Artikelen bij COM(2020)265 - Jaarlijks beheers- en prestatieverslag over de EU-begroting - Begrotingsjaar 2019

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

Brussel, 24.6.2020

COM(2020) 265 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE

AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE REKENKAMER

Jaarlijks beheers- en prestatieverslag over de EU-begroting – Begrotingsjaar 2019


Inhoudsopgave

VOORWOORD    

INLEIDING    


DEEL 1 – PRESTATIES EN RESULTATEN    

1.1.Een resultaatgerichte EU-begroting

1.2.Horizontale prioriteiten in de EU-begroting

1.3.Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid

1.4.Economische, sociale en territoriale samenhang

1.5.Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen

1.6.Veiligheid en burgerschap

1.7.Europa als wereldspeler

1.8.Speciale instrumenten


deel 2 – Interne controle en financieel beheer    41

2.1.De commissie beheert de EU-begroting in een complexe omgeving43

2.2.De commissie vertrouwt op verschillende instrumenten om te waarborgen dat het geld van de belastingbetaler goed wordt beheerd49

2.3.De controleresultaten van de Commissie bevestigen dat de EU-begroting goed wordt beschermd58

2.4.Verdere ontwikkelingen: verwachtingen voor 2020 en de periode 2021-202770


BIJLAGEN    73


Voorwoord

Het is mij een genoegen om het Jaarlijks beheers- en prestatieverslag over de EU-begroting – Begrotingsjaar 2019 te presenteren. Het verslag geeft een overzicht van de prestaties, het beheer en de bescherming van de EU-begroting en maakt deel uit van het pakket geïntegreerde financiële en verantwoordingsverslagen van de Commissie. Met dit verslag, dat een essentieel onderdeel is van ons geavanceerde systeem van financiële verantwoording, komt de Commissie haar verplichtingen uit hoofde van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie ( 1 ) en het Financieel Reglement ( 2 ) na

2019 was het laatste jaar van de zittingsperiode 2014-2019, dus de nadruk lag op de afronding van het werk aan de prioriteiten van de Commissie-Juncker en de voorbereiding van de overgang naar een nieuwe Commissie onder leiding van voorzitter Von der Leyen.

Met de EU-begroting wordt een bijdrage geleverd aan het sterker en veerkrachtiger maken van de Europese economie. Ongeveer de helft van de begroting wordt toegewezen aan slimme en inclusieve groei. Deze wordt verder gebruikt om te investeren in de toekomst, vooral in de transitie naar een groener, digitaler Europa. In 2019 is weer aangetoond dat de EU-begroting een concreet verschil kan maken voor het leven van EU-burgers, bijvoorbeeld door een beter vervoersaanbod, betere connectiviteit thuis en onderweg of het verbeteren van het milieu door haar belofte dat ten minste 20 % van de uitgaven wordt besteed aan de bestrijding van klimaatverandering waar te maken. De EU-begroting werd ook ingezet ter ondersteuning van het gemeenschappelijke Europese antwoord op het gebied van migratie en veiligheid.

De EU-begroting zal een belangrijke rol blijven spelen bij de ondersteuning van de ambitieuze Europese Green Deal. Tegelijkertijd blijft de begroting onderdeel van de frontlinie voor het aanpakken van nieuwe uitdagingen: in de huidige crisis hebben we alle flexibiliteit van de begroting ingezet om het geld snel terecht te laten komen op de plekken waar dit het hardst nodig is.

De huidige coronacrisis heeft bovendien weer eens laten zien hoe belangrijk het is dat de EU kan steunen op een passend en flexibel meerjarig financieel kader. Binnen de vastgestelde grenzen en de flexibiliteit van de regelgeving maakt dit kader het mogelijk om snel te handelen en te reageren op onvoorziene en ongekende crises. De langetermijnbegroting van de EU zal met ondersteuning van Next Generation EU ook centraal staan bij het herstel, aangezien is gebleken dat de begroting een katalysator is voor solidariteit, verantwoordelijkheid en innovatie en tegelijkertijd gedurende de looptijd van de hiermee gefinancierde programma’s zorgt voor goed financieel beheer.

De Commissie hecht veel belang aan een verantwoorde en correcte besteding van de EU-begroting en aan samenwerking met alle betrokken partijen om ervoor te zorgen dat de begroting tastbare resultaten op het terrein oplevert. In dit verslag worden de stappen beschreven die worden genomen om ervoor te zorgen dat de EU-begroting wordt beheerd volgens de hoogste normen van goed financieel beheer.

De Commissie ziet nauwlettend toe op de uitvoering van de EU-begroting op het terrein. Als blijkt dat lidstaten, intermediairs of eindbegunstigden EU-geld onjuist hebben uitgegeven, treft de Commissie onmiddellijk maatregelen om deze fouten te corrigeren en de middelen indien nodig terug te vorderen. De Commissie schat dat het resterende foutenpercentage voor de uitgaven van 2019, na correcties en terugvorderingen in het/de komende ja(a)r(en), lager zal zijn dan 1 % – ver onder de materialiteitsdrempel van 2 %. Met dit verslag neemt de Commissie de algemene politieke verantwoordelijkheid voor het beheer van de EU-begroting in 2019.

Voor de Commissie spelen een consistente verslaglegging en de verbetering van de verschillende controle-instrumenten een belangrijke rol bij de bescherming van de EU-begroting. Ik kan u garanderen dat wij alles in het werk blijven stellen om ervoor te zorgen dat elke euro die de Europese belastingbetaler bijdraagt goed en in het belang van de burgers wordt besteed.

