Toelichting bij COM(2009)106-1 - Ondertekening van de overnameovereenkomst met Pakistan

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

I. Politiek en juridisch kader

Het sluiten van een overnameovereenkomst met Pakistan was een van de maatregelen die door de werkgroep op hoog niveau in 1999 werd aanbevolen in het actieplan voor Afghanistan. Op 18 september 2000 machtigde de Raad Algemene Zaken de Commissie formeel te onderhandelen over een overnameovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Pakistan. In april 2001 stuurde de Commissie een ontwerptekst aan de Pakistaanse autoriteiten. Na de ministeriële trojka in Islamabad op 18 en 19 februari 2004 en de koppeling van een overnameovereenkomst aan de ratificatie, door de EU, van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Pakistan inzake partnerschap en ontwikkeling, kon in april 2004 de eerste formele onderhandelingsronde worden gehouden in Islamabad. Daarna vonden nog zes formele onderhandelingsronden plaats, de laatste in Brussel, op 17 september 2007.

Na deze laatste ronde, waarin alle nog openstaande kwesties konden worden opgelost, legden beide partijen de tekst ter goedkeuring voor aan hun achterban. De raadplegings- en goedkeuringsprocedures namen aan beide kanten veel tijd in beslag, maar uiteindelijk kon de tekst op 9 september 2008 in Brussel worden geparafeerd door de hoofdonderhandelaar van de Commissie en de Pakistaanse ambassadeur bij de EU.

De lidstaten zijn gedurende alle (informele en formele) fasen van de onderhandelingen regelmatig op de hoogte gehouden en geraadpleegd over de overnameovereenkomst.

Wat de Gemeenschap betreft, is artikel 63, punt 3, onder b), juncto artikel 300 van het EG-Verdrag de rechtsgrond van de overnameovereenkomst.

De bijgevoegde voorstellen vormen de rechtsinstrumenten voor de ondertekening en sluiting van de overnameovereenkomst. De Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid van stemmen. Overeenkomstig artikel 300, lid 3, van het EG-Verdrag moet het Europees Parlement formeel worden geraadpleegd over de sluiting van de overnameovereenkomst.

Het voorgestelde besluit betreffende de sluiting bevat de noodzakelijke interne regelingen voor de praktische toepassing van de overnameovereenkomst. Er wordt met name in bepaald dat de Commissie, bijgestaan door deskundigen van de lidstaten, de Gemeenschap vertegenwoordigt in het Gemengd Comité overname dat bij artikel 16 van de overnameovereenkomst wordt opgericht. Overeenkomstig artikel 16, lid 6, stelt het Comité overname zijn reglement van orde vast. Evenals bij de andere tot dusver door de Gemeenschap gesloten overnameovereenkomsten wordt het standpunt van de Gemeenschap over deze kwestie vertolkt door de Commissie, na raadpleging van een door de Raad aangewezen bijzonder comité. Ten aanzien van de andere door het Gemengd Comité te nemen besluiten wordt het standpunt van de Gemeenschap vertolkt overeenkomstig de toepasselijke Verdragsbepalingen.

II. Onderhandelingsresultaten

De Commissie is van mening dat de door de Raad in zijn onderhandelingsrichtsnoeren geformuleerde doelstellingen zijn bereikt en dat de ontwerp-overnameovereenkomst aanvaardbaar is voor de Gemeenschap.

