deze ontwerpreglementen van de VN/ECE betreffende LDWS en AEBS kunnen stemmen.
·
Rechtsgrondslag
Vanwege de specifieke kenmerken van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is de rechtsgrondslag die vroeger werd gebruikt en waarnaar in overweging 1 werd verwezen, vervangen door een rechtstreekse verwijzing naar artikel 218, lid 9. Dit vergt een aanpassing van het voorbereidingsproces voor de zittingen van WP29 en leidt tot een wijziging van de juridische vorm, namelijk een besluit van de Raad in plaats van een besluit van de Commissie, zoals de afgelopen 14 jaar bij het voorbereidingsproces werd gebruikt.
·
Subsidiariteitsbeginsel
De voorschriften voor LDWS en AEBS zijn reeds op EU-niveau geharmoniseerd. Het is alleen op het niveau van de Unie mogelijk vóór internationale instrumenten als de ontwerpreglementen van de VN/ECE te stemmen en die instrumenten in het systeem van de Unie voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen op te nemen. Zo wordt niet alleen een versnippering van de interne markt voorkomen, maar worden in de hele EU ook dezelfde gezondheids- en veiligheidsnormen gewaarborgd. Dit biedt ook schaalvoordelen: producten kunnen voor de hele Europese markt, en zelfs voor de internationale markt, worden gemaakt in plaats van aangepast te worden om in elke lidstaat nationale typegoedkeuring te verkrijgen.
Het voorstel is derhalve in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel.
·
Evenredigheidsbeginsel
Het voorstel is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel omdat het niet verder gaat dan nodig is om de doelstellingen te verwezenlijken, namelijk een goede werking van de interne markt te waarborgen en tegelijkertijd een hoog niveau van openbare veiligheid en bescherming te bieden.
·
Keuze van instrumenten
Voorgesteld instrument: besluit van de raad.
Het gebruik van een besluit van de Raad wordt passend geacht aangezien dit in overeenstemming is met artikel 218, lid 9, VWEU.
Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Unie.
·
Europese Economische Ruimte
De voorgestelde maatregel betreft een onderwerp dat onder de EER-overeenkomst valt en moet daarom tot de Europese Economische Ruimte worden uitgebreid.