Johannes Hahn, commissaris voor Begroting en Administratie


Jaarlijks beheers- en prestatieverslag over de EU-begroting Begrotingsjaar 2019


Inleiding

Het Jaarlijks beheers- en prestatieverslag over de EU-begroting – Begrotingsjaar 2019 is de belangrijkste bijdrage van de Commissie aan de jaarlijkse kwijtingsprocedure ( 3 ) waarbij het Europees Parlement en de Raad de uitvoering van de EU-begroting onder de loep nemen. In het verslag komen zowel de prestaties van de programma’s die met de EU-begroting zijn gefinancierd als het beheer van de EU-begroting door de Commissie in het verslagjaar aan de orde.

Dit verslag maakt deel uit van het grotere pakket geïntegreerde financiële en verantwoordingsverslagen ( 4 ), dat ook de jaarrekening ( 5 ), een langetermijnprognose van toekomstige in- en uitstromen voor de komende vijf jaar ( 6 ), het verslag over interne controles ( 7 ) en het verslag over de follow-up van de kwijting ( 8 ) omvat.

Deel 1 bevat een globaal overzicht van de uitvoering van de EU-begroting in 2019, waarbij de nadruk op de belangrijkste programma’s ligt. In dit deel staat de meest recente informatie van verschillende bronnen, waaronder monitoring, evaluaties en controles van de programma’s, over de resultaten die tot eind 2019 met de EU-begroting zijn behaald. Dit deel is opgebouwd volgens de rubrieken van het huidige meerjarig financieel kader.

Ter aanvulling op dit verslag staat in het “Overzicht van de prestaties van de programma’s” (bijlage 1) gedetailleerdere informatie over de prestaties per programma. In het overzicht worden de belangrijkste boodschappen uit de programmaoverzichten bij de voorgestelde ontwerpbegroting voor 2021 samengevat.

In deel 2, Interne controle en financieel beheer, wordt verslag uitgebracht van de stappen die de Commissie in 2019 heeft genomen om het goede financiële beheer van de EU-begroting te waarborgen. Op basis van de controleresultaten die zijn gemeld door de diensten van de Commissie die verantwoordelijk zijn voor het beheer van de begroting, wordt hierin bevestigd dat de EU-begroting goed wordt beschermd. Middels dit verslag neemt de Commissie de algehele politieke verantwoordelijkheid voor het beheer van de EU-begroting op zich.

Deel 1 – 
Prestaties
en resultaten

1.1.Een resultaatgerichte EU-begroting

Met de EU-begroting kunnen de prioriteiten van de Unie worden omgezet in resultaten die een verschil uitmaken in het leven van de mensen. Het is voornamelijk een investeringsbegroting om de gedeelde ambities van de EU te koppelen aan de middelen waarmee deze kunnen worden verwezenlijkt. De begroting is gericht op gebieden waar het bundelen van middelen om gemeenschappelijke uitdagingen aan te pakken resultaten kan opleveren die niet zo effectief of efficiënt door de lidstaten afzonderlijk kunnen worden bereikt. Dit geldt voor uiteenlopende gebieden zoals grensoverschrijdende infrastructuur, beheer van de buitengrenzen, grootschalige ruimtevaartprojecten en pan-Europees onderzoek.

1.1.1.De EU-begroting wordt goed en sterk resultaatgericht beheerd

De EU-begroting is voornamelijk een investeringsbegroting. De begroting bedraagt circa 1 % van het bruto nationale inkomen in de EU, is goed voor zo’n 2 % van alle overheidsuitgaven in de EU en dient daarmee als aanvulling op de nationale begrotingen en voor de uitvoering van gezamenlijk overeengekomen prioriteiten. In tegenstelling tot nationale begrotingen is de EU-begroting vooral gericht op de ondersteuning van strategische investeringen op middellange tot langere termijn en op het gebruik van de hefboomwerking ervan als katalysator voor investeringen uit andere publieke en private bronnen. De financiële programma’s van de EU worden ofwel rechtstreeks door de Commissie beheerd, bijvoorbeeld op het gebied van onderzoek, ofwel samen met de lidstaten, zoals met betrekking tot het cohesiebeleid. Ongeveer twee derde van de EU-begroting wordt in gedeeld beheer met de lidstaten beheerd.

De EU-begroting wordt jaarlijks goedgekeurd op basis van een financieel kader voor zeven jaar. Dit bestaat uit vijf rubrieken met in totaal zestig financiële programma’s van verschillende grootten en reikwijdten. Voor sommige beleidsterreinen, zoals het gemeenschappelijk landbouwbeleid, is de EU-begroting het belangrijkste uitvoeringsinstrument. Op andere terreinen wordt de EU-begroting aangevuld door regelgevingsinstrumenten die bijdragen tot het behalen van de beleidsdoelen van de EU.

De EU-begroting heeft een robuust, geïntegreerd prestatiekader, dat leidt tot goed beheerde, resultaatgerichte EU-programma’s. Dit kader omvat duidelijke en meetbare doelstellingen voor elk programma, en indicatoren die de basis vormen voor monitoring, rapportage en evaluatie. Dankzij de informatie van deze indicatoren en andere bronnen van kwalitatieve en kwantitatieve prestatie-informatie, zoals evaluaties, kunnen de prestaties van programma’s en de vooruitgang bij de verwezenlijking van de overeengekomen doelstellingen worden beoordeeld. Hierdoor kunnen de beheerders van programma’s anticiperen op zwakke punten in de uitvoering van programma’s en deze aanpakken. Bovendien is deze informatie belangrijk voor het nemen van besluiten over de begroting.

