Toelichting bij COM(2005)471-2 - Tenuitvoerlegging van de overeenkomsten die zijn gesloten naar aanleiding van onderhandelingen uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, van de GATT 1994, houdende wijziging van bijlage I bij Verordening 2658/87 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Bij de uitbreiding van de EG-douane-unie wordt de EG door artikel XXIV, lid 6, van de GATT ertoe verplicht onderhandelingen te openen met derde landen die onderhandelingsrechten hebben in de toetredende leden, teneinde tot overeenstemming te komen over een compenserende aanpassing, indien de toepassing van het buitentarief van de EG leidt tot een tarief dat hoger is dan het niveau waarop het toetredende land zijn tarief bij de WTO heeft geconsolideerd. Daarbij wordt “naar behoren rekening gehouden met de door andere samenstellende delen van de douane-unie bij haar totstandbrenging uitgevoerde verlagingen van rechten op dezelfde tarieflijn”.

2. Op 22 maart 2004 heeft de Raad de Commissie gemachtigd dergelijke onderhandelingen uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, van de GATT 1994 te openen (voorstel COM 6792/04 WTO 34).

3. De onderhandelingen zijn door de Commissie gevoerd in overleg met het comité dat is ingesteld bij artikel 133 van het Verdrag en volgens de door de Raad vastgestelde onderhandelingsrichtsnoeren.

4. De Commissie heeft onderhandeld met de WTO-leden die onderhandelingsrechten bezitten met betrekking tot de intrekking van specifieke concessies in het kader van de intrekking van de lijsten van verbintenissen van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, zulks in het kader van hun toetreding tot de Europese Unie.

5. De onderhandelingen hebben geleid tot overeenkomsten in de vorm van een briefwisseling met Japan en Nieuw-Zeeland.

6. In dit voorstel wordt de Raad verzocht deze overeenkomsten goed te keuren.