Toelichting bij COM(2010)149 - Gewijzigde begroting nr. 3 bij de begroting 2010, Afdeling III - Commissie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

52010DC0149

Ontwerp van gewijzigde begroting nr. 3 bij de algemene begroting 2010 staat van uitgaven per afdeling Afdeling III - Commissie /* COM/2010/0149 def. */


[afbeelding - zie origineel document] EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 8.4.2010


COM(2010)149 definitief

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 3 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2010

STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELINGAfdeling III - Commissie

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 3BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2010

STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELINGAfdeling III - Commissie

Gelet op:

- het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 314, in samenhang met het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 106bis,

- Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen i, en met name op artikel 37,

- de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2010, die op 17 december 2009 i is goedgekeurd,

- de ontwerpen van gewijzigde begroting nr. 1/2010 i en nr. 2/2010 i, beide goedgekeurd op 19 maart 2010,

- de gewijzigde Verordening (EG) nr. 1905/2006 i van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking,

dient de Europese Commissie bij de begrotingsautoriteit het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 3 bij de begroting 2010 in.

2.

INHOUDSOPGAVE


Inleiding

4

3.

2. Begeleidende maatregelen in de bananensector 4


4.

2.1 Motivering voor de herschikking van kredieten 5


5.

2.2 Bijdrage van het flexibiliteitsinstrument 9


6.

3. Overzichtstabel per rubriek van het financieel kader 10


WIJZIGINGEN IN DE STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING

De wijzigingen in de staat van ontvangsten en uitgaven per afdeling zijn beschikbaar via EUR-Lex: eur-lex.europa.eu/budget/www/index-nl. Ter informatie is een Engelse versie van de wijzigingen in de staat van uitgaven per afdeling als budgettaire bijlage bijgevoegd.

Inleiding



Het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 3/2010 heeft betrekking op kredieten ter financiering van de begeleidende maatregelen in de bananensector (BMB) ten behoeve van de belangrijkste bananenexporterende ACS-staten die de gevolgen ondervinden van de meestbegunstigingsliberalisering in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), in aansluiting op het voorstel tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1905/2006.

De betrokken maatregelen zouden een looptijd van vier jaar (2010-2013) en een budget van 190 miljoen EUR hebben.

In 2010 zal 75 miljoen EUR aan de BMB worden toegewezen, op het tijdens de procedure voor de begroting 2010 ingevoerde artikel 21 06 07 –Begeleidende maatregelen in de bananensector. Dit bedrag zal in afwachting dat de gewijzigde Verordening (EG) nr. 1905/2006 wordt goedgekeurd i, in de reserve worden opgenomen en als volgt worden gefinancierd: 55,8 miljoen EUR aan vastleggingskredieten afkomstig van een herschikking van kredieten binnen rubriek 4, 0,9 miljoen EUR van de binnen rubriek 4 beschikbare marge en de overige 18,3 miljoen EUR van het flexibiliteitsinstrument in 2010.

De netto financiële gevolgen van deze gewijzigde begroting bedragen 19,2 miljoen EUR nieuwe vastleggingen, zonder bijkomend verzoek tot betalingskredieten.

7.

2. Begeleidende maatregelen in de bananensector


De Europese Unie is vastbesloten de ACS-landen te helpen zich aan te passen aan de gevolgen van veranderingen in haar invoerregime. Integratie van alle ontwikkelingslanden in het multilaterale handelssysteem en de mondiale economie is een kerndoelstelling van de EU op het gebied van ontwikkeling. De Europese Commissie stelt daarom voor de belangrijkste bananenexporterende ACS-staten te helpen bij het beantwoorden van de uitdagingen die zich voor hen stellen door middel van begeleidende maatregelen in de bananensector (BMB).

De begeleidende maatregelen hebben tot doel de aanpassing te ondersteunen van bananenexporterende ACS-staten die de gevolgen ondervinden van de most-favoured nation (MFN)-liberalisering in het kader van de WTO.

