Toelichting bij COM(2003)438 - Ondertekening van de overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking met Mexico

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. De Overeenkomst inzake economisch partnerschap, politieke coördinatie en samenwerking  i tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Verenigde Mexicaanse Staten (hierna 'Mexico' genoemd), anderzijds, trad op 1 oktober 2000 in werking. In artikel 29, lid 5, van die overeenkomst werd samenwerking op het gebied van wetenschap en technologie gezien als een gebied van bijzonder belang en met een bijzonder potentieel.

2. In haar mededeling COM(96)344 def. van 19 juli 1996, 'Bevorderen van OTO-samenwerking met de nieuwe industrielanden', heeft de Commissie onder meer aanbevolen dat de Unie diende te overwegen om met bepaalde nieuwe industrielanden wetenschappelijke en technologische samenwerkings overeenkomsten te sluiten. In zijn resolutie van 14 maart 1997 over die mededeling heeft het Europees Parlement de Commissie verzocht 'op basis van de situatie in ieder land onderhandelingen met het oog op de sluiting van bilaterale overeenkomsten aan te vatten waarin een juridisch kader voor de bevordering van de OTO-samenwerking ... wordt vastgelegd'.

De verdere uitbouw van de wetenschappelijke en technologische samenwerking met deze landen werd bevestigd in de mededeling van de Commissie getiteld 'De internationale dimensie van de Europese onderzoekruimte' (COM (2001) 346 definitief).

3. Op 22 januari 2002 heeft de ambassadeur van Mexico bij de EU een officieel verzoek overhandigd om met de Europese Gemeenschap onderhandelingen te beginnen over een specifieke overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking.

4. Op 12 juli 2002 heeft Raad de Commissie gemachtigd onderhandelingen te voeren over een overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en Mexico. De onderhandelingen hebben geresulteerd in de bijgevoegde overeenkomst die op 2 april 2003 in Mexico is geparafeerd.

5. De onderhandelingen over de overeenkomst stonden in het teken van uitbreiding en intensivering van de samenwerking tussen Mexico en de Europese Unie. Daarbij is uitgegaan van het belang van wetenschap en technologie voor de economische en maatschappelijke ontwikkeling en het wederzijds verlangen om de uitvoering van samenwerkingsactiviteiten uit te breiden en te versterken op gebieden van gemeenschappelijk belang zoals:

- milieu en klimaat, met inbegrip van aardobservatie,

- medische biologie en gezondheid,

- landbouw, bosbouw en visserij,

- industriële en productietechnologie,

- elektronica, materiaalwetenschappen en metrologie,

- niet-nucleaire energie,

- transport,

- informatiemaatschappijtechnologie,

- economische en sociale ontwikkeling,

- biotechnologie,

- lucht- en ruimtevaart en toegepast onderzoek; en

- wetenschaps- en technologiebeleid.

6. De overeenkomst is gebaseerd op de beginselen van wederzijds profijt, wederkerigheid van mogelijke deelname aan elkaars programma's en activiteiten die relevant zijn voor de overeenkomst, non-discriminatie, doeltreffende bescherming van de intellectuele eigendom en billijke verdeling van de intellectuele eigendomsrechten. Deze overeenkomst wordt gesloten voor een eerste periode van vijf jaar en kan stilzwijgend worden verlengd na een volledige evaluatie aan de hand van de resultaten in het voorlaatste jaar van elke opeenvolgende periode van vijf jaar.