In het “Overzicht van de prestaties van de programma’s” in bijlage 1 bij dit verslag staat de meest recente informatie over de prestaties van elk programma. Dit bevat een overzicht van de doelstellingen van elk programma, de stand van zaken van de uitvoering van de begroting en de meest recente prestatiegegevens.

Bij sommige financiële programma’s is de prestatiebeoordeling nog meer ingebed in de opzet. Voor de huidige Europese structuur- en investeringsfondsen is bijvoorbeeld een prestatiereserve gecreëerd. Deze reserve is in 2019 vrijgegeven voor programma’s waarvan de vooraf vastgestelde mijlpalen eind 2018 werden bereikt. In het geval van programma’s en prioriteiten waarvan de mijlpalen niet werden bereikt, werden de middelen opnieuw toegewezen.

Het prestatiekader voor de EU-begroting en de bijbehorende verslaglegging worden in de loop der tijd versterkt. Controles door interne en externe auditors hebben hieraan bijgedragen. Recente aanbevelingen van de Europese Rekenkamer hebben geleid tot een evenwichtigere verslaggeving over prestaties, met meer aandacht voor de uitdagingen die zich voordoen, meer nadruk op de betrouwbaarheid en kwaliteit van gegevens en een duidelijkere uitleg over de wijze waarop gegevens over prestaties zijn gebruikt om de prestaties te verbeteren.

Met de voorstellen van de Commissie voor het meerjarig financieel kader 2021-2027 worden de verbeteringen voortgezet. Op basis van de bevindingen van een alomvattende uitgaventoetsing heeft de Commissie een kleiner aantal indicatoren van hogere kwaliteit die nauw verband houden met de doelstellingen van de programma’s opgenomen in de voorstellen voor de financiële programma’s. De Commissie werkt nu samen met het Europees Parlement en de Raad om ervoor te zorgen dat deze verbeteringen en de andere wijzigingen in de opzet van de programma’s die bijdragen tot betere prestaties tot uiting komen in de definitieve versies van de toekomstige programma’s.

1.1.2.De EU-begroting in 2019

Met de Europese verkiezingen in mei was 2019 een overgangsjaar voor de Europese Unie. De nadruk lag op de afronding van het werk aan de politieke prioriteiten van de Commissie-Juncker en de voorbereiding van de komst van een nieuw Europees Parlement en een nieuwe Commissie onder leiding van voorzitter Ursula von der Leyen. Het politieke kader voor de komende periode wordt uiteengezet in de strategische agenda van de Europese Raad ( 9 ) en de politieke richtsnoeren ( 10 ) van de Commissie-Von der Leyen.

2019 was ook het voorlaatste jaar voor de uitvoering van de financiële programma’s in het kader van het meerjarig financieel kader 2014-2020. Deze programma’s werken nu op volle toeren en dragen sterk bij aan het verwezenlijken van de prioriteiten van de EU. In 2019 was er bijzondere aandacht voor het investeren in groei en het creëren van banen en voor de ondersteuning van de prioriteiten van de EU op het gebied van migratie en veiligheid.

Met de EU-begroting werd in 2019 een bijdrage geleverd aan het sterker en veerkrachtiger maken van de economie van de Europese Unie. Met de begroting werd ook de investering in de dubbele transitie naar een groener, digitaler Europa ondersteund en werden programma’s gefinancierd ter bevordering van solidariteit en veiligheid binnen en buiten de grenzen van de EU.

In 2019 beliep het totale bedrag aan uitgevoerde vastleggingen uit de EU-begroting 161 miljard EUR ( 11 ). Ongeveer de helft daarvan (81 miljard EUR) werd toegewezen aan begrotingsonderdeel 1 “Slimme en inclusieve groei”, verdeeld over begrotingsonderdeel 1A “Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” (14 %) en begrotingsonderdeel 1B “Economische, sociale en territoriale samenhang” (35 %). Begrotingsonderdeel 2 “Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen” was met 59 miljard EUR (37 %) het op een na grootste onderdeel van de begroting. 4 miljard EUR werd toegewezen aan begrotingsonderdeel 3 “Veiligheid en burgerschap”, onder meer voor de versterking van de buitengrenzen van de EU en de aanpak van de vluchtelingencrisis en irreguliere migratie. 12 miljard EUR werd toegewezen aan begrotingsonderdeel 4 “Europa als wereldspeler” en er werd 6 miljard EUR uitgegeven aan de “Administratieve uitgaven van de Commissie” uit begrotingsonderdeel 5.


De EU-begroting 2019, vastleggingskredieten, per begrotingsonderdeel. Alle bedragen in miljoen EUR.

Bron: Europese Commissie.