Het programma omvat:

- ondersteuning van de aanpassing en/of herstructurering van gebieden die van de bananenexport afhankelijk zijn, via begrotingssteun of specifieke bijstandsmaatregelen;

- totstandbrenging van sociaal aanpassingsbeleid, economische diversificatie of investeringen ter vergroting van het concurrentievermogen waar zulks een haalbare strategie is, rekening houdende met de resultaten van en de ervaringen opgedaan met de Bijzondere bijstandsregeling en de Bijzondere kaderregeling voor bijstand ten behoeve van traditionele ACS-bananentelers.

8.

2.1 Motivering voor de herschikking van kredieten


- 07 02 04 - Voorbereidende actie — Milieumonitoring van het Zwarte-Zeebekken en een gemeenschappelijk Europees kaderprogramma voor de ontwikkeling van de Zwarte-Zeeregio

Deze voorbereidende actie is een voortzetting, met dezelfde doelstellingen, van het in 2008 geïntroduceerde proefproject - Milieumonitoring van het Zwarte-Zeebekken en een gemeenschappelijk Europees kaderprogramma voor de ontwikkeling van de Zwarte-Zeeregio.

Uit de begrotingen 2008 en 2009 werd steun van telkens 1 miljoen EUR verleend voor 2 projecten van de Zwarte-Zeecommissie. De Zwarte-Zeecommissie is de enige organisatie die vanwege haar bevoegdheden en structuur voor een efficiënte dialoog over vervuiling tussen de oeverstaten kan zorgen.

De doelstellingen van de in 2008-2009 ondersteunde projecten waren:

- versterking van de institutionele samenwerking met het oog op de totstandbrenging van de vereiste consensus voor het aanpakken van de olievervuilingsproblematiek en het voorbereiden van de realisatie van een monitoring- en informatieplatform inzake olievervuiling;

- ontwikkeling van de capaciteiten op het gebied van informatieverzameling en monitoring die de oeverstaten nodig hebben om de olievervuiling beter te kunnen aanpakken.

De resultaten van beide projecten zullen eind 2011 bekend zijn. Zoals reeds is aangegeven in de brief aan het Parlement over de uitvoerbaarheid van de in eerste lezing aangenomen amendementen, vindt de Commissie het raadzaam de resultaten van die projecten af te wachten voordat nieuwe activiteiten inzake olievervuiling op touw worden gezet.

Alhoewel de Commissie verdere werkzaamheden inzake milieumonitoring van het Zwarte-Zeebekken in het kader van de voorbereidende actie opportuun acht, is zij van oordeel dat de kredieten die op de begroting 2010 beschikbaar zijn (2 miljoen EUR) niet volledig kunnen worden gebruikt.

Rekening houdende met het vereiste om op bestaande projecten en resultaten voort te bouwen en overlapping met lopende of reeds geplande activiteiten te vermijden, en met de absorptiecapaciteit van eventuele uitvoerende organisaties in de regio, schat de Commissie dat voor eventuele activiteiten in 2010 ten hoogste 0,5 miljoen EUR nodig zal zijn.

De Commissie stelt daarom voor een bedrag van 1,5 miljoen EUR aan vastleggingskredieten te herschikken.

- 19 06 08 — Noodmaatregelen tegen de financiële en economische crisis in de ontwikkelingslanden

De begroting van de Gemeenschap is niet toegerust om macro-economisch en sectoraal direct iets te doen aan de gevolgen van de financiële en economische crisis in de circa 50 landen van het financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI); dat is de rol en de opdracht van de internationale financiële instellingen (IFI's).

Overeenkomstig het door het Europees Parlement gestelde doel dient de voorbereidende actie, en het beperkte budget, te worden toegespitst op het evalueren van de gevolgen van de financiële en economische crisis in de ontwikkelingslanden.

De Commissie heeft voorgesteld in 2010 een begin te maken met de betrokken werkzaamheden in de vorm van een studie over de impact van de crisis in die landen. Het benodigde bedrag wordt geraamd op 0,5 miljoen EUR. De Commissie stelt daarom voor een bedrag van 2,5 miljoen EUR aan vastleggingskredieten te herschikken.

- 19 09 01 — Samenwerking met ontwikkelingslanden in Latijns-Amerika

Na reeds geplande acties opnieuw bekeken te hebben, stelt de Commissie voor een bedrag van 1 miljoen EUR te herschikken.

