Toelichting bij COM(2014)298 - Verlenging van de Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking met Oekraïne

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

De Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en Oekraïne is op 4 juli 2002 in Kopenhagen ondertekend. Artikel 12, onder b), van de overeenkomst bepaalt: 'Deze overeenkomst wordt gesloten voor een eerste periode eindigend op 31 december 2002 en kan met instemming van beide partijen telkens met vijf jaar worden verlengd.'

Bij Besluit 2011/182/EU van 9 maart 2011 heeft de Raad de verlenging van de overeenkomst met nog eens vijf jaar goedgekeurd, tot 8 november 2014.

Verlenging van de overeenkomst met opnieuw vijf jaar zou in het belang van beide partijen zijn, om continuïteit te waarborgen in de wetenschappelijke en technologische betrekkingen tussen Oekraïne en de Europese Unie.

1.

Resultaten van de raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling



Tijdens de in Kiev op 24 mei 2013 gehouden vergadering van het gezamenlijk comité Gemeenschap-Oekraïne dat bij artikel 6 van de overeenkomst is opgericht, zijn beide partijen overeengekomen dat de overeenkomst opnieuw met vijf jaar moet worden verlengd.

2.

Juridische elementen van het voorstel



De materiële inhoud van de verlengde overeenkomst zal identiek zijn aan die van de huidige overeenkomst, die op 7 november 2014 verstrijkt.

3.

Gevolgen voor de begroting



In het bij dit besluit gepresenteerde financieel memorandum zijn de indicatieve gevolgen voor de begroting vastgelegd.

In het licht van bovenstaande overwegingen verzoekt de Commissie de Raad:

– namens de Unie, en na goedkeuring door het Europees Parlement, de verlenging met een nieuwe periode van vijf jaar van de Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en Oekraïne goed te keuren;

– de voorzitter van de Raad te machtigen de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) om Oekraïne ervan in kennis te stellen dat de Unie haar interne procedures, nodig voor de inwerkingtreding van deze verlengde overeenkomst, heeft voltooid.