Met betrekking tot de uitvoering van de EU-begroting blijkt uit de verslaginformatie die eind 2019 beschikbaar was en wordt weergegeven in het “Overzicht van de prestaties van de programma’s” in bijlage 1 dat de meeste programma’s goede vooruitgang boeken richting de doelstellingen die aan het begin van de programmeringsperiode zijn gesteld. Ondanks de vertraging bij het opstarten van de cohesieprogramma’s 2014-2020 verlopen de vorderingen nu in een hoger tempo. In geval van specifieke problemen bij de uitvoering van bepaalde programma’s bevat het “Overzicht van de prestaties van de programma’s” meer uitleg over welke invloed deze hebben gehad op de prestaties en welke mitigerende maatregelen er zijn getroffen. Het is echter pas mogelijk om definitieve conclusies over de prestaties van de programma’s te trekken op basis van gedetailleerde evaluaties na de afsluiting van de huidige programma’s. Bij die beoordeling moet rekening worden gehouden met de gevolgen van de COVID-19-pandemie en de maatregelen die worden getroffen om middelen uit de EU-begroting vrij te maken ter ondersteuning van het herstel van de crisis.

De vele betrokken actoren zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de uitvoering van de EU-begroting. Als de beheerder van de EU-begroting die op grond van het Verdrag eindverantwoordelijk is voor de uitvoering speelt de Commissie een volwaardige rol bij het waarborgen dat de financiële programma’s van de EU efficiënt en effectief worden beheerd en dat hun beoogde resultaten op het terrein worden behaald.

De administratieve begroting uit begrotingsonderdeel 5 ter ondersteuning van het begrotingsbeheer en alle activiteiten van de instellingen van de Europese Unie maakt een klein deel van de EU-begroting uit. Samen met de andere instellingen heeft de Commissie stappen genomen om de efficiëntie van al haar activiteiten te vergroten en op grond van het huidige financieel kader aanzienlijke besparingen doorgevoerd, onder meer door een inkrimping van het personeel van 5 % tussen 2013 en 2017 ( 12 ). De Europese Rekenkamer heeft deze besparingen bevestigd en tegelijkertijd aangegeven wat de negatieve gevolgen voor het personeel waren ( 13 ). Deze besparingen zijn gedaan in een tijd waarin er steeds meer van de Commissie wordt verwacht wat betreft resultaten op terreinen zoals de transitie naar een groener, digitaler Europa, industriebeleid, economisch en sociaal herstel, migratie, de rechtsstaat en defensiesamenwerking. Deze druk is nog eens vergroot door de werklast die het ontwikkelen en uitvoeren van de uitgebreide responsmaatregelen van de EU ter bestrijding van de COVID-19-pandemie en de nasleep ervan met zich meebrengt. Als de EU-instellingen resultaten moeten blijven leveren op alle prioritaire gebieden van de EU, is stabiliteit in de administratieve begroting op grond van het toekomstig financieel kader essentieel.

1.2.Horizontale prioriteiten in de EU-begroting

Specifieke beleidsbehoeften komen in de EU-begroting via een of meerdere programma’s aan de orde. Vanwege de horizontale aard van sommige beleidsdoelstellingen moet de hele begroting echter verder worden geïntegreerd. Dit geldt met name voor klimaatgerelateerde uitgaven, de bescherming van biodiversiteit en het nastreven van de duurzame-ontwikkelingsdoelen.

1.2.1.De EU-begroting biedt krachtige steun voor haar klimaat- en biodiversiteitdoelstellingen

Voor de klimaatmainstreaming-aanpak worden klimaatgerelateerde uitgaven in de hele langetermijnbegroting diepgaand geïntegreerd. De huidige algemene doelstelling is om 20 % van de EU-uitgaven aan klimaatdoelstellingen te besteden. In 2019 werd dit doel overtroffen doordat er circa 35 miljard EUR, oftewel 21 % van de EU-begroting, werd besteed aan klimaatdoelen. Gecumuleerd over de periode 2014-2020 zal de bijdrage van de EU-begroting aan klimaatdoelstellingen in totaal 211 miljard EUR, of 19,8 %, bedragen. Hoewel deze bijdrage iets onder de doelstelling ligt, zijn de jaarlijkse klimaatgerelateerde uitgaven de afgelopen jaren consequent hoger geweest dan 20 %, waardoor de achterstand door relatief lagere bijdragen aan het begin van de periode wordt ingelopen.


Links: Bijdrage aan klimaatgerelateerde uitgaven per begrotingsonderdeel in 2019.
Rechts: Aandeel van de belangrijkste programma’s dat relevant is voor het klimaat in 2019.

Bron: Europese Commissie.

Dankzij de mainstreamingaanpak dragen alle begrotingsonderdelen bij aan het bereiken van deze overkoepelende prioriteit. Meer dan 90 % van de klimaatgerelateerde uitgaven wordt gefinancierd onder de begrotingsonderdelen “Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen” (begrotingsonderdeel 2), “Economische, sociale en territoriale cohesie” (begrotingsonderdeel 1B) en “Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” (begrotingsonderdeel 1A).

De mate waarin individuele programma’s verband houden met het klimaat is afhankelijk van het werkterrein en de aard van de investering. In 2019 droeg 28 %, of 16 miljard EUR, van de financiering voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid en 21 % van het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en het Cohesiefonds bij aan klimaatdoelstellingen. Dankzij zorgvuldige programmering stijgt het aandeel klimaatgerelateerde uitgaven op andere terreinen: de bijdrage van het Europees Sociaal Fonds is bijvoorbeeld verhoogd van 0 % in 2014 naar 12 %, of 1,6 miljard EUR, in 2019.