7. De overeenkomst voorziet in:

- het opzetten van netwerken en langdurige institutionele allianties tussen onderzoekcentra en onderzoek- en technologie-instituten en gezamenlijke uitvoering van projecten van gemeenschappelijk belang;

- de uitvoering van gezamenlijke OTO-projecten door onderzoek- en bedrijvencentra in Mexico en Europa, waaronder technologiebedrijven;

- de deelname van Mexicaanse onderzoekinstituten aan OTO-projecten in het bestaande kaderprogramma en deelname op basis van wederkerigheid van in de Gemeenschap gevestigde onderzoekinstituten aan Mexicaanse projecten in vergelijkbare OTO-sectoren. Een dergelijke deelname is onderworpen aan de voor de OTO-programma's van iedere partij geldende regels en procedures;

- bezoeken en uitwisselingen van wetenschappers, beleidsvormers op OTO-gebied en technische deskundigen, met inbegrip van wetenschappelijke opleiding door onderzoek;

- gezamenlijk organiseren van wetenschappelijke seminars, conferenties, symposia en workshops, alsmede deelname van deskundigen aan deze activiteiten;

- uitwisselingen en gezamenlijk gebruik van uitrusting en materialen waaronder het gezamenlijk gebruik en/of het lenen van laboratoriuminfrastructuur en uitrusting;

- uitwisseling van informatie over procedures, wetten, voorschriften en programma's die van belang zijn voor de samenwerking in het kader van deze overeenkomst, uitwisseling van ervaring en studies inzake de beste praktijk op het gebied van wetenschaps- en technologiebeleid;

- alle andere vormen van samenwerking als aanbevolen door het stuurcomité, wanneer deze met de bij elke partij gehanteerde beleidslijnen en procedures in overeenstemming worden geacht;

- samenwerkingsactiviteiten, afhankelijk van de beschikbare middelen en onderworpen aan de vigerende wetten en voorschriften en aan de geldende beleidslijnen en programma's van Mexico en de Gemeenschap. In principe vindt er geen overdracht van financiële middelen plaats.

8. Wat betreft de verspreiding en het gebruik van informatie, en het beheer, de toekenning en de uitoefening van intellectuele eigendomsrechten, die voortvloeien uit in het kader van de overeenkomst gezamenlijk verricht onderzoek, zijn de bepalingen van toepassing van de bijlage bij deze overeenkomst met de titel 'Intellectuele eigendomsrechten', welke bijlage een integrerend deel van deze overeenkomst vormt.

9. Het non-discriminatiebeginsel dat in artikel 3 van de overeenkomst is vastgelegd moet deelnemers uit de Gemeenschap aan Mexicaanse programma's en activiteiten beschermen tegen discriminerende behandeling, ook wat betreft de verspreiding en het gebruik van resultaten, met inbegrip van intellectuele eigendomsrechten. Het stuurcomité zal onder andere het efficiënte en effectieve functioneren van de overeenkomst, met inbegrip van de niet-discriminerende behandeling van de deelnemers, evalueren.

10. Bovendien zal meer samenwerking met Mexico op het gebied van wetenschap en technologie rechtstreeks bijdragen aan hechtere relaties tussen beide partijen en met name grote voordelen opleveren voor de Europese actoren en de positie van de Gemeenschap in Mexico verbeteren en dus ook binnen geheel Latijns-Amerika. Dit is in lijn met de conclusies van de Raad van de Europese Unie inzake de mededeling van de Commissie inzake een nieuw partnerschap Europese Unie/Latijns-Amerika op de drempel van de 21e eeuw (COM (1999) 105 van 9 maart 1999), de Verklaring van Rio van de staatshoofden en regeringsleiders van juni 1999 en de inhoud van de bestaande overeenkomst inzake economisch partnerschap, politieke coördinatie en samenwerking tussen de EG en Mexico.

Deze overeenkomst voor wetenschappelijke en technische samenwerking zou dus een goed instrument zijn om de huidige samenwerking in het kader van specifieke activiteiten voor internationale samenwerking met de ontwikkelingslanden van het zesde kaderprogramma uit te breiden en aan te vullen.

11. Gezien het bovenstaande stelt de Commissie voor dat de Raad:

- besluit dat de overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Mexicaanse Staten namens de Europese Gemeenschap wordt ondertekend, en

- de voorzitter van de Raad machtigt de persoon aan te wijzen die bevoegd is om de overeenkomst namens de Europese Gemeenschap te ondertekenen.