Toelichting bij COM(2010)101 - Begeleidende maatregelen voor de bananensector: steun voor de duurzame aanpassing van de belangrijkste ACS-bananenexporterende landen aan de nieuwe handelsvoorwaarden

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

52010DC0101R(01)

Corrigendum : Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Begeleidende maatregelen voor de bananensector: steun voor de duurzame aanpassing van de belangrijkste ACS-bananenexporterende landen aan de nieuwe handelsvoorwaarden /* COM/2010/0101 def. */


[afbeelding - zie origineel document] EUROPESE COMMISSIE

2.

Brussel, 12.7.2010


COM(2010) 101 definitief /2

CORRIGENDUMAnnuleert en vervangt document COM(2010)101 definitief van 17.3.2010De voetnoten 5 en 6 en bijlage I worden vervangen.

3.

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT


Begeleidende maatregelen voor de bananensector: steun voor de duurzame aanpassing van de belangrijkste ACS-bananenexporterende landen aan de nieuwe handelsvoorwaarden

Bananen i zijn cruciaal voor de inkomsten van miljoenen mensen en vormen voor vele ontwikkelingslanden een belangrijke bron van exportopbrengsten i. Voor sommige van deze landen is de bananenteelt voor uitvoer naar de Europese Unie een belangrijke economische activiteit, met multiplicatoreffecten voor de overige sectoren van de economie.

Bananenexporterende landen van Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan hebben traditioneel preferentiële toegang tot de EU-markt. De preferenties van de ACS-landen zijn aangevochten door andere leden van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), en de beroepsinstantie van de WTO heeft zich herhaaldelijk uitgesproken tegen de gemeenschappelijke marktordening van de Europese Unie (GMO). Onlangs nog, in december 2008, heeft de beroepsinstantie bepaald dat de EU verplicht is haar tarief voor bananen opnieuw te consolideren.

In december 2009 heeft de EU een overeenkomst betreffende bananen met Latijns-Amerikaanse bananenexporterende landen geparafeerd, waarin een regeling voor de verlaging van het meestbegunstigingstarief van de EU voor bananen is vastgesteld. Over een periode van zeven tot negen jaar zullen de meestbegunstigingstarieven worden verlaagd van het huidige recht van 176 euro per ton naar 114 euro per ton.

De bananenexporterende ACS-landen zullen rechtenvrije en contingentvrije (DFQF) toegang tot de EU-markt blijven behouden. Als gevolg van de wijzigende handelsakkoorden, met name de MFN-liberalisering in het kader van de WTO, zal de verlaging van de preferentiële marge voor bananenexporterende ACS-landen echter sneller verlopen dan oorspronkelijk verwacht. In dit verband zullen passende maatregelen moeten worden genomen.

De Europese Commissie heeft zich ertoe verbonden de ACS-landen te helpen zich aan te passen aan de gevolgen van de wijzigingen van de EU-invoerregeling. De integratie van alle ontwikkelingslanden in het multilaterale handelsstelsel en de wereldeconomie is een cruciale ontwikkelingsdoelstelling van de EU. De Europese Commissie is daarom van plan begeleidende maatregelen voor de bananensector vast te stellen om de belangrijkste bananenexporterende ACS-landen te helpen de uitdagingen aan te gaan waarmee zij zullen worden geconfronteerd. De maatregelen zouden een looptijd van ten hoogste vier jaar hebben (2010-2013) en een begroting van 190 miljoen euro. De Commissie zal samen met de begrotingsautoriteit de mogelijkheid onderzoeken om dit bedrag met 10 miljoen euro te verhogen indien de nodige kredieten in de jaarlijkse begroting worden vrijgemaakt.

1.

Achtergrond



4.

EU-handelsregeling


De bananenexporterende ACS-landen hebben traditioneel preferentiële toegang tot de EU-markt. Deze situatie is door andere landen betwist in het kader van de algemene overeenkomst betreffende tarieven en handel (GATT) en, sinds de invoering van de GMO voor bananen in 1993, via het geschillenbeslechtingsmechanisme van de WTO.

Na een aantal WTO-geschillen en daaropvolgende hervormingen van de handelsregeling voor bananen heeft de EG op 1 januari 2006 een zuiver tarifaire regeling ingevoerd, waarbij een recht van 176 euro per ton werd toegepast, gecombineerd met een rechtenvrij tariefcontingent van 775 000 ton voor bananen van ACS-oorsprong. Deze situatie werd echter niet bevredigend geacht door de MFN-landen, en de beroepsinstantie van de WTO sprak zich, onlangs nog in december 2008, uit tegen de marktordening van de Europese Gemeenschap.

