Toelichting bij COM(2023)543 - Zevende jaarverslag over de Faciliteit voor vluchtelingen in Turkije

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Inhoudsopgave

1. Inleiding 1

1.1. Turkije en de vluchtelingencrisis 1

1.2 De EU-respons op de crisis en de oprichting van de Faciliteit 2

2. De werking van de Faciliteit 4

3. Financiële capaciteit, duur en aard van de financiering 5

4. Uitvoering van de Faciliteit 1

5. Monitoring en evaluatie 8

6. Controle 9

7. Communicatie en zichtbaarheid 9

8. Conclusies en volgende stappen 9

1. Inleiding

Volgens artikel 8, lid 1, van het besluit van de Commissie van 24 november 2015 inzake een mechanisme voor de coördinatie van het optreden van de Unie en de lidstaten1 (hierna “het besluit” genoemd) dient de Commissie het Europees Parlement en de Raad regelmatig te informeren over de uitvoering van de Faciliteit voor vluchtelingen in Turkije (hierna “de Faciliteit” genoemd). Bij artikel 8, lid 2, van het besluit wordt de Commissie opgedragen jaarlijks verslag uit te brengen bij het Europees Parlement en de Raad over de uitvoering van de Faciliteit. Het eerste jaarverslag over de Faciliteit werd in maart 2017 gepubliceerd2. Alle jaarverslagen zijn te vinden op de website van de Faciliteit voor vluchtelingen. Dit verslag werd bijgewerkt tot februari 2023.


1. Turkije en de vluchtelingencrisis

Door zijn geografische ligging is Turkije een belangrijk opvang- en doorreisland voor vluchtelingen en migranten. Het land heeft meer dan vier miljoen vluchtelingen opgevangen, het hoogste aantal ter wereld. Hierbij gaat het om meer dan 3,5 miljoen geregistreerde Syrische vluchtelingen3 en ongeveer 305 000 geregistreerde vluchtelingen en asielzoekers die hoofdzakelijk afkomstig zijn uit Afghanistan, Irak, Iran en Somalië4,5. Deze zeer grote aantallen hebben een aanzienlijke impact gehad op de gastgemeenschappen. De langdurige ontheemding van Syrische vluchtelingen en het toenemend aantal irreguliere aankomsten uit Afghanistan in Turkije na de crisis in de zomer van 2021 vormen een steeds grotere uitdaging voor de sociale cohesie tussen vluchtelingen, migranten en gastgemeenschappen, met name in een context die wordt gekenmerkt door economische neergang.

Turkije blijft zeer aanzienlijke inspanningen leveren voor de opvang en het lenigen van de behoeften van meer dan vier miljoen vluchtelingen en migranten en heeft er zich nogmaals toe verbonden de Verklaring EU-Turkije van maart 2016 uit te voeren6. Hoewel Turkije niet werd geconfronteerd met een massale toestroom van migranten en vluchtelingen als gevolg van de verslechterende veiligheidssituatie in Afghanistan, bleef de Turks-Iraanse grens onder druk staan. De Verklaring bleef in 2022 vruchten afwerpen. In 2022 is de toestroom van irreguliere migranten op alle routes echter toegenomen ten opzichte van 2021. Bovendien heeft Turkije de in maart 2020 opgelegde opschorting van de terugkeer vanuit de Griekse eilanden gehandhaafd, hoewel de hervestiging van vluchtelingen in EU-lidstaten na een korte onderbreking als gevolg van de COVID-19-pandemie was hervat.

Op de Europese Raad van oktober 2020 is overeengekomen om een positieve agenda EU-Turkije op te stellen. Daarin zijn vier prioritaire gebieden vastgesteld: verbetering van het functioneren van de douane-unie en hervatting van de gesprekken over de modernisering ervan; migratie en steun aan vluchtelingen; dialogen op hoog niveau; interpersoonlijke contacten en mobiliteit. Bij de Europese Raad van juni 2021 is herhaald dat de EU bereid is om middels een stapsgewijze, evenredige en omkeerbare aanpak met Turkije in dialoog te gaan met als doel intensiever samen te werken op een aantal gebieden van gemeenschappelijk belang, mits wordt voldaan aan de in maart 2021 en in eerdere conclusies van de Europese Raad vastgestelde voorwaarden. In oktober 2021 vond in Ankara een dialoog op hoog niveau tussen de EU en Turkije over migratie en veiligheid plaats.

Bij de Europese Raad van juni 2021 is de Commissie verzocht om onverwijld formele voorstellen in te dienen om Syrische vluchtelingen en hun gastgemeenschappen in Turkije, Jordanië, Libanon en andere delen van de regio financieel te blijven ondersteunen, overeenkomstig de verklaring van de leden van de Europese Raad van maart 2021 en in de context van het algemene EU-migratiebeleid. De Commissie heeft 3 miljard EUR uit de EU-begroting toegewezen aan steun aan vluchtelingen in Turkije voor 2021-2023 en heeft tot op heden 2,2 miljard EUR vastgelegd voor basisbehoeften en sociaal-economische steun, grensbeheer en bescherming.


2. De EU-respons op de crisis en de oprichting van de Faciliteit


Aardbevingen in Turkije en Syrië in februari 2023

Na de verwoestende aardbevingen in Turkije en Syrië in februari 2023 heeft de Europese Unie onmiddellijk zoek- en reddingsteams gemobiliseerd in reactie op het verzoek van Turkije om het Unie-mechanisme voor civiele bescherming te activeren. 21 lidstaten hebben zoek- en reddingsteams en medische teams gestuurd. Daarnaast is het Copernicus-satellietsysteem van de EU geactiveerd om karteringsdiensten voor noodsituaties aan te bieden en stond het EU-Coördinatiecentrum voor respons in noodsituaties in direct contact met de Turkse autoriteiten om, indien nodig, verdere steun te coördineren. De EU zal de bevolking van Turkije blijven ondersteunen en heeft op 20 maart in Brussel een donorconferentie georganiseerd om middelen van de internationale gemeenschap te mobiliseren voor de bevolking van Turkije en Syrië. De totale toezegging van deze internationale donorconferentie bedraagt 7 miljard EUR, waarvan een deel bestemd is voor de 1,7 miljoen vluchtelingen in de getroffen gebieden.

