Toelichting bij COM(2012)78 - Wijziging van het Besluit van de Raad van 2 september 2011 tot gedeeltelijke schorsing van de toepassing van de samenwerkingsovereenkomst met Syrië

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


Op 18 januari 1977 sloten de Europese Economische Gemeenschap en de Arabische Republiek Syrië een samenwerkingsovereenkomst (hierna 'de samenwerkingsovereenkomst' genoemd)[1] met als doel algemene samenwerking te bevorderen ter versteviging van de betrekkingen tussen de partijen.

Op 2 september 2011 besloot de Raad de toepassing van de samenwerkingsovereenkomst gedeeltelijk te schorsen[2] totdat de Syrische autoriteiten een einde maken aan de systematische schendingen van de mensenrechten en totdat het algemeen internationaal recht en de beginselen die de basis zijn van de samenwerkingsovereenkomst, opnieuw worden nageleefd.

Gezien de verdere verslechtering van de situatie in Syrië heeft de Unie besloten aanvullende beperkende maatregelen tegen het Syrische regime in te stellen.

In dat verband moet de gedeeltelijke schorsing van de toepassing van de samenwerkingsovereenkomst blijven gelden. Overeenkomstig de aanpak van 2 september 2011 moet de schorsing tegen de Syrische autoriteiten gericht zijn, en niet tegen het Syrische volk, en moet zij dienovereenkomstig beperkt zijn. Aangezien het Syrische regime in het bijzonder voordeel haalt uit de handel in goud, edelmetaal en diamant, en derhalve zijn repressieve beleid daarmee wordt ondersteund, moet de schorsing worden uitgebreid tot de handel in deze grondstoffen.