Artikelen bij COM(2020)319 - Wijziging van Beschikking 2003/76/EG i.v.m. financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag en betreffende het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.



Artikel 1

Beschikking 2003/76/EG wordt als volgt gewijzigd:

1) Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

a) het volgende lid 1 bis wordt ingevoegd:

“1 bis. De Commissie schrijft, zelfs vóór uitputting van alle genoemde mogelijkheden, schuldvorderingen af in de volgende gevallen:

a) wanneer de verwachte kosten van de invordering hoger zijn dan het te innen bedrag en de afschrijving geen afbreuk zou doen aan de reputatie van de Unie;

b) wanneer het niet mogelijk is de schuldvordering te innen wegens de insolventie van de debiteur, of als gevolg van andere insolventieprocedures;

c) wanneer de inning afbreuk doet aan het evenredigheidsbeginsel.”.


2) Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

a) lid 1 wordt vervangen door:

“1. De activa worden door de Commissie beheerd op een wijze die een jaarlijkse RFCS-toewijzing van [111 miljoen EUR] tot en met 2027 waarborgt voor het financieren van onderzoek in de sectoren die in verband staan met de kolen- en staalindustrie, te weten [40 miljoen EUR] om gezamenlijk onderzoek in deze sectoren te financieren en [71 miljoen EUR] om onderzoek te financieren naar baanbrekende technologieën die zullen leiden tot een nagenoeg koolstofvrije staalproductie en om onderzoeksprojecten te financieren naar een rechtvaardige transitie voor voormalige of sluitende kolenmijnen of en bijbehorende infrastructuur overeenkomstig het mechanisme voor een rechtvaardige transitie en in overeenstemming met artikel 4, lid 2. De activa worden na 2027 door de Commissie beheerd op een wijze die rentabiliteit op lange termijn garandeert. De activa worden belegd met het doel dat deze hun waarde behouden en zo mogelijk in waarde stijgen.”;


b) het volgende lid 1 bis wordt ingevoegd:

“1 bis. De jaarlijkse toewijzing van [111 miljoen EUR] wordt gevormd door de netto-opbrengsten van de beleggingen en, indien deze ontoereikend zijn, de verkoop van een deel van de activa van de EGKS in liquidatie en, wanneer de liquidatie is afgesloten, van de activa van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal.”;

c) lid 2 wordt geschrapt.


2) Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

a) lid 1 wordt vervangen door:

“1. Over de in artikel 1 bedoelde liquidatieverrichtingen en de in artikel 2 bedoelde beleggingsverrichtingen en activabeheer worden jaarlijks een winst-en-verliesrekening, een balans en een financieel verslag opgemaakt, gescheiden van de overige financiële verrichtingen van de Europese Unie.

Deze financiële documenten worden gehecht aan de financiële documenten die de Commissie jaarlijks op grond van artikel 318 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Financieel Reglement tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie opstelt.”;

b) lid 2 wordt vervangen door:

“2. De in lid 1 bedoelde verrichtingen vallen onder de in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en in het Financieel Reglement tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Europese Unie vastgelegde bevoegdheden van het Europees Parlement, de Raad en de Rekenkamer inzake controle en kwijting.”.


3) Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

a) lid 1 wordt vervangen door:

“1. De netto-opbrengsten van de in artikel 2 bedoelde beleggingen en de opbrengsten van de verkoop van een deel van de activa gelden als ontvangsten in de algemene begroting van de Europese Unie. Deze ontvangsten hebben een bijzondere bestemming, te weten de financiering van onderzoeksprojecten die buiten het kaderprogramma voor onderzoek om worden uitgevoerd ten behoeve van sectoren die in verband staan met de kolen- en staalindustrie. Zij vormen het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal. Het beheer ervan berust bij de Commissie.”;

b) lid 3 wordt geschrapt.


4) In artikel 5 wordt lid 2 geschrapt.

5) De bijlage wordt geschrapt.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Het is van toepassing met ingang van 1 januari 2021.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.