In 2015 besloten de Europese Unie en haar lidstaten hun politieke en financiële inspanningen om Turkije te ondersteunen bij de opvang van vluchtelingen te intensiveren. Als antwoord op de oproep van een aantal EU-lidstaten om aanzienlijk meer financiële middelen te verstrekken voor steun aan de vluchtelingen in Turkije, heeft de Commissie bij besluit van de Commissie van 24 november 2015, gewijzigd op 10 februari 20167, en opnieuw op 14 maart en 24 juli 2018 de Vluchtelingenfaciliteit voor Turkije opgezet. De Faciliteit is een mechanisme voor de coördinatie van de middelen die beschikbaar worden gesteld via de begroting van de EU, alsook via extra bijdragen van de lidstaten die als externe bestemmingsontvangsten in de EU-begroting worden opgenomen. De lidstaten hebben zich er politiek toe verbonden bijdragen te leveren in het kader van het gezamenlijk akkoord tussen de EU-lidstaten en de Europese Commissie dat op 3 februari 2016 is aangenomen door de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten en is geactualiseerd naar aanleiding van het akkoord over de tweede tranche van de Faciliteit8. Het gezamenlijk akkoord stelt tevens een voorwaardenkader vast. Voor de eerste tranche van de Faciliteit (2016-2017) werd in totaal 3 miljard EUR toegewezen. De 3 miljard EUR kwam bovenop de 345 miljoen EUR9 die reeds voor de start van de Faciliteit door de Europese Commissie was toegewezen aan Turkije als respons op de Syrische vluchtelingencrisis en boven op de bilaterale steunverlening van de lidstaten10. Een extra bedrag van 3 miljard EUR is beschikbaar gesteld voor de tweede tranche van de Faciliteit (2018-2019), waardoor de Faciliteit in totaal beschikt over 6 miljard EUR. De Faciliteit werd op 17 februari 2016 operationeel met de eerste vergadering van de stuurgroep van de Faciliteit. Na deze vergadering is de Commissie snel overgegaan tot de gunning van de eerste projecten in het kader van de Faciliteit. Op 31 december 2020 had de Commissie het volledige operationele budget van de Faciliteit aanbesteed. Op een totaal van 6 miljard EUR was eind 2022 5 miljard EUR uitbetaald.


Op 18 maart 2016 hebben de staatshoofden en regeringsleiders van de Europese Unie en Turkije opnieuw hun engagement bevestigd voor de uitvoering van het gezamenlijke actieplan en zijn zij verdere maatregelen overeengekomen om de betrekkingen tussen de EU en Turkije te verdiepen en de migratiecrisis aan te pakken11. Turkije en de Europese Unie hebben erkend dat er verdere, spoedige en vastberaden inspanningen nodig zijn. Meer specifiek werd in de Verklaring EU-Turkije van 18 maart 2016 (hierna “de Verklaring” genoemd) onder meer opgeroepen om irreguliere migratie vanuit Turkije naar de EU te stuiten door het bedrijfsmodel van mensensmokkelaars te ontwrichten en door migranten een alternatief te bieden voor de gevaarlijke oversteek alsook om de Faciliteit versneld uit te voeren.


In 2022 kwamen in totaal 33 460 migranten vanuit Turkije aan in Griekenland, Italië en Bulgarije, tegenover 21 295 in 2021 (een stijging van 58 %). In Griekenland werden 15 582 aankomsten geregistreerd ten opzichte van 7 443 aankomsten in 2021 (een stijging van 209 %); in Italië 15 805 ten opzichte van 12 916 in 2021 (een stijging van 22 %) en in Bulgarije 1 900 ten opzichte van 936 in 2021 (een stijging van meer dan 200 %). In Roemenië werden 173 aankomsten uit Turkije geregistreerd. Op de migratieroute van Turkije naar Cyprus bleef er een zeer grote toestroom. In 2022 waren er in totaal 18 260 irreguliere aankomsten in de door de regering gecontroleerde gebieden van Cyprus (17 437 na het overschrijden van de groene lijn en 823 per boot vanuit Syrië en Turkije), een stijging van 56 % ten opzichte van 2021.


Turkije blijft kampen met een aanzienlijke migratiedruk. In 2022 zijn 124 441 irreguliere migranten uit Turkije naar derde landen uitgezet, een stijging van 161 % ten opzichte van 2021. Volgens het Turkse Presidency for Migration Management (PMM) zijn de Turkse cijfers voor de terugkeer van Afghaanse onderdanen in 2022 met 206 % gestegen ten opzichte van 2021, die voor de terugkeer van Pakistaanse onderdanen met 28 % en die voor de terugkeer van vreemdelingen van andere nationaliteiten met 180 %. In 2022 zijn in totaal 280 206 irreguliere binnenkomsten op het Turkse grondgebied voorkomen.


De uitvoering van de één-voor-één-hervestigingsregeling in het kader van de Verklaring is voortgezet. Tussen april 2016 en februari 2023 zijn 37 397 Syrische vluchtelingen vanuit Turkije in de EU hervestigd. Sinds 2016 zijn in het kader van de Verklaring 2 140 migranten van de Griekse eilanden naar Turkije teruggestuurd. De Turkse autoriteiten hebben hun besluit van maart 2020 om terugkeeroperaties in het kader van de Verklaring op te schorten, niet ingetrokken. Sinds die datum hebben er geen terugkeeroperaties plaatsgevonden ondanks herhaalde verzoeken van de Griekse autoriteiten en de Europese Commissie12. De vrijwillige regeling voor toelating op humanitaire gronden, die kan worden geactiveerd zodra de irreguliere grensoverschrijdingen tussen Turkije en de EU eindigen of ten minste aanzienlijk en duurzaam zijn verminderd, is nog niet door de lidstaten geactiveerd.

2. De werking van de Faciliteit

De Faciliteit is een coördinatiemechanisme waarmee snel, doeltreffend en doelmatig EU-steun beschikbaar wordt gesteld voor vluchtelingen in Turkije, dat ook zorg draagt voor een goed financieel beheer ervan. De Faciliteit garandeert dat de bestaande EU-financieringsinstrumenten optimaal worden ingezet, voor humanitaire bijstand en/of ontwikkelingshulp, om op een brede en gecoördineerde manier te voldoen aan de behoeften van de vluchtelingen en de gastgemeenschappen13.

De stuurgroep van de Faciliteit stippelt het strategische beleid uit inzake de prioriteiten, het type acties dat wordt gesteund, de te besteden bedragen en de te gebruiken financieringsinstrumenten, en, waar passend, de voorwaarden met betrekking tot de uitvoering door Turkije van zijn verbintenissen in het kader van het gezamenlijke actieplan EU-Turkije van 29 november 2015 (hierna het “gezamenlijke actieplan” genoemd)14. In 2022, het zevende jaar van de uitvoering van de Faciliteit, vonden twee vergaderingen van de stuurgroep plaats, op 23 juni en 8 december.

Ook de duurzaamheid van de maatregelen van de Faciliteit en de medeverantwoordelijkheid van de Turkse autoriteiten zijn belangrijk. De prioriteitsgebieden voor bijstand worden vastgesteld op basis van een brede en onafhankelijke behoefteanalyse15 met bijzondere aandacht voor kwetsbare groepen. De behoefteanalyse is in 2018 bijgewerkt16.

De Faciliteit coördineert de financiering van de volgende externe financieringsinstrumenten17: humanitaire hulp18, het Europees nabuurschapsinstrument19, het Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking20, het Instrument voor pretoetredingssteun21 en het Instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede22. Maatregelen die worden gefinancierd uit de begroting van de Unie, worden uitgevoerd overeenkomstig het toepasselijke financieel reglement en de uitvoeringsvoorschriften voor zowel direct als indirect beheer.

De uitvoering van de bijstand is gebonden aan de strikte naleving door Turkije van de verbintenissen die zijn neergelegd in het gezamenlijke actieplan en de Verklaring EU-Turkije.