Als gevolg van de internationale handelsbesprekingen en het lopende conflict binnen de WTO moest de EU dus haar MFN-tarief consolideren beneden het huidige niveau van 176 euro per ton ingevoerde bananen. In december 2009 parafeerde de EU na lange en ingewikkelde onderhandelingen een overeenkomst betreffende bananen met de Latijns-Amerikaanse bananenexporterende landen. Die overeenkomst voorziet in een tijdschema voor de verlaging van het MFN-tarief van de EU voor bananen.

De overeenkomst maakt een eind aan alle binnen de WTO hangende geschillen en bepaalt dat het MFN-tarief over een periode van zeven tot negen jaar wordt verlaagd van het huidige recht van 176 euro per ton tot 114 euro per ton. De ACS-landen zullen rechtenvrije en contingentvrije toegang tot de EU-markt blijven behouden, in het kader van de economische partnerschapsovereenkomsten tussen de ACS-regio's en de EU vanaf januari 2008.

De wijziging van de tariefregeling van de EU impliceert een verlaging van de preferentiemarge voor de ACS-landen. Om het aanpassingsproces van de ACS-leveranciers van bananen te ondersteunen stelt de Europese Commissie voor om voor de belangrijkste bananenexporterende ACS-landen specifieke begeleidende maatregelen per land vast te stellen. De maatregelen zullen voortbouwen op de aanpassingsprocessen die zijn gecreëerd door de bijzondere regeling voor bijstand en de bijzondere kaderregeling voor bijstand ten behoeve van traditionele ACS-leveranciers van bananen (zie punt 1.3).

5.

ACS-EU-handel in bananen


In de afgelopen tien jaar hebben tien landen zich ontwikkeld tot de belangrijkste ACS-bananenexporteurs, die elk gemiddeld meer dan 10 000 ton bananen per jaar naar de EU uitvoeren (bijlage 1). In Afrika zijn dat de volgende landen: Kameroen, Ivoorkust en Ghana en in het Caribisch gebied: Belize, Dominica, Dominicaanse Republiek, Jamaica, Saint Lucia, Saint Vincent en de Grenadines en Suriname. De grafieken 1 en 2 geven een beeld van de EG-invoer uit deze landen van 1999 tot en met 2008.

In de afgelopen tien jaar hebben nog eens twintig andere ACS-landen occasioneel bananen naar de EU geëxporteerd. Met een jaargemiddelde van minder dan 40 ton per land waren die hoeveelheden echter marginaal.

Grafiek 1: EU-invoer uit de belangrijkste Afrikaanse bananenexporterende landen 1999-2008

[afbeelding - zie origineel document]

Bron: Comext, Eurostat, 2009

Grafiek 2: EU-invoer uit de belangrijkste Caribische bananenexporterende landen 1999-2008

[afbeelding - zie origineel document]

Bron: Comext, Eurostat, 2009

Eerdere steunprogramma's

In het verleden heeft de EU bijstand aan de ACS-bananensector verstrekt door financiële steun voor:

- de bijzondere regeling voor bijstand i van 1994 tot 1999, en

- de bijzondere kaderregeling voor bijstand i van 1999 tot 2008.

Met deze twee programma's werd steun verleend voor de aanpassing van traditionele bananenexporterende ACS-landen i aan wijzigingen in de EG-marktordening voor bananen en waarschijnlijke veranderingen van de tariefregelingen. Meer in het bijzonder hadden de programma's tot doel:

- het concurrentievermogen van de bananenteelt in de begunstigde landen te verbeteren en/of

- die landen te helpen bij de diversificatie van hun economie om hun afhankelijkheid van bananen te verminderen.

De resultaten waren in het algemeen gunstig, hoewel er nog steeds bepaalde problemen bestaan, vooral in landen waar voorrang werd verleend aan diversificatie i. Vier landen (Kaapverdië, Grenada, Madagaskar en Somalië) hebben hun uitvoer naar de EU geleidelijk verminderd en ten slotte stopgezet. Twee niet-traditionele leveranciers van ACS-bananen, de Dominicaanse Republiek en Ghana, hebben gebruikgemaakt van hun preferentiële toegang tot de EU-markt om zich in de afgelopen jaren als bananenexporterend land te vestigen, waardoor zij niet van de bijzondere regeling voor bijstand of de bijzondere kaderregeling konden profiteren.

6.

DE NIEUWE BEGELEIDENDE MAATREGELEN VOOR DE BANANENSECTOR


Doelstellingen, begunstigden en steungebieden

De Europese Commissie stelt voor om via de begeleidende maatregelen voor de bananensector steun te verlenen voor aanpassing aan de nieuwe MFN-tarieven voor de tien ACS-landen die in de afgelopen tien jaar gemiddeld meer dan 10 000 ton bananen per jaar naar de EU hebben geëxporteerd: Belize, Kameroen, Ivoorkust, Dominica, Dominicaanse Republiek, Ghana, Jamaica, Saint Lucia, Saint Vincent en de Grenadines en Suriname.