- 19 10 01 01 - Samenwerking met ontwikkelingslanden in Azië

Na reeds geplande acties opnieuw bekeken te hebben, stelt de Commissie voor een bedrag van 2 miljoen EUR te herschikken.

- 21 02 01 — Voedselzekerheid

Na reeds geplande acties opnieuw bekeken te hebben, stelt de Commissie voor een bedrag van 1 miljoen EUR te herschikken.

- 21 02 03 – Snelleresponsfaciliteit voor maatregelen tegen de scherpe stijging van de voedselprijzen in de ontwikkelingslanden

Een bedrag van 17,4 miljoen EUR was reeds vervroegd in 2009 in de begroting opgenomen om urgente behoeften in Ghana te dekken. Zoals bij kredietoverschrijving DEC 42/2009 reeds is toegelicht, was de Commissie voornemens in 2010 het bedrag terug over te schrijven naar een ander begrotingsonderdeel om het totale budget van 1 miljard EUR voor de voedselfaciliteit in de periode 2008-2010 te respecteren.

De Commissie stelt daarom voor een bedrag van 17,4 miljoen EUR aan vastleggingskredieten te herschikken.

- 21 05 01 01 — Gezondheid

Na reeds geplande acties opnieuw bekeken te hebben, stelt de Commissie voor een bedrag van 1 miljoen EUR te herschikken.

- 21 05 01 06 — Voorbereidende actie voor de overdracht van technologie op farmaceutisch gebied ten behoeve van ontwikkelingslanden

Deze voorbereidende actie beoogt de verbetering van het onderzoek naar, de ontwikkeling van en de productiecapaciteit voor medicijnen in ontwikkelingslanden te ondersteunen om zodoende de toegang, voornamelijk van de armste en minst ontwikkelde landen, tot geneesmiddelen voor armoedegerelateerde, tropische en verwaarloosde, en niet-overdraagbare ziekten te vergemakkelijken.

In het eerste jaar van deze voorbereidende actie – begroting 2008 – werd een bijdrageovereenkomst ondertekend met de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO, december 2008) om een grootschalige raadpleging van belanghebbenden te organiseren. Het doel van de studie is de belangrijkste uitdagingen en obstakels voor lokale farmaceutische productie en de ermee samenhangende overdracht van technologie aan de ontwikkelingslanden te identificeren en aanbevelingen en advies te geven voor verdere actie op dit gebied. De studie is in januari 2009 gelanceerd en zal gedurende 24 maanden lopen.

Een deel van de kredieten voor het tweede jaar van de voorbereidende actie – begroting 2009 – werd gebruikt om deze studie uit te breiden tot vaccins en diagnostische middelen via een wijziging van de oorspronkelijke bijdrageovereenkomst met de WHO (0,5 miljoen EUR). Verdere acties zullen samen met de WHO en de UNCTAD (Conferentie van de Verenigde Naties voor Handel en Ontwikkeling) worden aangewezen wanneer de eerste gedeeltelijke resultaten van de studie beschikbaar zijn (vanaf maart 2010). In deze tweede fase (4,5 miljoen EUR) zal de basis worden gelegd voor de uitvoering van de aanbevelingen van de studie en het kader worden vastgesteld voor concrete capaciteitsopbouwende maatregelen in aansluiting op de geïdentificeerde behoeften en prioriteiten. De verwachting is dat de uitvoering ervan zal plaatsvinden via een bijdrageovereenkomst met het meest geschikte VN-agentschap.

De opzet van deze tweede fase is flexibel gehouden, om met de ontwikkeling van capaciteitsopbouwende plannen op het gebied van personeel te kunnen starten en met de eerste resultaten van de studie rekening te houden zo gauw deze beschikbaar zijn. Deze activiteiten zijn reeds gedekt door de in 2009 toegewezen middelen; de steun voor andere terreinen dient daarom voort te bouwen op de aanbevelingen die uit de studie voortkomen. Bijgevolg zou het voorbarig en uiterst moeilijk zijn om nieuwe activiteiten aan te wijzen vóór 2011.

