Toelichting bij COM(2012)177 - Ontwerpbesluit van de Raad houdende herziening van het Statuut van het Economisch en Financieel Comité

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

52012DC0177

ADVIES VAN DE COMMISSIE betreffende het ontwerpbesluit van de Raad houdende herziening van het Statuut van het Economisch en Financieel Comité /* COM/2012/0177 final */


ADVIES VAN DE COMMISSIE

betreffende het ontwerpbesluit van de Raad houdende herziening van het Statuut van het Economisch en Financieel Comité

Overeenkomstig artikel 242 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie stelt de Raad, na raadpleging van de Commissie, het statuut vast van de comités. Bij brief van 1 maart 2012 heeft de Raad de Commissie om advies verzocht over een herziening van het Statuut van het Economisch en Financieel Comité (EFC), dat is vastgelegd bij Besluit 2003/476/EG van de Raad van 18 juni 2003.

Met de voorgestelde herziening wordt beoogd rekening te houden met een aantal beslissingen die de staatshoofden en regeringsleiders van de lidstaten die de euro als munt hebben, op 26 oktober 2011 hebben genomen met betrekking tot de governance van de eurozone. De staatshoofden en regeringsleiders hebben met name het volgende verklaard:

– de Eurogroepwerkgroep (dit is het in artikel 1 van Protocol nr. 14 betreffende de Eurogroep bedoelde voorbereidende orgaan dat is samengesteld uit vertegenwoordigers van de ministers van Financiën van de lidstaten die de euro als munt hebben, en van de Commissie) zal worden voorgezeten door een voltijdse voorzitter;

– de voorzitter van de Eurogroepwerkgroep (EWG) en de voorzitter van het Economisch en Financieel Comité (EFC) zullen in beginsel gelijktijdig worden verkozen;

– de bestaande administratieve structuren (namelijk het secretariaat-generaal van de Raad en het EFC-secretariaat) zullen worden versterkt en op goed gecoördineerde wijze samenwerken om onder leiding van de voorzitter van het EFC/de EWG adequate ondersteuning te bieden aan de voorzitter van de Eurotop en de voorzitter van de Eurogroep.

Momenteel is in het EFC-Statuut bepaald dat de voorzitter van het EFC wordt gekozen uit de EFC-leden die nationale ambtenaren zijn. Aangezien de voltijdse EWG-voorzitter geen nationale ambtenaar meer zal zijn maar bij de EU-instellingen werkzaam zal zijn, maakt deze bepaling het derhalve niet mogelijk de permanente EWG-voorzitter als EFC-voorzitter te verkiezen. Daarom wordt voorgesteld het EFC-Statuut zodanig te wijzigen dat dit wel mogelijk wordt. Meer in het bijzonder zullen de volgende wijzigingen worden aangebracht:

– de artikelen 1 en 2 worden gewijzigd om rekening te houden met de inwerkingtreding van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

– artikel 4 wordt zodanig gewijzigd dat is bepaald dat het Comité onder het voorzitterschap van de voorzitter bijeenkomt;

– artikel 6 wordt zodanig gewijzigd dat de EWG-voorzitter voor verkiezing tot EFC-voorzitter in aanmerking komt;

– artikel 7 wordt zodanig gewijzigd dat de EWG-voorzitter in aanmerking komt om als EFC-vicevoorzitter te worden gekozen, tenzij hij al als EFC-voorzitter is gekozen;

– in artikel 7 wordt ook bepaald dat de EWG-voorzitter – indien hij niet al EFC-voorzitter is – de EFC-vergaderingen bijwoont, tenzij het EFC een andersluidend besluit neemt.

De Commissie is van oordeel dat de voorgestelde herziening passend is. Met de herziening wordt immers op adequate wijze uitvoering gegeven aan de bovenbeschreven beslissingen van de staatshoofden en regeringsleiders. Een gedeeld voorzitterschap zou een doeltreffende samenwerking tussen het EFC en de EWG in de hand werken, gezien de daaruit voortvloeiende nauwe banden tussen beide comités. Bovendien zou het permanente karakter van het voorzitterschap ook het EFC zelf ten goede komen, omdat de voorzitter ervan vrij zou zijn van taken in de nationale administratie. Al bij al zou de herziening resulteren in een versterking van het EU-kader voor de economische governance. De herziening heeft geen gevolgen voor de rol van de Commissie in het Comité. Er zij op gewezen dat de voorgestelde herziening Besluit 98/743/EG van de Raad van 21 december 1998 houdende nadere bepalingen betreffende de samenstelling van het Economisch en Financieel Comité onverlet laat.

Tegelijkertijd meent de Commissie dat het nuttig zou zijn mocht de Raad de gelegenheid te baat nemen om de volgende twee technische correcties in de ontwerpherziening van het statuut aan te brengen:

– in artikel 1, verwijzen naar het Verdrag betreffende de werking van de EU (in plaats van naar het VEG)

"Het Economisch en Financieel Comité ("het comité") voert de taken uit als omschreven in artikel 134, leden 2 en 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie";

– in artikel 3, verwijzen naar 'de Unie' (niet naar 'de Gemeenschap')

"De leden van het comité en hun plaatsvervangers laten zich bij de uitoefening van hun ambt leiden door het algemeen belang van de Unie".

Concluderend brengt de Commissie een gunstig advies uit over het ontwerpbesluit houdende herziening van het Statuut van het Economisch en Financieel Comité.