3. Financiële capaciteit, duur en aard van de financiering

Het totale budget dat door de Faciliteit wordt gecoördineerd, beloopt 6 miljard EUR en wordt in twee tranches beschikbaar gesteld. De projecten in het kader van de eerste en de tweede tranche lopen uiterlijk tot medio 2025. Veel projecten van de eerste tranche zijn reeds voltooid en de meeste projecten zouden eerder moeten aflopen. Naar aanleiding van de COVID-19-pandemie is de uitvoeringsperiode voor projecten in het kader van de bijzondere maatregel van 2016 ten belope van 1,6 miljard EUR bij wijze van uitzondering verlengd, zodat de doelstellingen van alle betrokken projecten kunnen worden verwezenlijkt.

De eerste tranche bedroeg 3 miljard EUR. Hiervan kwam 1 miljard EUR uit de EU-begroting en werd 2 miljard EUR door de lidstaten in de vorm van bilaterale bijdragen ter beschikking gesteld23. De tweede tranche bedroeg eveneens 3 miljard EUR. Hiervan kwam 2 miljard EUR uit de EU-begroting en 1 miljard EUR van de lidstaten24.

Wat de middelen uit de EU-begroting betreft, werd van de 1 miljard EUR uit de EU-begroting voor 2016-2017 250 miljoen EUR in 2016 en 750 miljoen EUR in 2017 vrijgemaakt. Van de 2 miljard EUR uit de EU-begroting voor 2018-2019 werd in 2018 550 miljoen EUR vrijgemaakt en werd het saldo in 2019 vrijgemaakt.

Wat de bijdragen van de lidstaten betreft, droegen de lidstaten voor de eerste tranche in 2016 677 miljoen EUR bij aan de Faciliteit, in 2017 847 miljoen EUR, in 2018 396 miljoen EUR en in 2019 80 miljoen EUR. Voor de tweede tranche droegen de lidstaten in 2018 68 miljoen EUR bij, in 2019 202 miljoen EUR, in 2020 265 miljoen EUR, in 2021 166 miljoen EUR en in 2022 165 miljoen EUR en zijn de resterende betalingen (134 miljoen EUR) gepland in 2023. De bijdragen van de lidstaten worden rechtstreeks opgenomen in de EU-begroting als externe bestemmingsontvangsten, krachtens artikel 21, lid 2, punt a), ii), van het Financieel Reglement, en worden toegewezen aan de begrotingsonderdelen van het Instrument voor pretoetredingssteun en de humanitaire hulp.

De balans tussen de betalingen van de lidstaten van hun bijdragen aan de Faciliteit en de uitbetalingen die met deze bijdragen worden gefinancierd vanuit de Faciliteit, is nog steeds bevredigend.

In het kader van het humanitaire onderdeel van de Faciliteit werd in 2019 het resterende bedrag van 19,50 miljoen EUR gereserveerd als buffer voor de eventuele financiering van de respons op de instroom van nieuwe vluchtelingen uit Syrië. Aangezien de buffer niet werd benut, werd dit bedrag in 2020 aanbesteed ter dekking van maatregelen op het gebied van gezondheid en bescherming. Hiermee werd de programmering voor de tweede tranche afgerond.


Aanvullende EU-bijstand aan vluchtelingen in Turkije, buiten het kader van de Faciliteit

In 2020 heeft de Commissie 535 miljoen EUR toegewezen ter ondersteuning van humanitaire acties in Turkije buiten het kader van de Faciliteit. Dit bedrag omvatte 50 miljoen EUR voor verdere bijstand op het gebied van bescherming, gezondheid en onderwijs, en 485 miljoen EUR in het kader van een gewijzigde begroting voor de voortzetting van de programma’s Emergency Social Safety Net (ESSN — sociaal vangnet voor noodgevallen) en Conditional Cash Transfer for Education (CCTE — voorwaardelijke overdracht van contanten voor onderwijs). Deze bijstand is volledig aanbesteed en uitbetaald.

Naar aanleiding van de conclusies van de Europese Raad van juni 2021 heeft de Commissie voorgesteld nog eens 3 miljard EUR vrij te maken voor vluchtelingen en gastgemeenschappen in Turkije voor de periode 2021-2023. De eerste 560 miljoen EUR van deze financiering werd eind 2021 vastgelegd om steun te blijven verlenen op de prioritaire gebieden basisbehoeften en onderwijs, migratiebeheer en grenscontrole. In 2022 werd nog eens 1,235 miljard EUR vastgelegd voor de prioritaire gebieden basisbehoeften en sociaal-economische steun (634 miljoen EUR), en grensbeheer (220 miljoen EUR). Deze laatste maatregel heeft tot doel de capaciteiten van Turkije op het gebied van grenscontrole te versterken, in reactie op de aanhoudende migratiedruk aan de oostelijke grenzen van het land, door extra materiaal, technische bijstand en opleiding te verstrekken.

Daarnaast werd in 2021 en 2022 425 miljoen EUR (300 miljoen EUR in 2021 en 125 miljoen EUR in 2022) vastgelegd in het kader van het humanitaire onderdeel om beschermingsdiensten en steun voor basisbehoeften te blijven verlenen.

Het saldo van 630 miljoen EUR moet in 2023 worden geprogrammeerd. Daarnaast wordt 150 miljoen EUR vrijgemaakt ter ondersteuning van de hervestiging van vluchtelingen in EU-lidstaten, migratie en grensbeheer, en inspanningen ter bestrijding van mensensmokkel, in het kader van de HOME-instrumenten als onderdeel van het pakket van 3 miljard EUR.

De totale EU-bijstand die sinds 2011 aan vluchtelingen in Turkije is toegewezen, bedraagt bijna 10 miljard EUR. Dit omvat 345 miljoen EUR voor bijstand aan vluchtelingen die tussen 2011 en 2016 is vrijgemaakt, 6 miljard EUR in het kader van de Faciliteit, 535 miljoen EUR voor een overbruggingsfinanciering in 2020 en 3 miljard EUR extra financiële middelen in 2021-2023.

Op 31 december 2020 had de Commissie het volledige operationele budget van de Faciliteit aanbesteed. Op een totaal van 6 miljard EUR was eind 2022 iets meer dan 5 miljard EUR uitbetaald.


4. Uitvoering van de Faciliteit

De Faciliteit wordt ingezet voor het verlenen van humanitaire bijstand en ontwikkelingshulp. In het kader van de eerste tranche zijn ruwweg 1,4 miljard EUR en 1,6 miljard EUR toegewezen aan de respectieve onderdelen. De aanslepende crisis in Syrië heeft ertoe geleid dat de maatregelen in het kader van de tweede tranche in toenemende mate gericht zijn op sociaal-economische ondersteuningsactiviteiten en het creëren van mogelijkheden om in het levensonderhoud te voorzien. In het kader van de tweede tranche is 1,04 miljard EUR toegewezen aan humanitaire bijstand en 1,9 miljard EUR aan ontwikkelingshulp25.

2.

Voor de Faciliteit in haar totaliteit is de uitsplitsing van humanitaire bijstand en ontwikkelingshulp als volgt:



De online projecttabel bevat alle details26.

De programmering van de Faciliteit werd in december 2019 voltooid en eind 2020 was het volledige operationele budget van 6 miljard EUR aanbesteed, waarvan tegen eind 2022 5 miljard EUR was uitbetaald.

Het is belangrijk op te merken dat de bijstand die in het kader van de Faciliteit wordt verleend, projectmatig is. De uitbetalingen zijn afhankelijk van de voortgang bij de uitvoering van de maatregelen van de Faciliteit.