De EU moet de transitie naar een duurzamere economie versnellen om klimaatverandering en milieuaantasting te bestrijden en tussen nu en 2050 de eerste klimaatneutrale economie te worden. In lijn met de Overeenkomst van Parijs inzake klimaatverandering en de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling van de Verenigde Naties heeft de Commissie voor de volgende langetermijnbegroting een nog ambitieuzere doelstelling voor klimaatmainstreaming in alle EU-programma’s voorgesteld, met als streefdoel dat ten minste 25 % van de EU-uitgaven bijdraagt aan klimaatdoelstellingen. Dit zal een aanzienlijke bijdrage leveren tot de verwezenlijking van de door de Commissie voorgestelde Europese Green Deal.

De EU doet ook een gezamenlijke inspanning om de biodiversiteit te ondersteunen. Tussen 2014 en 2020 was de bijdrage van de EU-begroting ter ondersteuning van biodiversiteit 85 miljard EUR (8 % van de totale uitgaven). De bijdrage is in de hele periode stabiel geweest, met uitzondering van de eerste twee jaar van de uitvoering.


Links: Bijdrage aan biodiversiteitgerelateerde uitgaven per begrotingsonderdeel in 2019.

Rechts: Aandeel van de belangrijkste programma’s dat relevant is voor biodiversiteit in 2019.

Bron: Europese Commissie.

Hoewel de meeste uitgaven voor biodiversiteit onder het begrotingsonderdeel “Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen” (begrotingsonderdeel 2) vallen, dragen veel andere programma’s bij aan het aanpakken van biodiversiteitsverlies.

In 2019 bedroeg de bijdrage van de EU-begroting aan de bestrijding van biodiversiteitsverlies bijna 13,4 miljard EUR, of 8,3 % van de begroting. Meer dan 75 % van de uitgaven is afkomstig uit het gemeenschappelijk landbouwbeleid.

De nieuwe biodiversiteitsstrategie voor 2030 omvat als integraal onderdeel van de Europese Green Deal een hervormingsplan voor het verder beschermen en herstellen van de natuur, dat gunstig zal zijn voor het stopzetten van biodiversiteitsverlies en het beperken van de gevolgen van klimaatverandering. De EU-begroting zal een grote rol spelen bij de uitvoering van deze strategie.

In bijlage 2 bij dit verslag staat meer informatie over hoe de EU-begroting wordt ingezet ter ondersteuning van klimaat en biodiversiteit.

1.2.2.De EU-begroting en de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling

De EU en haar lidstaten zetten zich volledig in om voorop te lopen bij de uitvoering van de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling. De Agenda 2030 is de gedeelde routekaart voor een vredige en welvarende wereld die onder auspiciën van de Verenigde Naties is aangenomen en die essentieel is voor de waarden van de EU en de toekomst van Europa. De EU heeft zich ertoe verbonden de duurzame-ontwikkelingsdoelen zowel in haar interne als in haar externe beleid uit te voeren. Zij heeft sinds de vaststelling van de Agenda in 2015 aanzienlijke vooruitgang geboekt bij de uitvoering van de duurzame-ontwikkelingsdoelen en blijft haar inspanningen hiertoe verder versterken.

De EU is begonnen aan een transitie naar een koolstofarme, klimaatneutrale, hulpbronnenefficiënte en circulaire economie die gepaard gaat met meer veiligheid, welvaart, gelijkheid en inclusie. In dat licht zijn de opzet en de uitvoering van uitgavenprogramma’s van de EU gericht op het behalen van de doelstellingen van elk beleidsterrein, terwijl met de acties en maatregelen van de desbetreffende programma’s duurzaamheid wordt bevorderd. Met de Europese consensus inzake ontwikkeling heeft de EU haar beleid voor internationale samenwerking en ontwikkeling op één lijn gebracht met de Agenda 2030, door de duurzame-ontwikkelingsdoelen en de Overeenkomst van Parijs centraal te stellen in haar externe optreden.

Aangezien deze doelstellingen onderling met elkaar zijn verbonden, zijn de meeste begrotingsprogramma’s van de EU zo opgezet dat ze meerdere duurzame-ontwikkelingsdoelen dienen. Op dit moment draagt 75 % van de begrotingsprogramma’s van de EU (45 van de 60) bij aan deze doelstellingen. In de volgende infographic zijn voorbeelden te zien van hoe EU-programma’s bijdragen aan de duurzame-ontwikkelingsdoelen. De coherente aanpak van de EU ondersteunt allerlei initiatieven op veel beleidsterreinen over de hele wereld om duurzame ontwikkeling voor iedereen te bevorderen.

In 2018 kende het Fonds voor asiel, migratie en integratie meer dan 194 miljoen EUR toe aan een regeling voor financiële bijstand en huisvesting in Griekenland, waardoor zo’n 25 000 plaatsen in appartementen en geschikte opvanglocaties werden gecreëerd voor de kwetsbaarste migranten.
Het doel van het programma “veilig en eerlijk” van het Spotlight-initiatief (25 miljoen EUR) is om ervoor te zorgen dat arbeidsmigratie veilig en eerlijk is voor alle vrouwen in de regio die onder de Associatie van Zuidoost-Aziatische Staten valt.

