Toelichting bij COM(2000)505 - Standpunt van de EG in de Associatieraad inzake de deelname van Roemenië aan het financieringsinstrument van de EG voor het milieu (LIFE)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

De Europese Raad van Helsinki van december 1999 heeft het uitbreidingsproces, dat in december 1997 in Luxemburg op gang is gebracht, bekrachtigd. Voorts heeft hij de versterkte pretroetredingsstrategie, die in 1997 is vastgelegd, bevestigd. Een belangrijke component van deze strategie is de deelname van de 13 kandidaat-lidstaten aan de programma's van de Gemeenschap.

Voor de tien kandidaat-lidstaten uit Midden- en Oost-Europa (LMOE) is de deelname aan de programma's van de Gemeenschap in hun respectieve Europa-Overeenkomsten vastgelegd. Overeenkomstig deze Europa-Overeenkomsten worden de deelnemingsvoorwaarden voor deze landen door de onderscheiden Associatieraden vastgesteld.

Roemenië heeft, wat het milieu betreft, in 1999 aan de tweede fase van LIFE deelgenomen; die deelname heeft voor dat land een belangrijk element van het pretoetredingsproces gevormd. Het besluit van de Associatieraad tot vaststelling van de voorwaarden voor de deelname van Roemenië aan LIFE alsook de verordening van de Raad tot instelling van de tweede fase van LIFE waren van toepassing tot 31 december 1999.

Weldra wordt de tweede fase van LIFE gevolgd door een derde fase, waarvoor de vaststellingsprocedure thans lopend is. De verordening tot instelling van de derde fase van LIFE bepaalt dat LIFE open dient te staan voor deelname door de LMOE met ingang van 2000 (artikel 6). Door de vertraging die bij de vaststelling door het Parlement en de Raad werd opgelopen, zal zulks evenwel pas vanaf 2001 mogelijk zijn.

Roemenië heeft reeds aangegeven dat het bereid is om vanaf 2001 aan de nieuwe programma's deel te nemen en zijn financiële bijdrage gedeeltelijk uit de eigen nationale begroting en gedeeltelijk uit de jaarlijks toegewezen Phare-kredieten te betalen.

De belangrijkste kwesties die in het voorgestelde besluit van de Associatieraad worden geregeld, zijn de volgende:

*voor projecten en acties die door Roemeense deelnemers worden voorgesteld, gelden in het kader van LIFE dezelfde voorwaarden, regels en procedures als voor voorstellen uit de lidstaten, met name op het stuk van de indiening, beoordeling en selectie van de aanvragen, de verantwoordelijkheid van de nationale instanties ten aanzien van de uitvoering en de activiteiten met betrekking tot het toezicht op hun deelname aan de programma's;

*Roemenië betaalt elk jaar een bijdrage, waarvan de omvang bij het besluit van de Associatieraad wordt vastgesteld. Deze bijdrage wordt niet aan Roemenië terugbetaald indien de resultaten aan het einde van het jaar lager uitkomen dan het betaalde bedrag;

*overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad van Luxemburg worden Roemeense deskundigen uitgenodigd om de vergaderingen van de LIFE-comités als waarnemers bij te wonen wanneer punten worden behandeld die voor Roemenië relevant zijn;

*het besluit blijft van toepassing gedurende de hele looptijd van de programma's, met ingang van 1 januari 2000, en treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Een snelle goedkeuring van de besluiten van de Associatieraad zou Roemenië in staat stellen, als onderdeel van de versterkte pretoetredingsstrategie zonder enige onderbreking actief te blijven participeren in dit intracommunautaire instrument. Dat is vanzelfsprekend van aanzienlijk politiek belang.

De Raad wordt derhalve verzocht zijn goedkeuring te hechten aan het bijgaande voorstel voor een besluit betreffende het standpunt van de Gemeenschap in de betrokken Associatieraad.