Artikelen bij COM(2021)303 - Mededeling aan het EP over het Raadsstandpunt inzake een verordening met het oog op de hervorming van het Visuminformatiesysteem en een verordening wat betreft de vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen voor VIS-doeleinden - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
| dossier | COM(2021)303 - Mededeling aan het EP over het Raadsstandpunt inzake een verordening met het oog op de hervorming van het ... |
|---|---|
| document | COM(2021)303 |
| datum | 7 juli 2021 |
Brussel, 4.6.2021
COM(2021) 303 final
2018/0152(COD)
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT
overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
over het
standpunt van de Raad over de vaststelling van een verordening tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 767/2008, (EG) nr. 810/2009, (EU) 2016/399, (EU) 2017/2226, (EU) 2018/1240, (EU) 2018/1860, (EU) 2018/1861, (EU) 2019/817 en (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Beschikking 2004/512/EG en Besluit 2008/633/JBZ van de Raad, met het oog op de hervorming van het Visuminformatiesysteem, en een verordening tot wijziging van de Verordeningen (EU) 603/2013, 2016/794, 2018/1862, 2019/816 en 2019/818 wat betreft de vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen voor VIS-doeleinden
2018/0152 (COD)
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT
overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
over het
standpunt van de Raad over de vaststelling van een verordening tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 767/2008, (EG) nr. 810/2009, (EU) 2016/399, (EU) 2017/2226, (EU) 2018/1240, (EU) 2018/1860, (EU) 2018/1861, (EU) 2019/817 en (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Beschikking 2004/512/EG en Besluit 2008/633/JBZ van de Raad, met het oog op de hervorming van het Visuminformatiesysteem, en een verordening tot wijziging van de Verordeningen (EU) 603/2013, 2016/794, 2018/1862, 2019/816 en 2019/818 wat betreft de vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen voor VIS-doeleinden
1. Chronologisch overzicht
| Indiening van het voorstel bij het Europees Parlement en de Raad (document COM(2018) 302 final – 2018/0152 COD): | 16 mei 2018. |
| Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité: | 19 september 2018. |
| Advies van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming: | 12 december 2018. |
| Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing: | 13 maart 2019. |
| Vaststelling van het standpunt van de Raad: | 27 mei 2021. |
2. Doel van het voorstel van de Commissie
Dit voorstel heeft de volgende specifieke doelstellingen:
(1) het vergemakkelijken van de procedure voor het aanvragen van een visum;
(2) het vergemakkelijken en versterken van de controles aan de doorlaatposten aan de buitengrenzen en op het grondgebied van de lidstaten;
(3) het bevorderen van de binnenlandse veiligheid in het Schengengebied door de informatie-uitwisseling tussen lidstaten te faciliteren inzake onderdanen van derde landen die houder zijn van een visum voor verblijf van langere duur of een verblijfsvergunning.
Er wordt ook een aantal secundaire doelstellingen nagestreefd, te weten:
(4) het faciliteren van de controle van de identiteit van onderdanen van derde landen op het grondgebied van een lidstaat door de migratie- en rechtshandhavingsautoriteiten;
(5) het faciliteren van de identificatie van vermiste personen;
(6) het ondersteunen van de identificatie en terugkeer van personen die niet of niet langer aan de voorwaarden voor binnenkomst, verblijf of vestiging op het grondgebied van de lidstaten voldoen;
(7) het bevorderen van de toegang van rechtshandhavingsautoriteiten tot gegevens inzake personen die een visum voor kort verblijf aanvragen of over een dergelijk visum beschikken (deze toegang is al mogelijk op grond van de huidige regels) en het uitbreiden van deze toegang tot gegevens inzake houders van een visum voor verblijf van langere duur of een verblijfsvergunning, waar dit nodig is voor preventie, onderzoek, opsporing of vervolging van zware criminaliteit en terrorisme en met inachtneming van strenge normen inzake gegevensbescherming en privacy;
(8) het verzamelen van statistieken ter ondersteuning van een op feiten gebaseerd migratiebeleid op het niveau van de Europese Unie.
3. Opmerkingen over het standpunt van de Raad
Het standpunt dat de Raad in eerste lezing heeft goedgekeurd, beantwoordt volledig aan het akkoord dat op 16 december 2020 werd bereikt in het kader van de trialoogonderhandelingen tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie.
In de overeenkomst blijven de door de Commissie voorgestelde wezenlijke elementen en nieuwe elementen behouden, zij het sommige daarvan in gewijzigde vorm, zoals hieronder uiteengezet.