Via het Fonds voor Europese hulp aan de meest behoeftigen hebben in 2018 12,6 miljoen mensen voedselhulp gekregen.Tegen het einde van 2018 had de financiering van het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en het Cohesiefonds geleid tot een stijging van de afvalrecyclingcapaciteit tot 765 000 ton per jaar tegenover 48 000 ton per jaar eind 2017.
Eind 2018 hadden 27,5 miljoen mensen verbeterde gezondheidszorg genoten die is gefinancierd door het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling.Switch Africa Green voorziet groene zakelijke projecten in Afrika van middelen uit het financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking. In de eerste fase heeft de organisatie 3 000 micro-, kleine en middelgrote ondernemingen ondersteund en bijgedragen aan het scheppen en veilig stellen van 10 000 groene banen.
In 2019 heeft Erasmus+ in het kader van de Afrikaans-Europese alliantie aan meer dan 8 000 Afrikaanse studenten en personeelsleden beurzen toegekend voor universiteiten in de EU, waarmee het totaal sinds 2014 op meer dan 26 000 komt.Humanitaire hulp heeft in 2019 financiering geboden aan 24 landen en voor zes regionale interventies om de rampenparaatheid van nationale reactiesystemen te verbeteren en de gevolgen van door klimaat veroorzaakte rampen voor humanitaire behoeften te beperken.
Het Europees Sociaal Fonds had eind 2019 2,4 miljard EUR besteed aan projecten voor gendergelijkheid. Het “nidi gratis”-project in het Italiaanse Lombardije heeft bijvoorbeeld de kinderen van 30 000 gezinnen met lage inkomens gratis toegang verleend tot de kleuterschool.Tot op heden heeft het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij bijna 15 000 projecten voor het behouden van het mariene milieu en het zorgen voor betere hulpbronnenefficiëntie gefinancierd.
Sinds 2014 hebben meer dan 3 miljoen mensen in het kader van het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en het Cohesiefonds toegang gekregen tot drinkwater van hoge kwaliteit en afvalwaterzuivering.

Het doel van het door Horizon 2020 gefinancierde project Diversifood is het realiseren van biologische landbouw met behulp van weinig productiemiddelen, door de diversiteit van geteelde planten in diverse agro-ecosystemen te verrijken.
Het Europees Fonds voor strategische investeringen heeft bijgedragen tot het verschaffen van hernieuwbare energie aan circa 10 miljoen huishoudens en tot besparingen van meer dan 5 000 gigawattuur energie per jaar.Met het programma Justitie is in 2018 de deelname van 1 358 mensen aan juridische opleidingen ondersteund ter bevordering van een gemeenschappelijke juridische en justitiële cultuur.
In het kader van het programma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en voor kleine en middelgrote ondernemingen zijn er aan meer dan 4 000 kleine en middelgrote ondernemingen per jaar beoordelingen en richtsnoeren voor innovatiemanagement verschaft.Naar verwachting zal de gratis, volledige en open toegang tot gegevens van de internationale samenwerking in het kader van het Copernicus-programma via een lokale datahub circa 50 % van de wereldbevolking bereiken.

Dankzij de opsporings- en reddingsdienst van Galileo is er nog maar 10 minuten nodig om noodbakens te detecteren.


1.2.3.De EU-begroting: een krachtig crisisresponsinstrument

De EU-begroting kan als onderdeel van een gecoördineerde Europese reactie op crises snel en flexibel worden gemobiliseerd. Dit is zeer duidelijk te zien aan de continue respons op de COVID-19-pandemie. De Commissie heeft voorgesteld om alle resterende flexibiliteit in het huidige financieel kader te benutten om de middelen snel beschikbaar te stellen daar waar deze het hardst nodig zijn. Hieronder volgen enkele voorbeelden:

·Het corona-investeringsinitiatief heeft alle beschikbare cohesiefondsen gemobiliseerd om crisisresponsmaatregelen van de lidstaten direct te ondersteunen. Hieronder valt het voorzien in de meest nijpende behoefte aan medische benodigdheden en apparatuur, het aanpakken van de gevolgen van de economische crisis door middel van arbeidstijdverkortingsregelingen, financiële steun aan kleine en middelgrote ondernemingen en een onmiddellijke liquiditeitsinjectie. De maatregelen gaan gepaard met een aantal flexibiliteitsregelingen, onder andere voor medefinancieringsvoorschriften. Het initiatief heeft in totaal 54 miljard EUR uit Europese structuur- en investeringsfondsen kunnen mobiliseren voor de directe crisisbehoeften in de lidstaten.

·De reikwijdte van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie is per 1 april 2020 uitgebreid naar grote volksgezondheidcrises. Er kon 800 miljoen EUR worden vrijgemaakt voor lidstaten en kandidaat-lidstaten die ernstig worden getroffen door de COVID-19-crisis voor de financiering van bijstand aan de bevolking (maatregelen op medisch gebied, de gezondheidszorg en civiele bescherming) en maatregelen die worden getroffen om de verspreiding van de ziekte in te dammen.

·Het instrument voor noodhulp werd in april 2020 weer geactiveerd met een begroting van 2,7 miljard EUR bestemd voor de ondersteuning van lidstaten en de begroting van het Uniemechanisme voor civiele bescherming/rescEU werd met 380 miljoen EUR verhoogd. Dit geld wordt gebruikt om lidstaten te helpen snel de benodigdheden te kopen en te verspreiden die nodig zijn om het coronavirus te bestrijden door middel van maatregelen zoals het aanleggen van een strategische rescEU-voorraad van medische uitrusting, waaronder beademingsapparatuur en persoonlijke beschermingsmiddelen zoals maskers.

