Toelichting bij COM(2007)198 - Wijziging van het Intern Akkoord van 17 juli 2006 tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de EG binnen het meerjarig financieel kader voor 2008-2013 voor de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst en de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van deel vier van het EG Verdrag van toepassing zijn

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Het Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Gemeenschap binnen het meerjarig financieel kader voor 2008-2013 voor de ACS-EG-Partnerschapsovereenkomst en de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van deel vier van het EG-Verdrag van toepassing zijn (hierna het 'Intern Akkoord' genoemd) is op 17 juli 2006 ondertekend.

De Republiek Bulgarije en Roemenië zijn op 1 januari 2007 tot de Europese Unie toegetreden[1]. Krachtens artikel 6, lid 11, van de 'Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Republiek Bulgarije en Roemenië en de aanpassing van de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrond'[2] zijn de Republiek Bulgarije en Roemenië vanaf de datum van toetreding automatisch tot het Intern Akkoord toegetreden.

Wat betreft de bijdrage van de lidstaten tot het tiende Europees Ontwikkelingsfonds (hierna 'het EOF' genoemd) bevat artikel 1, lid 2, onder a) van het Intern Akkoord slechts de geraamde bijdrage en de verdeelsleutel voor Bulgarije en Roemenië. Artikel 1, lid 7, van het Intern Akkoord bepaalt dat in geval van toetreding van een nieuwe staat tot de EU de toewijzing van de bijdragen bij eenparig besluit van de Raad wordt gewijzigd.

Wat betreft de weging van de stemmen in het EOF-comité bevat artikel 8, lid 2, slechts het geraamde stemmenaantal voor Bulgarije en Roemenië. Artikel 8, lid 4, van het Intern Akkoord bepaalt dat in geval van toetreding van een nieuwe staat tot de EU de weging bij eenparig besluit van de Raad wordt gewijzigd.

Op grond van het bovenstaande worden de geraamde bijdragen en stemmen voor Bulgarije en Roemenië bevestigd bij het ontwerpbesluit van de Raad in bijlage.

De Commissie stelt dus voor dat de Raad het besluit in bijlage goedkeurt.