De uit de begroting 2008 gefinancierde studie is pas in 2009 van start gegaan. Het doel van de studie is de belangrijkste prioriteiten en uitdagingen voor lokale farmaceutische productie en de ermee samenhangende overdracht van technologie te identificeren en aanbevelingen te geven voor verdere actie op dit gebied. Aangezien de eindresultaten pas eind 2010 bekend zullen zijn, zou het voorbarig zijn nu al nieuwe acties aan te wijzen zonder met deze resultaten rekening te houden.

De Commissie stelt daarom voor een bedrag van 3,3 miljoen EUR aan vastleggingskredieten te herschikken.

- 21 06 03 — Aanpassingssteun voor de landen van het suikerprotocol

Het is vanwege de politieke situatie niet mogelijk om de totale indicatieve toewijzing voor Fiji vast te leggen (Overeenkomst van Cotonou artikel 96 en DCI artikel 37). Aangezien de middelen niet kunnen worden gebruikt zoals oorspronkelijk was gepland, stelt de Commissie voor 24,3 miljoen EUR van het begrotingsonderdeel voor suiker te herschikken.

- 21 07 04 — Grondstoffenovereenkomst

De Internationale Overeenkomst inzake tropisch hout, waarover in 2006 is onderhandeld, moest in 2009 of uiterlijk in 2010 in werking treden. Brazilië, één van 's werelds grootste producenten van tropisch hout, heeft de overeenkomst nog niet geratificeerd. Deze zal dus later dan gepland in werking treden waardoor de lidmaatschapsbijdrage kleiner dan verwacht zal zijn.

De Commissie stelt daarom voor een bedrag van 1,8 miljoen EUR aan vastleggingskredieten te herschikken.

9.

2.2 Bijdrage van het flexibiliteitsinstrument


Punt 27 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 i biedt de mogelijkheid het flexibiliteitsinstrument in te zetten om nauwkeurig bepaalde uitgaven te financieren die niet binnen het beschikbare maximum van een of meer andere rubrieken van het meerjarig financieel kader kunnen worden gefinancierd.

Overeenkomstig punt 27 van het Interinstitutioneel Akkoord en na alle mogelijkheden voor een herverdeling van kredieten binnen rubriek 4 te hebben onderzocht, zoals gezegd in punt 2.1 hiervoor, stelt de Commissie voor middelen uit het flexibiliteitsinstrument beschikbaar te stellen om de begeleidende maatregelen in de bananensector (BMB) te financieren, voor een bedrag van 18,3 miljoen EUR boven het maximum van rubriek 4.

10.

3. Overzichtstabel per rubriek van het financieel kader


Financieel kader Rubriek/subrubriek Financieel kader Begroting 2010 (inclusief OGB 1 en 2/2010) OGB 3/ Begroting 2010 (inclusief OGB 1 tot 3/2010)

|VKBKVKBKVKBKVKBK 1. DUURZAME GROEI 1a. Concurrentiekracht ter bevordering van groei en werkgelegenheid14 167 000 14 861 853 11 342 270 14 861 853 11 342 270 1b. Samenhang ter bevordering van groei en werkgelegenheid49 388 000 49 387 592 36 384 885 49 387 592 36 384 885 Totaal 63 555 000 64 249 445 47 727 155 64 249 445 47 727 155 Marge i-194 445 -194 445 2. BESCHERMING EN BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen47 146 000 43 819 801 43 701 207 43 819 801 43 701 207 Totaal 59 955 000 59 498 833 58 135 640 59 498 833 58 135 640 Marge456 166 456 166 3. BURGERSCHAP, VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHTVAARDIGHEID 3a. Vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid1 025 000 1 006 487 738 570 1 006 487 738 570 3b. Burgerschap668 000 668 000 659 387 668 000 659 387 Totaal 1 693 000 1 674 487 1 397 957 1 674 487 1 397 957 Marge i18 512 18 512 4. DE EU ALS MONDIALE PARTNER i7 893 000 8 141 006 7 787 695 19 175 8 160 182 7 787 695 Marge 875 -18 300 5. ADMINISTRATIE i7 882 000 7 908 478 7 908 478 7 908 983 7 908 478 Marge 53 016 53 016 TOTAAL 140 978 000 134 289 000 141 472 755 122 956 928 19 175 141 491 931 122 956 928 Marge529 126 11 660 953 528 250 11 660 953