Deze overnameovereenkomst houdt uiteindelijk het volgende in:

- de overnameovereenkomst omvat 7 afdelingen met in totaal 21 artikelen. Zij telt tevens zes bijlagen, die een integrerend onderdeel ervan uitmaken, alsmede tien gemeenschappelijke verklaringen;

- de in de overnameovereenkomst vervatte overnameverplichtingen (artikelen 2 en 3) zijn op basis van volledige wederkerigheid opgesteld en hebben betrekking op eigen onderdanen (artikel 2) alsook op onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikel 3);

- aan de verplichting tot overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikel 3) zijn de volgende voorwaarden verbonden: a) de betrokken persoon is op het moment van de overnameaanvraag in het bezit van een geldig visum of een geldige verblijfsvergunning, afgegeven door de aangezochte staat, of b) de betrokken persoon is het grondgebied van de verzoekende staat rechtstreeks vanuit de aangezochte staat illegaal binnengekomen. Deze verplichting geldt niet ten aanzien van personen in luchthaventransit en evenmin ten aanzien van personen aan wie de verzoekende staat visumvrije toegang heeft verleend of een visum of verblijfsvergunning met een langere geldigheidsduur heeft afgegeven;

- in ruil voor de aanvaarding door Pakistan van de bovengenoemde verplichting tot overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikel 3), heeft de Europese Gemeenschap ermee ingestemd dat deze verplichting, onverminderd de verplichtingen van de overeenkomstsluitende partijen op grond van het internationale gewoonterecht om eigen onderdanen terug te nemen, uitsluitend van toepassing is op personen die het grondgebied van de partijen zijn binnengekomen na de inwerkingtreding van de overnameovereenkomst (artikel 20, lid 3);

- afdeling II van de overnameovereenkomst (de artikelen 4 tot en met 10, junctis de bijlagen 1 tot en met 5) bevat de nodige technische bepalingen met betrekking tot de overnameprocedure (overnameverzoek, bewijsmiddelen, termijnen, wijze van overdracht en wijze van vervoer) en onterechte overname (artikel 10). De procedure vertoont enige soepelheid omdat er geen overnameverzoek vereist is wanneer de over te nemen persoon in het bezit is van een geldig nationaal paspoort en, indien het gaat om een onderdaan van een derde land, tevens in het bezit is van een geldig visum of een geldige verblijfsvergunning van de staat die hem moet overnemen (artikel 4, lid 2);

- de overnameovereenkomst bevat een afdeling over doorgeleiding (de artikelen 11 en 12, juncto bijlage 6);

- de artikelen 13, 14 en 15 bevatten de nodige regels inzake kosten, gegevensbescherming en de verhouding tot andere internationale verplichtingen;

- artikel 16 bepaalt op welke wijze het Gemengd Comité overname wordt samengesteld en welke zijn taken en bevoegdheden zijn;

- om deze overnameovereenkomst in de praktijk uit te voeren, biedt artikel 17 Pakistan en de afzonderlijke lidstaten de mogelijkheid om bilaterale uitvoeringsprotocollen te sluiten. De verhouding tussen de bilaterale uitvoeringsprotocollen en deze overnameovereenkomst wordt in artikel 18 nader omschreven;

- de slotbepalingen (de artikelen 19 tot en met 21) bevatten regels inzake de inwerkingtreding, de duur, eventuele wijzigingen en de opzegging van de overnameovereenkomst alsook inzake de juridische status van de bijlagen daarbij;

- de specifieke situatie van Denemarken komt tot uiting in de preambule, in artikel 1, onder a), in artikel 19, lid 2, en in een aan deze overnameovereenkomst gehechte gemeenschappelijke verklaring. Ook de nauwe betrokkenheid van Noorwegen en IJsland bij de uitvoering, toepassing en ontwikkeling van het Schengenacquis komt tot uiting in een aan deze overnameovereenkomst gehechte gemeenschappelijke verklaring.

III. Conclusies

Rekening houdend met de hierboven beschreven resultaten, stelt de Commissie voor dat de Raad:

- besluit dat de overnameovereenkomst namens de Gemeenschap wordt ondertekend en de voorzitter van de Raad machtigt om de persoon (personen) aan te wijzen die is (zijn) gemachtigd om de overnameovereenkomst namens de Gemeenschap te ondertekenen;

- na raadpleging van het Europees Parlement de bijgevoegde overnameovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Pakistan goedkeurt.