Toelichting bij COM(2020)180 - Gewijzigde begroting nr. 3 bij de begroting 2020 om het overschot van het begrotingsjaar 2019 erin op te nemen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Het ontwerp van gewijzigde begroting (OGB) nr. 3/2020 heeft tot doel het uitvoeringsoverschot van het begrotingsjaar 2019 in de begroting 2020 op te nemen. Zoals bepaald in artikel 18, lid 3, van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Unie 5 , heeft dit OGB uitsluitend betrekking op het overschot en dient het te worden ingediend binnen 15 dagen na de indiening van de voorlopige rekeningen eind maart 2020.

1.De uitvoering van het begrotingsjaar 2019 geeft een overschot van 3 218 373 955 EUR te zien, dat als ontvangsten op de begroting 2020 wordt opgevoerd.

(in EUR)

Uitsplitsing begrotingsresultaat 2019
Overschot ontvangsten2 414 771 516
Overschot uitgaven803 602 438
Totaal overschot3 218 373 955

2.De opname van het overschot in de begroting zal een vermindering van de totale bijdrage van de 27 lidstaten en het Verenigd Koninkrijk 6 in de financiering van de begroting 2020 met hetzelfde bedrag tot gevolg hebben.

3.In de onderstaande tabel wordt een uitsplitsing gemaakt van het resultaat voor 2019 op het vlak van de uitvoering van de ontvangsten:

(in EUR)

Uitsplitsing begrotingsresultaat 2019Begroting 
(incl. GB1-3)
ResultaatVerschil
Subtotaal ontvangsten148 492 491 538150 907 263 0542 414 771 516
Titel 1 - Eigen middelen144 795 111 073144 765 627 471-29 483 602
Heffingen en andere rechten in de sector suiker0-824 270-824 270
Douanerechten21 471 164 78621 365 365 626-105 799 160
Eigen middelen uit btw17 738 667 15017 774 862 63736 195 487
Eigen middelen op basis van het bni105 585 279 137105 700 206 516114 927 379
Correctie voor begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk0-80 874 689-80 874 689
Aan bepaalde lidstaten toegekende brutovermindering van de jaarlijkse bni-bijdrage06 891 6516 891 651
Titel 3 - Overschotten, saldi en aanpassingen1 802 988 3291 804 821 5561 833 227
Titel 4 - Aan de instelling verbonden personen1 606 517 3421 575 505 411-31 011 931
Titel 5 - Administratieve werking van de instellingen25 050 05022 616 366-2 433 684
Titel 6 - Terugbetalingen in het kader van overeenkomsten en programma’s van de Unie130 000 000102 279 350-27 720 650
Titel 7 - Achterstandsrente en geldboeten115 000 0002 625 458 1742 510 458 174
Titel 8 - Opgenomen en verstrekte leningen2 823 7443 111 199287 455
Titel 9 - Diverse ontvangsten15 001 0007 843 527-7 157 473

4.De verschillen in titel 1 (Eigen middelen) vertegenwoordigen 0,02 % van de raming. Zij bestaan voor -107 miljoen EUR uit lagere ontvangsten van traditionele eigen middelen (99,5 % van de raming is geïnd) en voor 77 miljoen EUR uit hogere ontvangsten uit wisselkoersverschillen (doordat eigen middelen in de nationale munteenheid worden betaald, maar in euro worden gebudgetteerd en geboekt). In titel 3 (Overschotten, saldi en aanpassingen), betreffende aanpassingen van de eigen middelen, is het verschil beperkt tot 1,8 miljoen EUR.

5.Het grootste verschil (2 510 miljoen EUR) is te vinden in titel 7 (Achterstandsrente en geldboeten). Het resultaat bestaat uit geldboeten in concurrentiezaken en achterstandsrente, andere dwangsommen en rente in verband met geldboeten en dwangsommen.

6.In de onderstaande tabel wordt een uitsplitsing gemaakt van het resultaat voor 2019 op het vlak van de uitvoering van de uitgaven voor alle instellingen:

(in EUR)

Uitsplitsing begrotingsresultaat 2019Begroting 
(incl. GB1-3)
ResultaatVerschil
Subtotaal uitgaven148 492 491 538147 688 889 100-803 602 438
Resultaat in de begroting toegestane kredieten148 492 491 538147 817 807 228-674 684 310
Europese Commissie144 377 037 181143 784 765 183-592 271 998
Rubriek 1a – Concurrentievermogen voor groei en banen20 261 398 07020 231 004 880-30 393 190
Rubriek 1b - Economische, sociale en territoriale samenhang47 561 482 79347 559 522 299-1 960 494
Rubriek 2 — Duurzame groei: Natuurlijke hulpbronnen57 836 518 96457 827 120 612-9 398 352
Rubriek 3 - Veiligheid en burgerschap3 290 532 3883 161 760 749-128 771 639
Rubriek 4 - Europa als wereldspeler8 952 616 9668 946 611 596-6 005 370
Rubriek 5 — Administratie5 827 041 3865 763 345 126-63 696 260
Andere speciale instrumenten647 446 615295 399 920-352 046 694
Andere instellingen4 115 454 3574 033 042 045-82 412 312
Europees Parlement1 996 978 2621 973 232 524-23 745 738
Raad en Europese Raad581 895 459536 999 597-44 895 862
Hof van Justitie van de Europese Unie429 468 936423 900 255-5 568 681
Europese Rekenkamer146 890 518144 314 828-2 575 690
Europees Economisch en Sociaal Comité138 502 768135 923 436-2 579 332
Comité van de Regio's98 751 06598 362 401-388 664
Europese ombudsman11 496 26110 614 755-881 506
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming16 638 57215 301 687-1 336 885
Europese Dienst voor extern optreden694 832 516694 392 562-439 954
Annulering van overgedragen kredieten van voorgaande jaren0-125 294 786-125 294 786
Europese Commissie0-86 283 393-86 283 393
Andere instellingen0-39 011 393-39 011 393
Wisselkoersverschillen op uitgaven0-3 623 342-3 623 342

7.De Commissie voerde 99,6 % van de toegestane betalingskredieten uit. Het niet-uitgevoerde bedrag bedroeg 592,3 miljoen EUR, waarvan 351,5 miljoen EUR van de reserve voor noodhulp en 94,5 miljoen EUR in reserve aangehouden in rubriek 3 - Veiligheid en burgerschap.

8.De onderbesteding van de andere instellingen bedroeg met 82 miljoen EUR iets meer dan in 2018 (76 miljoen EUR), maar minder dan in 2017 en 2016 (respectievelijk 83 miljoen en 103 miljoen EUR).

(1) PB L 193 van 30.7.2018.
(2) PB L 57 van 27.2.2020.
(3) COM(2020) 145 van 27.3.2020.
(4) COM(2020) 170 van 2.4.2020.
(5) PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1.
(6)

   Het ontwerp van gewijzigde begroting leidt ook tot een vermindering van de bijdrage van het Verenigd Koninkrijk ingevolge artikel 126 en artikel 135, lid 1, van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB L 29 van 31.1.2020, blz.

7).