·In het kader van het programma voor onderzoek en innovatie Horizon 2020 heeft de Commissie een speciale oproep tot het indienen van blijken van belangstelling gedaan ter ondersteuning van onderzoek naar COVID-19 met financiering uit het speciale fonds voor noodonderzoek. Een voorbeeld is een eerste oproep in januari 2020 voor gezondheidsonderzoek naar COVID-19 dat gericht was op de ontwikkeling van vaccins, alternatieve diagnostische tests, nieuwe behandelingen en de verbetering van volksgezondheidsmaatregelen. Als gevolg daarvan werken 136 onderzoeksteams met een totale begroting van 47,5 miljoen EUR aan 17 projecten. Er wordt nog eens 45 miljoen EUR beschikbaar gesteld via de Gemeenschappelijke Onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen 2 , en 164 miljoen EUR via een oproep in het kader van het proefproject van de Europese Innovatieraad.

·De EU heeft als mondiale speler en in het kader van collectieve actie binnen Team Europa (EU, lidstaten, financiële instellingen) financiële steun aan partnerlanden veilig gesteld voor in totaal meer dan 36 miljard EUR, waarbij de nadruk ligt op het aanpakken van de actuele gezondheidscrisis en de daaruit voortvloeiende humanitaire behoeften; versterking van de gezondheids-, water- en sanitaire systemen van partnerlanden, alsmede van hun capaciteit om onderzoek te doen naar de pandemie en van hun paraatheid om hiermee om te gaan; en het beperken van de sociale en economische gevolgen. Bovendien bevordert de EU een Coronavirus Global Response met multilaterale partners; op een internationale donorconferentie is voor meer dan 9,8 miljard EUR aan toezeggingen gedaan door meer dan veertig staatshoofden, regeringsleiders en ministers ter ondersteuning van de gezamenlijke ontwikkeling en universele toepassing van diagnosemiddelen, behandelingen en vaccins tegen het coronavirus.

Naast deze reactie voor snelle steun heeft de Commissie ook voorgesteld om het volledige potentieel van de EU-begroting te benutten om de fundamenten te leggen voor een duurzaam en welvarend herstel. De Commissie heeft op 27 mei 2020 als onderdeel van het herstelplan van de Europese Unie ( 14 ) een versterkt meerjarig financieel kader voor 2021-2027 voorgesteld, evenals een nieuw herstelinstrument voor de Europese Unie (“Next Generation EU”) om financiering een impuls te geven en naar voren te halen. Deze voorstellen zijn ter ondersteuning van het crisisherstel en bieden een kader voor langetermijninvesteringen in de veerkracht van de EU en de groene en digitale transitie. De EU-begroting flexibeler maken en investeren in crisisparaatheid en veerkracht zijn prioriteiten voor het toekomstige financieel kader.

De financiering uit Next Generation EU wordt geïnvesteerd in drie pijlers: steun aan lidstaten voor investeringen en hervormingen; een impuls voor de economie door het aanmoedigen van particuliere investeringen; lessen trekken uit de crisis. Een voorbeeld van het trekken van lessen uit de crisis is het voorstel voor het EU4Health-programma 2021-2027: de totale begroting van 9,4 miljard EUR is een stap voorwaarts in de bijdrage van de EU aan de gezondheidszorg.


1.3.Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid


Alle bedragen in miljoen EUR.

Bron: Europese Commissie.

In 2019 werd er 23 miljard EUR toegekend aan concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid, bijna 15 % van de EU-begroting. In het kader van dit begrotingsonderdeel werd er een aanzienlijke economische investering gedaan in infrastructuur, onderzoek en innovatie en de ondersteuning van kleine en middelgrote ondernemingen. Dit soort investeringen is essentieel voor de dubbele overgang naar een klimaatneutrale en digitale economie en vormt de basis voor duurzame groei op de lange termijn in Europa.

Dit begrotingsonderdeel laat ook zien hoe de EU-begroting ervoor kan zorgen dat er investeringen van andere bronnen worden gemobiliseerd. Zo had het Europees Fonds voor strategische investeringen tegen eind 2019 meer dan 458 miljard EUR aan investeringen gegenereerd en meer dan 8,5 miljoen banen ondersteund ( 15 ). Het heeft een belangrijke rol gespeeld bij het ondersteunen van de economie door het financieren van belangrijke infrastructurele investeringen op het gebied van energie en vervoer en de ondersteuning van kleine en middelgrote ondernemingen.

Een aanzienlijk deel van de investering in het kader van dit begrotingsonderdeel is zo opgezet dat de EU haar concurrentiepositie in de huidige wereldmarkt behoudt. De ontwikkeling van ultramoderne technologie en de ondersteuning van het inzetten ervan in de EU zijn essentieel om ervoor te zorgen dat marktdeelnemers en burgers deze technologie gaan gebruiken. Deze programma’s zorgen ook voor investeringen in essentiële infrastructuur door het verstrekken van directe financiering op terreinen waar de bestaande financiering ontoereikend is of door te investeren in de ontwikkeling of het onderhoud van infrastructuur die essentieel is voor het functioneren van de interne markt. Bovendien wordt er in het kader van dit begrotingsonderdeel en andere delen van de EU-begroting geïnvesteerd in menselijk kapitaal, vooral door mobiliteitsmogelijkheden te bieden.

1.3.1    De EU-begroting maakt de groene transitie mogelijk door innovaties en investeringen in schone energie en schoon vervoer te ondersteunen

Om de groene transitie mogelijk te maken, wordt met de EU-begroting relevante infrastructuur voor bijvoorbeeld het opwekken van hernieuwbare energie gefinancierd, waarbij de nadruk ligt op slimme oplossingen door innovatieve technologieën te ontwikkelen en deze te combineren met investeringen in essentiële infrastructuur.