Speciale aandacht gaat uit naar niet-Syrische vluchtelingen en asielzoekers. De maatregelen van de Faciliteit beogen altijd de lokale gemeenschappen die de vluchtelingen herbergen, erbij te betrekken.

Humanitaire bijstand in het kader van de Faciliteit heeft tot doel de meest kwetsbare vluchtelingen te helpen door waardige ondersteuning op het gebied van basisbehoeften en bescherming te verlenen. Met de hulp van speciale agentschappen en partners op het gebied van gezondheid en onderwijs in noodgevallen worden ook leemten aangepakt. De verlening van humanitaire hulp door de EU valt onder de Europese consensus over humanitaire hulp van 200727, waarin is gestipuleerd dat de EU als humanitaire actor de humanitaire beginselen van menselijkheid, neutraliteit, onpartijdigheid en onafhankelijkheid aanhangt, zoals uiteengezet in artikel 214 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) en in Verordening (EG) nr. 1257/96 betreffende humanitaire hulp28,29.

In het kader van het humanitaire onderdeel van de Faciliteit zijn in totaal 65 projecten uitgevoerd via 21 partners in het raam van zowel de eerste als de tweede tranche. Deze projecten komen tegemoet aan basisbehoeften, bescherming, onderwijs en gezondheid van de meest kwetsbare vluchtelingen in Turkije. In het kader van de eerste tranche is ongeveer 1,4 miljard EUR toegewezen en aanbesteed voor humanitaire bijstand en is 1,3 miljard EUR uitbetaald, terwijl voor de tweede tranche 1,04 miljard EUR is aanbesteed en 1,035 miljard EUR was uitbetaald per 31 januari 2023.

Ontwikkelingshulp ondersteunt de behoeften op de langere termijn op het gebied van gezondheidszorg, onderwijs en sociaal-economische ontwikkeling van vluchtelingen, in het bijzonder op het punt van toegang tot overheidsdiensten en mogelijkheden om in het levensonderhoud te voorzien, en gemeentelijke infrastructuur. De hulp richt zich ook op kwetsbare groepen en omvat maatregelen met een genderdimensie, bijvoorbeeld bescherming van vrouwen en meisjes tegen seksueel en gendergerelateerd geweld en betere toegang tot seksuele en reproductieve gezondheidszorg.

In het kader van het onderdeel ontwikkelingshulp van de Faciliteit is opnieuw goede vooruitgang geboekt met de uitvoering van 26 projecten waarvoor contracten zijn aanbesteed in het kader van de eerste tranche. Van deze projecten werden er 15 uitgevoerd in het kader van het regionaal EU-trustfonds voor Syrië (EUTF) voor in totaal 293 miljoen EUR, bovenop de toewijzing die rechtstreeks wordt beheerd via het Instrument voor pretoetredingssteun30.

Van het totaalbedrag van 3,5 miljard EUR dat in het kader van beide tranches van de Faciliteit aan ontwikkelingshulp is toegewezen, is inmiddels in totaal bijna 2,6 miljard EUR uitbetaald aan uitvoeringspartners31. In het kader van de tweede tranche was het toegewezen bedrag van 1,9 miljard EUR in december 2020 volledig aanbesteed en van dit bedrag was tegen eind december 2022 iets meer dan 1 miljard EUR uitbetaald. Het onderdeel ontwikkelingshulp van de Faciliteit telt 17 contracten.

In 2022 had de torenhoge inflatie in Turkije een negatieve invloed op de uitvoering van de Faciliteit en moest de omvang van sommige projecten door aan wisselkoersen gerelateerde uitdagingen worden teruggeschroefd, wat vervolgens leidde tot een daling van het aantal gebouwde voorzieningen. Aanzienlijke veranderingen van de marktomstandigheden en de hoge inflatie hadden een negatieve impact op met name de aanbesteding van meerdere acties.

De toenemende inflatie, de waardedaling van de Turkse lire en de overeenkomstige prijsstijgingen voor bouwmaterialen vormden een uitdaging bij de uitvoering van projecten, met name infrastructuurprojecten. De Commissie voert momenteel een beoordeling uit van de getroffen projecten om tekortkomingen in de voltooiing ervan te identificeren. Zij heeft ook haar contacten met de uitvoeringspartners en haar controles ter plaatse opgevoerd. Op het moment van verslaglegging was deze beoordeling nog niet afgerond.

Interventies van de Faciliteit per prioritair gebied

Over de voortgang per prioritair gebied bij de uitvoering van uit beide tranches van de Faciliteit gefinancierde bijstand wordt verslag uitgebracht in de halfjaarlijkse monitoringverslagen van de Faciliteit32. Er zijn goede resultaten geboekt in het verlenen van bijstand aan vluchtelingen en gastgemeenschappen op de volgende prioritaire gebieden.

Onderwijs

De Faciliteit heeft meer dan 1,5 miljard EUR toegewezen aan het prioritaire gebied onderwijs, waarvan 545 miljoen EUR33 voor onderwijsinfrastructuur.

In het kader van het humanitaire onderdeel van de Faciliteit werd meer dan 181 miljoen EUR toegewezen aan onderwijs. Het CCTE-programma voorziet in ondersteuning voor de inschrijving op school en het schoolbezoek van vluchtelingenkinderen door middel van de verstrekking van maandelijkse betalingen aan vluchtelingengezinnen op voorwaarde dat leerlingen regelmatig naar school gaan. De contante component van het CCTE-programma werd tot oktober 2022 in het kader van het humanitaire onderdeel gefinancierd na de extra steun ten belope van 85 miljoen EUR in het kader van de gewijzigde begroting die in juli 2020 was goedgekeurd, terwijl de capaciteitsondersteunende activiteiten met het oog op een vlotte overgang doorliepen tot in december 2022. Dit programma werd in oktober 2022 overgedragen aan het onderdeel ontwikkelingshulp. In oktober 2022 hadden 811 181 kinderen CCTE-betalingen ontvangen. De vierde fase van het CCTE-programma, die werd gefinancierd in het kader van de aanvullende bijstand aan vluchtelingen in Turkije, is in september 2022 ondertekend voor een bedrag van 210 miljoen EUR. Daarmee werd de overgang van humanitaire bijstand naar ontwikkelingshulp op langere termijn op het gebied van onderwijs afgerond.