Wat de geautomatiseerde zoekopdrachten in andere informatiesystemen betreft, waren het Europees Parlement en de Raad het grotendeels eens met de lijst van databanken die door het Visuminformatiesysteem (VIS) moeten worden doorzocht, zoals voorgesteld door de Commissie 1 , zij het onder voorbehoud van voorwaarden en aanvullende waarborgen ten aanzien van sommige daarvan. Er zijn meer gedetailleerde bepalingen vastgesteld met betrekking tot de manuele verificatie en follow-up van treffers, waarmee verschillende autoriteiten zullen belast, afhankelijk van de bron en de gevoeligheid van de gegevens die tot de treffer hebben geleid. De gedetailleerde regels voor zoekopdrachten en verificaties zullen in een gedelegeerde handeling worden vastgesteld. Een aantal daaruit voortvloeiende wijzigingen brengt de rechtsinstrumenten van de te doorzoeken informatiesystemen volledig in overeenstemming met de nieuwe bepalingen inzake geautomatiseerde zoekopdrachten.
Visa voor verblijf van langere duur en verblijfsvergunningen zullen in het Visuminformatiesysteem worden geregistreerd en zullen al vanaf de indiening van de aanvraag en niet pas nadat ze zijn afgegeven, het voorwerp vormen van een automatische zoekopdracht in andere informatiesystemen. Het recht van toegang van bepaalde autoriteiten tot gegevens van personen die sinds meer dan 10 jaar een verblijfsvergunning hebben, wordt beperkt.
Wat biometrische gegevens betreft, zijn het Europees Parlement en de Raad het eens geworden over de voorgestelde verlaging van de leeftijd voor het nemen van vingerafdrukken voor minderjarigen van 12 naar 6 jaar, maar hebben zij ook een bovengrens voor het nemen van vingerafdrukken ingevoerd van 75 jaar. Tegelijkertijd zal er een aantal waarborgen en toegangsbeperkingen inzake biometrische gegevens van kinderen worden ingevoerd. Ter plaatse gemaakte gezichtsopnamen zullen worden opgeslagen in het Visuminformatiesysteem en worden gebruikt voor biometrische matching, onder meer om de identiteit van personen te verifiëren of personen te identificeren door die beelden te doorzoeken aan de hand van het Visuminformatiesysteem, met inachtneming van bepaalde voorwaarden en strikte waarborgen.
In het Visuminformatiesysteem zullen specifieke risico-indicatoren worden geïntegreerd als een geautomatiseerd mechanisme waarmee alle aanvragen van een visum voor kort verblijf zullen worden doorgelicht. De procedures en de governancestructuur voor deze specifieke risico-indicatoren zijn afgestemd op die voor de screeningregels van het Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias) 2 .
Het Europees Parlement en de Raad hebben de bepalingen over het toegangsportaal voor vervoerders voor de controle van visa en verblijfsvergunningen in het Visuminformatiesysteem aanvaard. Vervoerders zullen passagiers die geweigerd worden, moeten informeren over de wijze waarop zij toegang kunnen vragen tot de gegevens van het Visuminformatiesysteem. Voor vervoerders die groepen per bus over land vervoeren, zal gedurende de eerste 18 maanden na het begin van de toepassing een afwijking van deze bepalingen gelden.
De bepalingen van de beschikking betreffende het opzetten van het Visuminformatiesysteem 3 zijn opgenomen in de verordening betreffende het Visuminformatiesysteem. De bestaande bepalingen inzake gegevensbescherming zijn in overeenstemming gebracht met soortgelijke recente rechtsinstrumenten en het algemene rechtskader inzake gegevensbescherming.
De overeenkomst bevat ook bepalingen over de toepassing van de gewijzigde verordening tegen eind 2023 en over versterkte monitoring en verslaglegging in de ontwikkelingsfase.
De Commissie heeft haar steun uitgesproken voor de tijdens de trialoogonderhandelingen bereikte overeenstemming. Het verbeterde visuminformatiesysteem zal, samen met het inreis-uitreissysteem en Etias, de basis vormen voor een beter beheer van de buitengrenzen van de EU en zorgen voor een betere interoperabiliteit van alle Europese systemen voor grenzen, migratie, veiligheid en justitie. De overeenkomst draagt dus in belangrijke mate bij tot de doelstelling dat alle nieuwe en opgewaardeerde informatiesystemen tegen eind 2023 operationeel en volledig interoperabel zijn.
4. Conclusie
De Commissie gaat akkoord met het standpunt van de Raad.
(1) Het inreis-uitreissysteem (EES), het Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias), met inbegrip van de Etias-observatielijst, het Schengeninformatiesysteem (SIS), Eurodac, het Europees Strafregisterinformatiesysteem – Onderdanen van derde landen (ECRIS-TCN), de Europol-gegevens en de databanken voor gestolen en verloren reisdocumenten (SLTD) en reisdocumenten die verbandhouden met kennisgevingen (TDAWN) van Interpol.
(2) Artikel 33 van Verordening (EU) 2018/1240.
(3) Beschikking 2004/512/EG van de Raad.