Toelichting bij COM(2007)57 - Standpunt EG binnen de ACS-EG-Raad van ministers met betrekking tot een besluit tot wijziging van Besluit nr. 3/2001 van de ACS-EG-Raad van ministers betreffende de toewijzing van middelen aan Somalië uit het achtste en het negende Europees Ontwikkelingsfonds

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Artikel 93, lid 6, van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst bevat een bijzondere bepaling met betrekking tot landen zoals Somalië. Op grond van dit artikel kan de ACS-EG-Raad van Ministers besluiten speciale steun toe te kennen aan Somalië, die betrekking kan hebben op zowel institutionele opbouw als activiteiten in verband met de economische en sociale ontwikkeling, waarbij in het bijzonder rekening wordt gehouden met de behoeften van de kwetsbaarste bevolkingsgroepen. Deze bepaling trad in werking bij Besluit nr. 3/2001 van 20 december 2001[1] van de ACS-EG-Raad van Ministers, waarmee Somalië een bedrag van 149 miljoen euro uit hoofde van het negende EOF ontving voor financiële en technische samenwerking.

Op grond van artikel 3, lid 5, van bijlage IV bij de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst kan de Gemeenschap de toewijzing aan een land verhogen in verband met bijzondere behoeften of uitzonderlijke prestaties. Op grond van artikel 5, lid 2, van bijlage IV kan een evaluatie worden uitgevoerd in de uitzonderlijke omstandigheden zoals bedoeld in de bepalingen inzake humanitaire bijstand en spoedhulp.

In 2006 werd een ad-hocevaluatie uitgevoerd voor Somalië. De conclusie van deze evaluatie luidde dat op basis van de analyse van de behoeften en resultaten en rekening houdend met de bijzondere omstandigheden in Somalië de middelen in het kader van de strategie voor de uitvoering van bijzondere hulp aan Somalië (SISAS) 2002-2007 moeten worden verhoogd, binnen de grenzen van de beschikbare middelen en op basis van een besluit van de ACS-EG-Raad van Ministers.

Met het aangehechte ontwerpbesluit van de ACS-EG-Raad van Ministers tot wijziging van besluit nr. 3/2001 van 20 december 2001 van de ACS-EG-Raad van Ministers wordt een aanvullend bedrag van € 36 144 798 uit hoofde van het negende EOF toegewezen voor overgangsfinanciering tot de inwerkingtreding van het tiende EOF.

De Commissie stelt voor dat de Raad het besluit in de bijlage goedkeurt.