De uitvoering van de rechtstreekse subsidie (onder de noemer PIKTES II34) aan het Ministerie van Nationaal Onderwijs (MoNE) van 400 miljoen EUR, een vlaggenschip van de Faciliteit, liep in januari 2023 ten einde en werd voortgezet met het nieuwe project PIKTES+35 met een totale begroting van 300 miljoen EUR gefinancierd in het kader van de aanvullende bijstand aan vluchtelingen in Turkije. PIKTES steunt de inspanningen van het ministerie om de inschrijving, het regelmatig schoolbezoek en de overstap naar het formele onderwijs van vluchtelingenkinderen te verbeteren zonder dat dit negatieve gevolgen heeft voor de onderwijskwaliteit en de sociale cohesie. In maart 2022 waren iets meer dan 747 000 Syrische kinderen ingeschreven in het formele onderwijs. Meer dan 44 000 daarvan gingen naar het kleuteronderwijs, meer dan 328 000 naar het basisonderwijs, 282 323 naar het lager secundair onderwijs en 77 361 naar het hoger secundair onderwijs, terwijl meer dan 7 500 formeel secundair afstandsonderwijs volgden. In juni 2022 hadden 63 489 vluchtelingenkinderen inhaallessen gevolgd en kregen 41 038 vluchtelingenkinderen bijlessen met steun van de Faciliteit. Wat de ondersteuning van de onderwijscapaciteit van het onderwijsstelsel betreft, waren 3 321 leerkrachten, studieadviseurs en ondersteunende personeelsleden in dienst (leerkrachten en studieadviseurs in dienst van PIKTES) en werden 22 834 onderwijsambtenaren en 15 917 administratieve personeelsleden betaald via PIKTES II. Om leerbevorderende omgevingen te creëren waren 3 020 schoonmakers en 1 580 beveiligingsmedewerkers werkzaam in scholen. Vanaf juni 2022 hebben 3 886 leerkrachten, 10 126 onderwijsambtenaren en 8 154 administratieve personeelsleden in het kader van PIKTES II een opleiding over diverse onderwerpen in verband met inclusief onderwijs gevolgd.

Het aantal studenten uit de vluchtelingen- en gastgemeenschappen dat door de Faciliteit ondersteunde beurzen voor technisch en beroepsonderwijs of instellingen voor hoger onderwijs heeft ontvangen, is gestegen tot 29 049. De meeste van deze scholieren en studenten waren vluchtelingen. Het genderevenwicht werd gehandhaafd.

De Faciliteit is de ontwikkeling van onderwijsinfrastructuur blijven ondersteunen en de overbevolking op scholen blijven terugdringen. Er is aanzienlijke vooruitgang geboekt op het gebied van de modernisering en voltooiing van onderwijsvoorzieningen. Een belangrijk resultaat bij de modernisering was de installatie van 8 700 smartboards op basis- en middelbare scholen. Tot op heden zijn met steun van de Faciliteit meer dan 12 000 onderwijsvoorzieningen gemoderniseerd. Daarnaast werden in totaal 117 scholen gebouwd en werd in 108 scholen van start gegaan met de verstrekking van onderwijsdiensten. Een project voor schone energie waarvoor in het kader van de eerste tranche contracten ten belope van 40 miljoen EUR zijn afgesloten, streeft ernaar 120 scholen van energie te voorzien met twee installaties met zonnepanelen en zonnepanelen op daken. De dakinstallatie met zonnepanelen voor drie scholen is voltooid en voor nog eens 48 scholen is gemiddeld 90 % vooruitgang geboekt. Daarnaast zijn er renovaties gestart om de energie-efficiëntie van nog eens 41 scholen te verhogen en tegen het einde van 2022 was 70 % vooruitgang geboekt.

Bescherming

In totaal is ongeveer 211 miljoen EUR toegewezen aan bescherming in het kader van de Faciliteit, voornamelijk via projecten in het kader van het humanitaire onderdeel.

Met het humanitaire onderdeel van de Faciliteit is steun verleend aan de registratie en de controle van vluchtelingen zodat zij hun status in Turkije kunnen regulariseren en gemakkelijker toegang tot diensten kunnen krijgen. Naast op zichzelf staande beschermingsinterventies die bedoeld waren om lacunes op te vullen en in te spelen op specifieke behoeften en personen die risico lopen bijstand te bieden, is bescherming ook geïntegreerd in de andere pijlers van de humanitaire responsstrategie (basisbehoeften, gezondheid en onderwijs). Het algemene doel is de kwetsbaarheden van vluchtelingen beter aan te pakken, hun status te regulariseren en hen in contact te brengen met een breder netwerk van openbare en VN/ngo-diensten. Tijdens de verslagperiode bleef de bijstand toegespitst op de meest kwetsbare groepen (bv. migrerende seizoensarbeiders in de agrarische sector, belangrijkste vluchtelingengroepen enz.). Daarnaast omvatten projecten die in reactie op de Syrische crisis via het EU-trustfonds werden gefinancierd, bijstand voor de opvang van vluchtelingen in gemeenschapscentra en verdere doorverwijzing van kwetsbare vluchtelingen naar adequate diensten.

In het kader van het onderdeel ontwikkelingshulp van de Faciliteit werd eind 2020 een rechtstreekse subsidie aan het Ministerie van Arbeid, Gezin en Maatschappelijke dienstverlening toegekend voor een bedrag van 20 miljoen EUR. Het project heeft tot doel de verstrekking van preventieve en beschermende sociale diensten aan de meest kwetsbare vluchtelingen en de gastgemeenschappen te verbeteren. In 2022 hebben acht van de geplande achttien centra voor sociale diensten hun deuren geopend en werd vooruitgang geboekt naar het openen van zes dagopvangcentra voor ouderen. Er zijn ook voorbereidende werkzaamheden gestart, met name de inrichting van 75 kinderbeschermingscentra, de oprichting van 10 mobiele centra voor sociale diensten, de verlening van materiële steun aan centra voor bescherming tegen en monitoring van geweld, en de opleiding van ongeveer 4 000 personeelsleden van het Ministerie van Gezin en Maatschappelijke dienstverlening op nationaal en provinciaal niveau.

Gezondheid

In het kader van de Faciliteit is 800 miljoen EUR toegewezen aan het prioritaire gebied gezondheid.

De belangrijkste pijler van de steun van de Faciliteit is SIHHAT, een project gefinancierd door twee opeenvolgende toewijzingen van respectievelijk 300 miljoen EUR in 2016 en 210 miljoen EUR in 2020. SIHHAT steunt het Turkse ministerie van Volksgezondheid bij zijn inspanningen om vier miljoen vluchtelingen vrije en billijke toegang tot gezondheidszorg te bieden. Er zijn in totaal 187 gezondheidscentra voor migranten (MHC’s) operationeel in 30 provincies en ongeveer 4 000 gezondheidswerkers werken in door de EU gesteunde voorzieningen, waarvan 75 % van Syrische afkomst. SIHHAT II wordt in een bevredigend tempo uitgevoerd, met tastbare resultaten. De voorbereidingen voor SIHHAT III zijn in 2022 gestart. SIHHAT III moet de voortzetting van de gezondheidszorg voor vluchtelingen garanderen na 2023, wanneer SIHHAT II normaal ten einde loopt.

De bouw van twee in het kader van de Faciliteit gefinancierde ziekenhuizen — Dörtyol/Hatay en Kilis — is voltooid. Beide ziekenhuizen zijn officieel ingehuldigd — respectievelijk in juni en december 2022 — en zijn volledig operationeel. Zij bieden kwaliteitsvolle tweedelijnsgezondheidszorg aan vluchtelingen en gastgemeenschappen. Daarnaast bouwt de Faciliteit nieuwe en renoveert zij bestaande MHC’s, koopt zij kraam- en hygiënepakketten in en renoveert zij centra voor fysiotherapie, als aanvulling op SIHHAT.

