Toelichting bij COM(2017)504 - Hervormingsprogramma 2017 en convergentieprogramma 2017 van Denemarken

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 22.5.2017


COM(2017) 504 final

Aanbeveling voor een

AANBEVELING VAN DE RAAD

over het nationale hervormingsprogramma 2017 van Denemarken

en met een advies van de Raad over het convergentieprogramma 2017 van Denemarken


2.

Aanbeveling voor een


AANBEVELING VAN DE RAAD

over het nationale hervormingsprogramma 2017 van Denemarken

en met een advies van de Raad over het convergentieprogramma 2017 van Denemarken

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 121, lid 2, en artikel 148, lid 4,

Gezien Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997 over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economisch beleid 1 , en met name artikel 9, lid 2,

Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie 2 ,

Gezien de resoluties van het Europees Parlement 3 ,

Gezien de conclusies van de Europese Raad,

Gezien het advies van het Comité voor de werkgelegenheid,

Gezien het advies van het Economisch en Financieel Comité,

Gezien het advies van het Comité voor sociale bescherming,

Gezien het advies van het Comité voor de economische politiek,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)Op 16 november 2016 heeft de Commissie haar goedkeuring gehecht aan de jaarlijkse groeianalyse 4 en daarmee de aanzet gegeven tot het Europees semester 2017 voor coördinatie van het economisch beleid. De prioriteiten van de jaarlijkse groeianalyse zijn op 9-10 maart 2017 door de Europese Raad bekrachtigd. Op 16 november 2016 heeft de Commissie op grond van Verordening (EU) nr. 1176/2011 ook het waarschuwingsmechanismeverslag 5 aangenomen, waarin zij Denemarken niet heeft genoemd als een van de lidstaten die aan een diepgaande evaluatie zouden worden onderworpen.

(2)Op 22 februari 2017 is het landverslag 2017 voor Denemarken 6 gepubliceerd. Daarin werd de vooruitgang beoordeeld die Denemarken bij de tenuitvoerlegging van de op 12 juli 2016 door de Raad vastgestelde landspecifieke aanbevelingen heeft gemaakt, alsmede het gevolg dat is gegeven aan de aanbevelingen die in eerdere jaren werden goedgekeurd, en de vooruitgang die Denemarken in de richting van zijn nationale Europa 2020-doelstellingen heeft geboekt.

(3)Op 28 april 2017 heeft Denemarken zijn nationale hervormingsprogramma 2017 en zijn convergentieprogramma 2017 ingediend. Om met de onderlinge verbanden tussen beide programma's rekening te houden, zijn deze tegelijkertijd geëvalueerd.

(4)De betrokken landspecifieke aanbevelingen zijn meegenomen in de programma's van de lidstaten voor de Europese structuur- en investeringsfondsen (ESI-fondsen) voor de periode 2014-2020. Op grond van de wetgeving over de ESI-fondsen 7 kan de Commissie een lidstaat verzoeken de betrokken programma's van de ESI-fondsen te evalueren en te wijzigen wanneer dit nodig is om de uitvoering van betrokken landspecifieke aanbevelingen te ondersteunen. De Commissie heeft nadere richtsnoeren verstrekt over de toepassing van die regels 8 .

(5)Denemarken valt momenteel onder het preventieve deel van het stabiliteits- en groeipact. In haar convergentieprogramma 2017 gaat de regering ervan uit dat in 2017 een nominaal tekort van 1,9 % van het bbp zal worden gerealiseerd en dat zij gedurende de hele programmaperiode tot 2020 aan de begrotingsdoelstelling op middellange termijn — een structureel tekort van 0,5 % van het bbp — zal blijven voldoen. Volgens het convergentieprogramma zal de overheidsschuldquote naar verwachting dalen tot 37,0 % in 2017 en daarna blijven afnemen tot 33,9 % in 2020. Het macro-economische scenario dat aan deze begrotingsprognoses ten grondslag ligt, is plausibel voor de hele programmaperiode. Volgens de voorjaarsprognoses 2017 van de Commissie zal het structurele saldo uitkomen op een tekort van 0,4 % van het bbp in 2017 en 0,1 % van het bbp in 2018, wat grotendeels in overeenstemming is met het streefcijfer van het programma en meer is dan de begrotingsdoelstelling op middellange termijn. In het algemeen is de Raad van oordeel dat Denemarken in 2017 en 2018 naar verwachting aan de bepalingen van het stabiliteits- en groeipact zal voldoen.