De begeleidende maatregelen zullen ertoe bijdragen de doelstellingen van de ACS-EU-samenwerking te verwezenlijken, met name armoedebestrijding, bevordering van duurzame groei en vlotte integratie van de landen in de wereldeconomie. De maatregelen zullen het aanpassingsproces in de ACS-bananenexporterende landen ondersteunen, rekening houdend met de eigen beleidslijnen en aanpassingsstrategieën van de landen. De maatregelen zijn in hoofdzaak op de volgende drie doelstellingen geconcentreerd:

1. Versterking van het concurrentievermogen van de sector. Steun voor de bananenexporteurs om hun concurrentievermogen te verbeteren in landen waar de producenten goede mogelijkheden hebben om zich op lange termijn aan de ontwikkelingen in de internationale handel aan te passen.

2. Bevordering van economische diversificatie. Gebieden die thans afhankelijk zijn van de bananenuitvoer helpen om andere inkomstenbronnen aan te boren, kan ertoe bijdragen hun kwetsbaarheid te verminderen, ongeacht of die nieuwe inkomsten een aanvulling dan wel een vervanging van de inkomsten uit de bananenexport vormen.

3. Aanpakken van de bredere gevolgen van de aanpassingsmaatregelen voor werkgelegenheid, onderwijs en gezondheidszorg, landgebruik en milieu. De tariefverlagingen zullen waarschijnlijk sociale, ecologische en economische gevolgen voor de ACS-landen hebben, vooral wanneer de bananensector inkrimpt. Met behulp van de aanpassingsstrategieën kunnen deze effecten worden aangepakt en de EU zou daarbij steun kunnen verlenen.

De aanpassingsbehoeften van de begunstigde landen zullen sterk verschillen, naargelang van het belang van de bananensector voor hun economie, het volume van hun uitvoer naar de EU en hun aanpassingsvermogen. Sommige landen zullen dankzij extra inspanningen concurrerend kunnen blijven op een minder beschermde markt, terwijl andere zich gedwongen zullen zien hun toevlucht tot andere maatregelen te nemen. De maatregelen moeten daarom specifiek op ieder land worden afgestemd en in de bredere landbouw- en ontwikkelingsstrategieën van de landen worden geïntegreerd.

7.

Wijze van uitvoering


Op specifieke landen gerichte strategieën zullen de landen helpen zich aan de nieuwe marktvoorwaarden aan te passen en richtsnoeren voor de uitvoering van de EU-bijstand bieden, zodat de begeleidende maatregelen voor de bananensector relevant en doeltreffend zullen zijn. Ieder land moet samen met zijn actoren zijn specifieke nationale aanpassingsstrategie voor de bananensector opstellen of actualiseren, overeenkomstig de bredere beleidslijnen voor landbouw, milieu en werkgelegenheid, en zijn ontwikkelingsstrategieën. De strategieën moeten de ervaring en de resultaten van eerdere steunprogramma's voor de bananensector in aanmerking nemen en worden gebaseerd op verdere evaluaties van de vooruitzichten in het kader van de nieuwe handelsakkoorden. Op basis van deze nationale aanpassingsstrategieën zal een meerjarige EU-steunstrategie worden goedgekeurd, die in overeenstemming zal zijn met de EU-programma's voor nationale ondersteuning. De strategieën zullen verder worden bekeken om te bepalen of strategische milieueffectbeoordelingen nodig zijn.

8.

BIJLAGE 1: EU-INVOER UIT DE GROOTSTE EN DE TRADITIONELE ACS-BANANENLEVERANCIERS, IN TON, 1999-2008


|Gemiddelde 1999- Belize 55 68 51 38 73 80 74 73 62 82 65 Kameroen 160 204 215 229 293 260 252 252 221 279 237 Kaapverdië Ivoorkust 192 200 216 210 202 208 183 221 189 216 204 Dominica 27 27 17 17 10 12 12 13 7 10 15 Dominicaanse Republiek 42 59 85 97 109 101 144 176 206 170 119 Ghana 2 2 3 3 1 4 22 34 45 12 Grenada Jamaica 51 40 42 40 41 28 11 31 18 30 Madagaskar Saint Lucia 65 72 34 49 32 42 28 36 30 38 43 Saint Vincent en de Grenadines 37 42 30 32 20 23 15 17 13 8 Somalië Suriname 39 34 28 6 19 35 45 58 65 33 Bron: EEC Special Trade, Comext, Eurostat, december 2009
– voorstel voor een EU-actieplan" (COM(2004) 89 van februari 2004) de grondslagen gelegd voor het vernieuwde engagement van de EU op het gebied van landbouwbasisproducten in de ontwikkelingslanden en de strategische samenwerkingsrichtsnoeren vastgesteld.