De overheveling van de diensten voor lichamelijke revalidatie van het humanitaire onderdeel naar het onderdeel ontwikkelingshulp is bijna afgerond. De humanitaire partner biedt veilige en inclusieve toegang tot diensten voor vluchtelingen met een handicap of andere kwetsbaarheden, naarmate de centra voor fysiotherapie en revalidatie klaar zijn die worden gebouwd in het kader van SHIFA36, een door de EU gefinancierd project dat wordt uitgevoerd door de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa (CEB).

Bij de voorbereiding van SIHHAT III is de Commissie voornemens bijzondere aandacht te besteden aan kwetsbare groepen (vluchtelingen die zich buiten hun oorspronkelijke provincie van registratie bevinden, niet-Syrische vluchtelingen, LHBTQI+ en vluchtelingen met een handicap) en aan specifieke diensten, waaronder reproductieve gezondheidszorg, geestelijke gezondheidszorg en psychosociale ondersteuning.

Gemeentelijke infrastructuur

Gemeentelijke infrastructuur is een belangrijke prioriteit voor de Faciliteit. De Faciliteit ondersteunt diverse gemeenten om essentiële gemeentediensten aan te bieden, waaronder watervoorziening, sanitaire voorzieningen en beheer van vaste afvalstoffen. Zij steunt ook de lokale infrastructuur door te voorzien in recreatieve diensten. De bouw van een mechanische installatie voor de biologische verwerking van afvalstoffen in Gaziantep werd in oktober 2021 voltooid. Van de 36 contracten voor watervoorziening, afvalwater en vaste afvalstoffen werden er 9 ondertekend en 22 van de 26 voorzieningen voor jongeren en sport zijn aanbesteed en worden momenteel gebouwd.

Basisbehoeften en sociaal-economische steun

In het kader van de Faciliteit is meer dan 2,83 miljard EUR toegewezen aan basisbehoeften en sociaal-economische steun.

De interventies op dit prioritaire gebied zijn bedoeld om te voorzien in basisbehoeften van de meest kwetsbare vluchtelingen en de weerbaarheid en zelfredzaamheid van vluchtelingen te vergroten. Dit moet een geleidelijke overgang mogelijk maken van afhankelijkheid van sociale bijstand naar meer zelfredzaamheid en meer mogelijkheden om in eigen levensonderhoud te voorzien.

In het kader van de bijstand voor basisbehoeften van de Faciliteit hebben meer dan 2,6 miljoen vluchtelingen rechtstreekse steun ontvangen om hen in staat te stellen in waardigheid te leven. De meeste steun wordt verleend via het sociale vangnet voor noodgevallen (ESSN), een humanitair programma voor het verlenen van sociale bijstand dat momenteel maandelijks cash aan meer dan 1,6 miljoen vluchtelingen verstrekt via een debetkaartsysteem. Aan de derde fase van het ESSN was 1,225 miljard EUR toegewezen. De voortzetting van de ESSN-steun is tot het tweede kwartaal van 2023 gewaarborgd37, dankzij vervolgfinanciering in het kader van de aanvullende bijstand aan vluchtelingen, buiten het kader van de Faciliteit.

In het kader van de tweede tranche van de Faciliteit heeft de Commissie met het Ministerie van Gezin en Maatschappelijke dienstverlening een overeenkomst gesloten voor een rechtstreekse subsidie van 245 miljoen EUR om het mogelijk te maken maandelijkse financiële steun te verlenen die vergelijkbaar is met de sociale bijstand aan kwetsbare personen in het kader van het Turkse socialezekerheidsstelsel, het zogenaamde aanvullende ESSN-programma (C-ESSN). Na een voorbereidende fase zijn de betalingen aan begunstigden in juli 2021 van start gegaan en zullen deze ten minste mei 2023 worden voortgezet. Het project loopt parallel met het ESSN en verleent steun aan eenoudergezinnen, ouderen, gehandicapten en personen met een zware handicap. De EU-delegatie en het personeel van het kantoor van ECHO in Ankara komen regelmatig bijeen om de parallelle uitvoering van het ESSN en het C-ESSN te coördineren. In 2022 werd de continuïteit van het C-ESSN en het ESSN38 verzekerd dankzij de 3 miljoen EUR aanvullende bijstand aan vluchtelingen die voor 2021-2023 werd vrijgemaakt39.

Er wordt nog steeds aanvullende sociaal-economische steun verleend aan vluchtelingen die zich toegang tot de arbeidsmarkt kunnen verschaffen. Deze steun is bedoeld om de inzetbaarheid van vluchtelingen te vergroten en is bedoeld voor beroepsopleiding, taalcursussen, loopbaanbegeleiding, opleidingsprogramma’s op de werkplek en vereenvoudiging van het proces van werkvergunningen ter ondersteuning van zowel Syrische vluchtelingen als gastgemeenschappen. In samenwerking met de Turkse Dienst voor de bevordering van het midden- en kleinbedrijf (KOSGEB) en de Turkse Ontwikkelings- en investeringsbank (TKYB) worden subsidiebedragen voor ondernemers en opleidingen in ondernemerschap toegekend aan zowel Syrische vluchtelingen als de gastgemeenschappen. Beginnende en bestaande ondernemingen kunnen hierop een beroep doen. Met een ander project wordt de ontwikkeling en uitvoering ondersteund van een door vrouwen geleid model van sociaal ondernemerschap om te zorgen voor duurzame inkomsten genererende activiteiten voor zowel kwetsbare Syrische vluchtelingen als Turkse vrouwen. Twee andere projecten hebben tot doel de werkgelegenheid in de landbouw te ondersteunen. De projecten zouden tot uiterlijk medio 2025 moeten lopen. In 2022 werd de continuïteit van de sociaal-economische steun aan vluchtelingen verzekerd dankzij de 3 miljoen EUR aanvullende bijstand aan vluchtelingen die voor 2021-2023 werd vrijgemaakt.

Migratiebeheer

De Faciliteit heeft in het kader van de eerste tranche twee projecten op dit prioritaire gebied gefinancierd voor een totaalbedrag van 80 miljoen EUR. Met het eerste project werd voorzien in EU-steun om de capaciteit van de Turkse kustwacht op te drijven om zoek- en reddingsoperaties uit te voeren. Met een tweede project werd ondersteuning verleend aan het directoraat-generaal Migratiebeheer (DGMM) bij het beheer van terugkeeroperaties uit de EU. Beide projecten zijn afgerond.

Genderaspecten binnen projecten in het kader van de Faciliteit

Het EU-genderactieplan III voor een gendergelijke wereld (2021-2025) blijft de leidraad vormen voor de interventies in het kader van de Faciliteit. De bevordering, bescherming en naleving van de mensenrechten voor vrouwen en meisjes in al hun diversiteit, gendergelijkheid en de verbetering van de positie van vrouwen en meisjes waren nog steeds prioriteiten in 2022. Gendergerelateerde overwegingen worden in alle projecten van de Faciliteit opgenomen en voortdurend gemonitord aan de hand van naar geslacht uitgesplitste gegevens (76 indicatoren). Gendermainstreaming werd gecombineerd met specifieke acties die werden ontwikkeld met uitvoeringspartners die over gedegen ervaring met deze benadering beschikken en in staat zijn een dialoog met de Turkse autoriteiten aan te gaan.

