Toelichting bij COM(2024)96 - Ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de EU, IJsland, Liechtenstein en Noorwegen betreffende een financieel mechanisme van de EER voor de periode mei 2021 - april 2028, de Overeenkomst tussen Noorwegen en de EU betreffende een financieel mechanisme van Noorwegen voor de periode mei 2021 - april 2028, het Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst met Noorwegen en het Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst met IJsland

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (hierna “de EER-overeenkomst” genoemd) kunnen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen (hierna “de EER-EVA-staten” genoemd) ten volle deelnemen aan de interne markt. In samenhang hiermee hebben deze drie landen sinds de inwerkingtreding van de EER-overeenkomst in 1994 ook bijgedragen tot de vermindering van economische en sociale ongelijkheden in de Europese Economische Ruimte overeenkomstig artikel 115 van de EER-overeenkomst. Daarnaast heeft Noorwegen bijgedragen via een afzonderlijk Noors financieel mechanisme. De meest recente financiële mechanismen zijn op 30 april 2021 verstreken1.

Aangezien het nog steeds noodzakelijk is om de economische en sociale ongelijkheden binnen de Europese Economische Ruimte te verminderen, heeft de Raad de Commissie op 20 mei 2021 gemachtigd om onderhandelingen te openen met IJsland, Liechtenstein en Noorwegen over de toekomstige financiële bijdragen van de EER-EVA-staten ter verbetering van de economische en sociale cohesie in de Europese Economische Ruimte2. De formele onderhandelingen werden geopend op 16 juni 2022. Gelijktijdig, maar volledig losstaand van de onderhandelingen over de financiële mechanismen werd een aanvang gemaakt met de herziening van de protocollen met betrekking tot de handel in vis tussen respectievelijk de EU en IJsland en de EU en Noorwegen op basis van de herzieningsclausule van de aanvullende protocollen bij de vrijhandelsovereenkomsten met IJsland en Noorwegen3.

Deze onderhandelingen werden door de onderhandelaars afgerond met de parafering van volgende documenten op 30 november 2023:

- de Overeenkomst tussen de Europese Unie, IJsland, het Vorstendom Liechtenstein en het Koninkrijk Noorwegen betreffende een financieel mechanisme van de EER voor de periode mei 2021 – april 2028 (hierna “de overeenkomst inzake een financieel mechanisme van de EER” genoemd);

- de Overeenkomst tussen het Koninkrijk Noorwegen en de Europese Unie betreffende een financieel mechanisme van Noorwegen voor de periode mei 2021 – april 2028 (hierna “de overeenkomst met Noorwegen” genoemd);

- het Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Noorwegen (hierna “het Noorwegenprotocol” genoemd); en

- het Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en IJsland (hierna “het IJslandprotocol” genoemd).

Het bijgaande voorstel heeft betrekking op de ondertekening en de voorlopige toepassing van de overeenkomst inzake een financieel mechanisme van de EER, de overeenkomst met Noorwegen, het Noorwegenprotocol en het IJslandprotocol.

De overeenkomst inzake een financieel mechanisme van de EER en de overeenkomst met Noorwegen voorzien samen in een financiële bijdrage van de EER-EVA-staten aan de economische en sociale cohesie in de EER ten belope van 3,268 miljard euro voor de periode mei 2021 - april 2028. Het resultaat weerspiegelt de onderhandelingsrichtsnoeren van de Raad, waarin werd verzocht om a) een verhoging van de financiële bijdragen van de EER-EVA-staten; b) de toepassing van de verdeelsleutel van het Cohesiefonds van de EU; c) de afstemming van de looptijd van de nieuwe financieringsmechanismen met de EU-cohesiebeleidsinstrumenten (2021-2027); d) de opname van groene doelstellingen in de ondersteunde prioriteiten; en e) efficiëntere uitvoeringsprocessen voor de toekomstige mechanismen.

Tegelijkertijd zijn ook de bilaterale handelsprotocollen voor vis met IJsland en Noorwegen herzien. Er worden nieuwe concessies verleend voor de periode mei 2021 – april 2028. De concessies zijn gebaseerd op de vorige protocollen voor de periode 2014-2021 en staan in verhouding tot het bedrag van de financiële bijdragen. Er wordt flexibiliteit geboden met betrekking tot de overdracht van onbenutte quota aan het einde van de periode. Noorwegen zal ook de doorvoerregeling voor EU-vaartuigen die vangsten in Noorwegen aanlanden, vernieuwen.

Om een snelle uitvoering en uitbetaling van de financiële bijdragen en het gebruik van de tariefconcessies mogelijk te maken, moeten de overeenkomsten en protocollen voorlopig worden toegepast vanaf de in de artikelen ervan vastgestelde data, in afwachting van de voltooiing van de procedures voor de ratificatie, sluiting en inwerkingtreding ervan.

De Commissie acht de resultaten van de onderhandelingen bevredigend en stelt de Raad derhalve voor het bijgevoegde besluit betreffende de ondertekening en de voorlopige toepassing van het financieel mechanisme van de EER, de overeenkomst met Noorwegen, het Noorwegenprotocol en het IJslandprotocol vast te stellen.

Zoals gebruikelijk is bij de wijziging van specifieke elementen van bestaande internationale overeenkomsten, wordt voorgesteld de desbetreffende artikelen van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie te gebruiken als rechtsgrondslag voor de ontwerpbesluiten, namelijk artikel 175, derde alinea, VWEU voor de overeenkomsten betreffende de financiële bijdragen aan de economische en sociale cohesie, en artikel 207, VWEU voor de protocollen inzake de handel in vis. Bovendien wordt artikel 218, lid 5, VWEU niet alleen genoemd als rechtsgrondslag voor de ondertekening van deze overeenkomsten, maar ook voor de voorlopige toepassing ervan.