Toelichting bij COM(2006)243-1 - Uitvoering en de resultaten van hetprogramma "Pericles" voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Het communautair programma 'Pericles' inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij is vastgesteld bij Besluit 2001/923/EG van de Raad van 17 december 2001; het is erop gericht de maatregelen die de lidstaten nemen of die vervat zijn in bestaande programma's ter bestrijding van valsemunterij, te ondersteunen en aan te vullen. Op grond van het Pericles-evaluatieverslag van 30 november 2004 wordt thans voorgesteld om de geldigheidsduur van het Besluit van de Raad van 17 december 2001 te verlengen tot en met 31 december 2013.

Een eerste verlenging tot 2006

De geldigheidsduur van het oorspronkelijke Periclesbesluit was 1 januari 2002 tot en met 31 december 2005. Op 8 april 2005 diende de Commissie een voorstel in om het programma aan te passen en het te verlengen met ingang van 1 januari 2006 tot en met 31 december 2011 (COM(2005) 127 def). Op grond van het evaluatieverslag van 30 november 2004 keurde de Raad een verlenging goed.

De vastgestelde datum was 31 december 2006 omdat er op het moment van de besprekingen geen financiële vooruitzichten voor de periode na 2006 beschikbaar waren.

Voorgestelde verdere verlenging en financiering

Het in de Raad bereikte akkoord houdt een verlenging van het programma met een aantal jaren in, tot en met 2011 zoals de Commissie indertijd had voorgesteld. In het bijzonder verklaarde de Raad op zijn vergadering van 30 januari 2006 het volgende: 'de Raad is van oordeel dat het programma 'Pericles" een meerjarig karakter heeft en dat het tot 2011 moet worden verlengd. Daartoe verzoekt hij de Commissie, zodra overeenstemming is bereikt over het toekomstige financiële kader 2007-2013, een voorstel tot verlenging van het programma 'Pericles' in te dienen voor de periode die ingaat in 2007" i.

Meer in het bijzonder zag de Raad de volgende gronden om het programma te verlengen en uit te breiden:

- waakzaam te blijven opdat het aantal nagemaakte eurobiljetten gelijk blijft of wordt teruggedrongen en een toename van het aantal nagemaakte euromuntstukken die het vertrouwen van het publiek zou aantasten, wordt voorkomen;

- nieuw personeel op te leiden/voor te lichten en de opleidingen uit te breiden tot groepen die minder profijt hebben gehad van het programma, zoals financiële operatoren, openbare aanklagers en technisch personeel;

- het betrokken personeel op te leiden wat betreft de kenmerken van de nieuwe generatie eurobiljetten, die eind dit decennium in omloop zal worden gebracht;

- in het bijzonder intensief werk te maken van opleiding en technische bijstand in de nieuwe lidstaten, met voorrang voor die welke als eerste de euro als eenheidsmunt zullen introduceren.

Er is duidelijk behoefte aan voortdurende opleiding en technische bijstand inzake de bescherming van de euro. De reden daarvoor is dat een aantal lidstaten waarschijnlijk tot de eurozone zal toetreden en dat de deskundigheid bij de bevoegde diensten continu moet worden geactualiseerd.

Op de Europese Raad van 15-16 december 2005 werd een akkoord bereikt over het financieel kader voor de periode 2007-2013 i.

Het is vaste praktijk om de duur van door de Gemeenschap gefinancierde programma's gelijk te laten lopen met die van de financiële vooruitzichten. Dit draagt ertoe bij de goedkeuring van programma's te vergemakkelijken en voorkomt procedures om 'gaten' in de programmering op te vullen.

In het licht daarvan wordt voorgesteld het programma 'Pericles' met nog eens zeven jaar te verlengen tot eind 2013 en er een constant jaarlijks budget van één miljoen euro aan toe te kennen, zijnde 7 miljoen euro in totaal.

Voorgestelde wijzigingen

In concreto worden de volgende wijzigingen van het Periclesbesluit voorgesteld:

- in artikel 1, lid 2: 31 december 2013 als nieuwe einddatum van de geldigheidsduur;

- in artikel 6: een referentiebedrag van 7 miljoen EUR.

Rekening houdende met de verlenging, wordt voorgesteld de termijnen in artikel 13, lid 3, als volgt te wijzigen:

- onder a), “30 juni 2005” vervangen door “30 juni 2013”;

- onder b), een nieuwe termijn van 30 juni 2014 vast te stellen.

In artikel 15, wordt de datum waarop het besluit van toepassing wordt, vastgesteld op 1 januari 2007.