De Faciliteit heeft een belangrijke rol gespeeld in het bevorderen van de inzetbaarheid van vrouwen. Meer dan 26 000 vrouwen hebben een korte beroepsopleiding gevolgd, terwijl ongeveer 40 000 vrouwen loopbaanbegeleiding hebben gekregen. Daarnaast is ook advies of financiële steun verleend aan ongeveer 500 vrouwelijke ondernemers.

De Faciliteit heeft nuttige taalcursussen Turks voor vrouwelijke vluchtelingen georganiseerd. Ongeveer 25 000 volwassen vrouwelijke vluchtelingen en 20 000 vrouwelijke studenten hebben deze cursussen met succes gevolgd. Bovendien gingen circa 55 000 vluchtelingenmeisjes naar kleuteronderwijs dat werd aangeboden via door de Faciliteit gefinancierde projecten. 15 000 vrouwelijke studenten hebben een onderwijsbeurs ontvangen. Opmerkelijk is ook dat bijna 50 % van de leerkrachten en het onderwijzend personeel in dienst van de Faciliteit vrouw is.

Programma’s voor de overdracht van contanten hebben vrouwelijke vluchtelingen gelijke kansen geboden. Meer dan een miljoen vrouwen ontvangen op regelmatige basis onvoorwaardelijke geldoverdrachten. Daarnaast hebben de gezinnen van ongeveer 400 000 vrouwelijke studenten CCTE-steun gekregen. Naast programma’s voor de overdracht van contanten zijn ongeveer 500 000 vrouwelijke vluchtelingen doorverwezen naar beschermingsdiensten en hebben ongeveer 550 000 vrouwelijke vluchtelingen gebruik kunnen maken van beschermingsdiensten die worden aangeboden via door de Faciliteit gefinancierde projecten.

5. Monitoring en evaluatie

Monitoring

Het monitoringsysteem van de Faciliteit is opgezet om gedurende zijn hele levensduur te worden aangepast, verfijnd en verbeterd. In 2022 bleef de verslaglegging over de resultaten van de Faciliteit gebaseerd op het bijgewerkte resultatenkader40 en de veranderingstheorie41 van de Faciliteit. In 2022 werden twee monitoringverslagen van de Faciliteit gepubliceerd — in juni en in december — die te vinden zijn op de website van DG NEAR42. Het monitoringverslag over de periode tot december 2022 wordt verwacht in juni 2023.

Bij de uitvoering van de monitoring- en verslagleggingstaken van de Faciliteit wordt de Commissie nog steeds ondersteund door een team voor technische bijstand (SUMAF43). Tegen eind 2022 waren 239 controlemissies voltooid en waren 6 resultaatgerichte controlemissies, 94 missies voor technische bijstand en 139 controles/controlemissies ter plaatse uitgevoerd; 61 % van deze missies was gericht op contracten onder direct beheer44. Acties van de Faciliteit die in het kader van de humanitaire uitvoeringsplannen (HIP’s) werden gefinancierd, zijn ook verder gecontroleerd. In de verslagleggingsperiode zijn 89 controlemissies op projectniveau voltooid.

Evaluatie

De Commissie heeft verder uitvoering gegeven aan de aanbevelingen van de in juli 2021 gepubliceerde strategische tussentijdse evaluatie van de Faciliteit45.

6. Controle

De Europese Rekenkamer is in november 2022 gestart met haar tweede doelmatigheidscontrole van de Faciliteit. Op het moment van verslaglegging was deze controle nog niet afgerond. Het is de bedoeling van de Rekenkamer om haar bevindingen en aanbevelingen in het najaar van 2023 bekend te maken.

7. Communicatie en zichtbaarheid

Ook in 2022 bleven de communicatie-activiteiten de zichtbaarheid van de door de Faciliteit gefinancierde acties vergroten om meer bekendheid te geven aan de bijstand die de EU aan Turkije verleent bij de opvang van vluchtelingen. Prioriteiten daarbij waren onder meer bewustzijn, zichtbaarheid en begrip bij het grote publiek, de media, de beleidsmakers en andere belanghebbenden in de EU, Turkije en de internationale gemeenschap.

1.

Evenementen, ceremonies en aanwezigheid in de media


In de eerste helft van 2022 heeft het hoofd van de delegatie vier bezoeken gebracht, aan Denizli, Konya, Mardin en Dörtyol, om EU-acties onder de aandacht te brengen. Al deze bezoeken hebben grote belangstelling gewekt. Andere projectgerelateerde evenementen waren onder meer de openingsceremonie van het project “Empowering the Private Sector to Foster Social and Economic Cohesion in Türkiye-FOSTER” in februari 2022, de lancering van het project “Social Entrepreneurship, Empowerment and Cohesion in Refugee and Host Communities in Türkiye Project (SEECO)” in mei, de openingsceremonie van het nieuwe staatsziekenhuis in Kilis in juni en de ondertekeningsceremonie voor het CCTE-project in december 2022, waarbij het CCTE-programma door UNICEF officieel werd overdragen aan de Turkse regering. De zichtbaarheid van activiteiten en acties werd ook bevorderd door persberichten.

In 2022 is een mediareis georganiseerd met bezoeken aan door de EU gefinancierde projecten voor humanitaire hulp in Turkije. Hierover is specifiek bericht in diverse Europese media, waaronder El País (ES), ANSA (IT), Publico (PT), Deutsche Welle (DE), ARD (DE), EFE (ES) en NRK (NO). Daarnaast is samen met de Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen (IFRC) een grootschalige communicatiecampagne opgezet om het ESSN-programma meer onder de aandacht te brengen. De campagne omvatte succesvolle socialemediapromoties in Duitsland, Italië, Zweden, Turkije, Portugal en Polen.

8. Conclusies en volgende stappen

In 2022 is aanzienlijke vooruitgang geboekt met de uitvoering van de Faciliteit. Het volledige operationele budget van de Faciliteit is aanbesteed en 5 miljard EUR is uitbetaald. De Faciliteit bleef hoognodige steun verlenen aan vluchtelingen en gastgemeenschappen in Turkije.

De volgende stappen zijn:

- voortzetting van de effectieve uitvoering van alle projecten ten behoeve van vluchtelingen en hun gastgemeenschappen, overeenkomstig de beginselen van goed financieel beheer;

- verdere uitvoering van de aan de Faciliteit gerelateerde communicatie-activiteiten;

- organisatie van een bijeenkomst van de stuurgroep van de Faciliteit in juni 2023;

- programmering en uitvoering van aanvullende steun aan vluchtelingen en gastgemeenschappen in Turkije om de duurzaamheid van de resultaten van de Faciliteit te waarborgen.


1 Besluit van de Commissie C(2015) 9500 van 24.11.2015 inzake een mechanisme voor de coördinatie van het optreden van de Unie en de lidstaten — de Vluchtelingenfaciliteit voor Turkije, als gewijzigd bij Besluit C(2016) 855 van de Commissie van 10.2.2016.

2 https://ec.europa.eu/neighbourhood-enlargement/sites/near/files/170302_facility_for_refugees_in_turkey_first_annual_report.pdf

3 https://en.goc.gov.tr/temporary-protection27

4 https://en.goc.gov.tr/irregular-migration

5 Een bijzonderheid van het Turkse asielstelsel houdt verband met het feit dat het land het protocol van New York van 1967 bij het Verdrag van Genève van 1951 met een voorbehoud heeft ondertekend. Dit betekent dat de grote meerderheid van de vluchtelingen in Turkije niet in aanmerking komt voor een volledige vluchtelingenstatus, maar alleen voor de status van “voorwaardelijk vluchteling” die, indien hij wordt toegekend, het verblijf van de vluchteling in het land beperkt tot het moment waarop een erkende vluchteling wordt “hervestigd in een derde land”.

