Toelichting bij JOIN(2012)7 - Wijziging van Verordening (EU) nr. 359/2011 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in verband met de situatie in Iran

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Verordening (EG) nr. 961/2010 van de Raad verbiedt de verkoop, levering, overdracht of uitvoer uit de EU naar Iran van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt.

2. De maatregelen van Verordening (EU) nr. 961/2010 zijn een uitdrukking van de bezorgdheid van de Raad over de aard van het nucleaire programma van Iran, terwijl de maatregelen van Verordening (EU) nr. 359/2011 uitdrukking geven aan de bezorgdheid over de verslechtering van de mensenrechtensituatie in Iran.

3. De Commissie en de hoge vertegenwoordiger stellen voor dat het verbod op de verkoop, levering, overdracht of uitvoer uit de EU naar Iran van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt, eerder in verband moet worden gebracht met de bezorgdheid van de Raad over de verslechtering van de mensenrechtensituatie in Iran en bijgevolg opgenomen moet worden in Verordening (EU) nr. 359/2011.

4. Daarom wordt voorgesteld in Verordening (EG) nr. 359/2011 een bepaling op te nemen strekkende tot een verbod op de verkoop, levering, overdracht of uitvoer uit de EU naar Iran van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt. Tegelijkertijd stellen de Commissie en de hoge vertegenwoordiger een nieuwe verordening voor tot intrekking en vervanging van Verordening (EU) nr. 961/2010, waarin de genoemde maatregel tegen binnenlandse repressie is geschrapt.

5. In het licht van de verslechtering van de mensenrechtensituatie in Iran voorziet Besluit 2012/…/GBVB van de Raad in een aanvullende maatregel, namelijk een verbod op de uitvoer van apparatuur voor toezicht op telecommunicatie voor gebruik door de regering van Iran.

6. Deze maatregel valt onder het toepassingsgebied van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en derhalve is EU-regelgeving noodzakelijk voor de tenuitvoerlegging, om te garanderen dat hij in alle lidstaten door de marktdeelnemers uniform wordt toegepast.

7. Bijlage II bij Verordening (EU) nr. 359/2011, waarin de bevoegde autoriteiten worden opgesomd aan wie specifieke taken in verband met de tenuitvoerlegging van de verordening zijn toevertrouwd, dient eveneens te worden aangepast op basis van de meest recente informatie die betreffende de identificatie van de bevoegde autoriteiten wordt verstrekt door de lidstaten.

8. De hoge vertegenwoordiger van de EU voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Commissie stellen voor deze maatregelen ten uitvoer te leggen door middel van een verordening op basis van artikel 215 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.