(6)Het veiligstellen van het arbeidsaanbod in tijden van demografische uitdagingen is een noodzakelijke voorwaarde voor duurzame groei in Denemarken. Een reeks ingrijpende hervormingen van de arbeidsmarkt in de afgelopen jaren heeft met name tot doel meer arbeidsstimuli te creëren en het actieve arbeidsmarktbeleid efficiënter te maken. Die hervormingen kunnen bijdragen aan de verwezenlijking van het Europa 2020-streefcijfer inzake werkgelegenheid voor Denemarken, aan de duurzaamheid van het Deense model van de verzorgingsstaat en aan de oplossing voor het beginnend tekort aan mensen met bepaalde kwalificaties. Door hervormingen die gericht zijn op meer participatie en een groter percentage geslaagden in het beroepsonderwijs en door een driepartijenovereenkomst om meer leerlingplaatsen te creëren, zal het aantal geschoolde werknemers waarschijnlijk toenemen. Toch is het nationale Europa 2020-streefcijfer voor sociale integratie, dat erop gericht is het aantal mensen dat in een huishouden met een zeer lage arbeidsintensiteit leeft, te verminderen, nog lang niet bereikt. Arbeidsmarktintegratie en het verbeteren van de inzetbaarheid van kansarme groepen blijven een uitdaging. Dit geldt vooral voor mensen met een migratieachtergrond van buiten de EU (met inbegrip van wie al lang in Denemarken woont) en is deels toe te schrijven aan het feit dat hun onderwijsprestaties gemiddeld slechter zijn dan die van autochtonen. De kloof blijft bestaan in de tweede generatie. De maatregelen voor integratie in de arbeidsmarkt die in de tripartiete onderhandelingen van 2016 zijn overeengekomen, kunnen de situatie verbeteren voor nieuw aangekomen vluchtelingen, van wie de situatie in de toekomst van nabij zal moeten worden gevolgd. Toch moeten nog verdere maatregelen worden genomen om andere gemarginaliseerde groepen, zoals jongeren met een laag onderwijsniveau en werknemers ouder dan 60 jaar, efficiënter in de arbeidsmarkt te integreren.

(7)Een grote productiviteitsgroei is essentieel om de economische groei te ondersteunen, het relatief hoge welvaartsniveau in Denemarken te behouden en het concurrentievermogen van het land op lange termijn te waarborgen. Hoewel het productiviteitsniveau van Denemarken hoog is in vergelijking met dat van andere EU-lidstaten, vertoont de productiviteitsgroei al langer een neerwaartse tendens. Vooral de op de binnenlandse markt gerichte diensten worden gekenmerkt door een trage ontwikkeling van de productiviteit. Denemarken heeft de voorbije jaren meerdere hervormingen doorgevoerd, maar de productiviteitsgroei blijft beperkt omdat de concurrentie in sommige dienstensectoren nog altijd zwak is. Sectorspecifieke beperkingen belemmeren de concurrentie, bijvoorbeeld in de groothandel en bij vervoersdiensten.

(8)In de context van het Europees semester heeft de Commissie een brede analyse van het economische beleid van Denemarken verricht. Die analyse is gepubliceerd in het landverslag 2017. Voorts heeft de Commissie zowel het convergentieprogramma als het nationale hervormingsprogramma doorgelicht en onderzocht welk gevolg is gegeven aan de aanbevelingen die in eerdere jaren tot Denemarken zijn gericht. Daarbij heeft zij niet alleen gekeken naar de relevantie ervan voor een houdbaar budgettair en sociaaleconomisch beleid in Denemarken, maar is zij ook nagegaan of de EU-regels en -richtsnoeren in acht zijn genomen, gezien de noodzaak de algehele economische governance van de Europese Unie te versterken door middel van een inbreng op EU-niveau in toekomstige nationale besluiten.

(9)In het licht van deze beoordeling heeft de Raad het convergentieprogramma onderzocht en is hij van oordeel dat Denemarken naar verwachting aan het stabiliteits- en groeipact zal voldoen,

BEVEELT AAN dat Denemarken in 2017 en 2018 de volgende actie onderneemt:

1. De concurrentie in de op de binnenlandse markt gerichte dienstensector bevorderen.


Gedaan te Brussel,

3.

Voor de Raad


De voorzitter

(1) PB L 209 van 2.8.1997, blz. 1.
(2) COM(2017) 504 final.
(3) P8_TA(2017)0038, P8_TA(2017)0039 en P8_TA(2017)0040.
(4) COM(2016) 725 final.
(5) COM(2016) 728 final.
(6) SWD(2017) 70 final.
(7) Artikel 23 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 320).
(8) COM(2014) 494 final.