6 www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases">www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases

7 Besluit C(2016) 60/03 van de Commissie van 10.2.2016 betreffende de Faciliteit voor vluchtelingen in Turkije en tot wijziging van Besluit C(2015) 9500 van 24 november 2015.

8 https://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-11329-2018-INIT/en/pdf

9 Financiering beschikbaar gesteld in de jaren 2013-2015 in het kader van de verschillende externe financieringsinstrumenten, namelijk het Instrument voor humanitaire hulp (HUMA), het Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) en het Instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede (IcSP), met inbegrip van een aantal acties van het EU-trustfonds dat is ingesteld naar aanleiding van de crisis in Syrië (EUTF).

10 Sinds het begin van de crisis heeft de EU alle politieke en humanitaire instrumenten ingezet die haar ter beschikking staan ter ondersteuning van de Syrische bevolking, met 24,9 miljard EUR voor humanitaire hulp en steun voor stabilisatie en herstel die sinds de aanvang van de crisis in 2011 gezamenlijk zijn bijeengebracht; https://eeas.europa.eu/headquarters/headquarters-homepage/93313/node/93313_en

11 www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases">www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases

12 Volgens een nieuw Grieks ministerieel besluit zal Turkije worden beschouwd als een veilig derde land voor asielzoekers uit Pakistan, Bangladesh, Syrië, Afghanistan en Somalië. Asielverzoeken van bovengenoemde nationaliteiten kunnen daarom op deze basis als niet-ontvankelijk worden beschouwd en verzoekers zullen worden teruggestuurd naar Turkije, waar zij veilig worden geacht en de mogelijkheid hebben om de vluchtelingenstatus aan te vragen.

13 Besluit C(2015) 9500 van de Commissie van 24.11.2015, artikel 2 — Doelstellingen.

14 Zie artikel 5, lid 1, van Besluit C(2015) 9500 van de Commissie, als gewijzigd bij Besluit C(2016) 855 van de Commissie.

15 https://ec.europa.eu/neighbourhood-enlargement/sites/near/files/2016_needs_assessment_.pdf

16 https://ec.europa.eu/neighbourhood-enlargement/sites/near/files/updated_needs_assessment.pdf

17 De bijdragen van het Europees nabuurschapsinstrument en het Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking werden overgedragen aan en uitgevoerd in het kader van respectievelijk het Instrument voor pretoetredingssteun en het EU-trustfonds. In beginsel werden alle bijdragen van de Faciliteit aan het EU-trustfonds (EUTF) (van IPA en in mindere mate van het Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking) uitgevoerd als niet-humanitaire bijstand.

18 Verordening (EG) nr. 1257/96 van de Raad betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

19 Verordening (EU) nr. 232/2014 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een Europees nabuurschapsinstrument (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 27).

20 Verordening (EU) nr. 233/2014 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 44).

21 Verordening (EU) nr. 231/2014 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een instrument voor pretoetredingssteun (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 11).

22 Verordening (EU) nr. 230/2014 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 1).

23 De totale opsplitsing van de bijdragen van de lidstaten is beschikbaar op: www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases">www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases

24 www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases">https://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases

25 Het saldo van 60 miljoen EUR is bestemd voor administratieve en operationele steun voor de uitvoering van de Faciliteit.

26 https://ec.europa.eu/neighbourhood-enlargement/system/files/2022-01/Facility%20table_December%202021.pdf

27 Gemeenschappelijke verklaring van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten.

28 Verordening (EG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp.

29 De humanitaire hulp van de Europese Commissie is gebaseerd op jaarlijkse landspecifieke humanitaire uitvoeringsplannen (HIP’s). Het kader voor de samenwerking tussen de Commissie en haar partners op het gebied van humanitaire hulp wordt vastgesteld door de financiële en administratieve kaderovereenkomsten van de Commissie met internationale organisaties en door de partnerschapskaderovereenkomsten met niet-gouvernementele organisaties.

30 De via het Instrument voor pretoetredingssteun bestede middelen van de Faciliteit worden beheerd overeenkomstig de voorschriften voor extern optreden die zijn vervat in titel IV van deel 2 van het Financieel Reglement en de uitvoeringsvoorschriften ervan.

31 Dit cijfer omvat ook uitgaven voor projecten die worden uitgevoerd door het EU-trustfonds voor Syrië, maar die nog niet ten laste van de EU-begroting zijn gebracht.

32 https://ec.europa.eu/neighbourhood-enlargement/enlargement-policy/negotiations-status/turkey/eu-facility-refugees-turkey_en

33 Dit omvat een project voor schone energie van 40 miljoen EUR in het kader van het EUTF (FRIT 1).

34 Bevordering van de integratie van Syrische kinderen in het onderwijsstelsel II (PIKTES II).

35 Bevordering van inclusief onderwijs voor kinderen in het Turkse onderwijsstelsel (PIKTES+).

36 “Strengthening Health Infrastructure for All” (betere gezondheidsinfrastructuur voor iedereen).

37 www.europarl.europa.eu/news/en/press-room">https://www.europarl.europa.eu/news/en/press-room

38 De volgende fase van het ESSN-programma zou worden overgenomen door DG NEAR.

39 “Commission Implementing Decision on the financing of the individual measure for the delivery of cash support to the most vulnerable refugees in Türkiye for 2022 and 2023” (Uitvoeringsbesluit van de Commissie betreffende de financiering van de individuele maatregel voor het verlenen van financiële ondersteuning aan de meest kwetsbare vluchtelingen in Turkije voor 2022 en 2023) (C(2022) 7822 final) werd aangenomen op 4 januari 2022 en “Commission Implementation Decision on the financing of the individual measure to continue support for basic needs and transition to livelihoods opportunities for refugees in Türkiye in 2022” (Uitvoeringsbesluit van de Commissie betreffende de financiering van de individuele maatregel tot voortzetting van de steun voor basisbehoeften en de overgang naar mogelijkheden om in het levensonderhoud te voorzien voor vluchtelingen in Turkije in 2022) (C(2022) 8887) werd aangenomen op 7 december 2022.

40 https://neighbourhood-enlargement.ec.europa.eu/system/files/2022-06/Facility%20Results%20Framework_Jun2022.pdf

41 https://neighbourhood-enlargement.ec.europa.eu/system/files/2022-06/Facility%20Theory%20of%20Change_Feb2022.pdf

42 https://ec.europa.eu/neighbourhood-enlargement/enlargement-policy/negotiations-status/turkey/eu-facility-refugees-turkey_en

43 Technische bijstand ter ondersteuning van het toezicht op acties die worden gefinancierd in het kader van de Faciliteit voor vluchtelingen in Turkije — IPA/2018/393-877.

44 Cumulatieve cijfers, van 2017.

45 https://ec.europa.eu/neighbourhood-enlargement/strategic-mid-term-evaluation-facility-refugees-turkey-2016-201920_en

NL NL