Het programma voor onderzoek en innovatie Horizon 2020 is een van de grootste geïntegreerde onderzoeks- en innovatieprogramma’s in zijn soort ter wereld. Dit is voornamelijk belangrijk en kenmerkend voor het bredere streven om met de EU-begroting innovatie en technologische ontwikkeling te ondersteunen. Met Horizon 2020 wordt de hele onderzoeks- en ontwikkelingsketen, van het laboratorium tot de markt, ondersteund. Het doel is ervoor te zorgen dat de EU wetenschap en technologie van wereldklasse produceert, belemmeringen voor innovatie wegneemt en het voor de publieke en private sector gemakkelijker maakt om samen te werken bij het vinden van oplossingen voor grote uitdagingen waarmee onze samenleving wordt geconfronteerd. Tegen eind 2019 waren er met het programma meer dan 23 000 organisaties ondersteund bij de beoordeling van risicofinanciering, evenals 5 522 hoogwaardige onderzoeksprojecten in het kader van de Europese Onderzoeksraad en 44 000 innovaties, waaronder prototypen en testactiviteiten ( 16 ). Het aandeel klimaatgerelateerde uitgaven in het kader van Horizon 2020 bleef met 27 % echter lager dan verwacht, omdat het moeilijk is om van tevoren te beoordelen in welke mate onderzoeksprojecten zullen bijdragen aan klimaatdoelstellingen. De Commissie pakt deze situatie aan met een speciale oproep voor de Europese Green Deal in 2020, met een begroting van 1 miljard EUR. Hierdoor zullen de klimaatgerelateerde uitgaven aanzienlijk stijgen.

In het kader van Horizon 2020 is een horizontale oproep voor het indienen van voorstellen voor “Building a low-carbon, climate-resilient future: next-generation batteries” gedaan. Hierin kwamen alle onderwerpen over batterijen voor het eerst samen in één oproep van de “alliantie voor batterijen”, met daarin zeven onderwerpen aangaande vervoers- en stationaire doeleinden, materialen en productie. Er werden 16 voorstellen gefinancierd met een totale EU-bijdrage van 97 miljoen EUR ( 17 ).


Met het project Flow Induced Phase Transitions worden innovaties om plastic te vervangen door het creëren van een duurzame en bestendige vezel ondersteund. Dankzij dit project kan een nieuwe vorm van polymeerverwerking door beheerste stolling uit natuurlijke materialen met een lager water- en energieverbruik worden getest en ontwikkeld. Spinnen en zijderupsen zijn de inspiratiebron voor het creëren van een hoogwaardige natuurlijke vezel (duurzaam, afbreekbaar en elastisch) op een wijze die meer dan 1 000 keer energie-efficiënter is dan industrieel vervaardigde vezels. Dankzij de zeer lage CO2-uitstoot en het gebruik van natuurlijke hulpbronnen zorgt deze nieuwe vorm van polymeerverwerking voor een lager energieverbruik en een lagere productie van plastic. Dit project is nu onderdeel van het versterkte proefproject van de Europese Innovatieraad.

De ruimtevaartprogramma’s van de EU leveren ook een aanzienlijke bijdrage op dit gebied. Het Copernicus-programma is de wereldleider op het gebied van aardobservatie en heeft op dit moment zeven satellieten. De voorbereidingen voor de achtste satelliet zijn in 2019 afgerond. Dit is essentieel om klimaatsystemen te begrijpen en het biedt alle belanghebbenden in de EU kosteloos verschillende diensten. In 2019 kwam het aantal actieve gebruikers voor de eerste keer boven de 300 000 ( 18 ) – een veel hoger aantal dan oorspronkelijk was verwacht. De diensten van Copernicus ondersteunen zowel nauwkeurige weersvoorspellingen als de monitoring van de gevolgen van klimaatverandering en vervuiling. De dienst voor het beheer van noodsituaties is een belangrijk onderdeel van het Copernicus-programma, dat de instanties voor civiele bescherming helpt bij de directe reactie op rampen, zoals de bosbranden in Griekenland en Italië in 2019, maar bijvoorbeeld ook de zich vrij verspreidende bosbranden in Australië.

In het kader van de Connecting Europe Facility, waarmee infrastructuur voor vervoer, energie en telecommunicatie wordt gefinancierd, worden directe investeringen in de infrastructuur gedaan waardoor netwerken in de EU worden geïntegreerd. De nadruk van de Connecting Europe Facility ligt op slimme oplossingen, door digitalisering en infrastructuur samen te brengen en veilige, efficiënte geïntegreerde netwerken te creëren om decarbonisatie te ondersteunen met duurzame oplossingen in de vervoers-, energie- en digitale sector. Zo werden samen met de faciliteit projecten in de vervoerssector gefinancierd die zullen leiden tot de elektrificatie van meer dan 2 000 kilometer spoorweg, de verbetering van bijna 3 000 kilometer binnenwateren en de plaatsing van circa 13 000 distributiepunten voor alternatieve brandstoffen in heel Europa ter bevordering van de vergroening van de vervoerssector. Het energie-onderdeel van de Connecting Europe Facility heeft onder andere bijgedragen aan de beëindiging van het energie-isolement van de Baltische staten, de verbetering van de interconnectiviteit van het Iberisch Schiereiland met de rest van Europa en de verbinding van Ierland met continentaal Europa. Deze maatregelen waren allemaal zeer bevorderlijk voor het opnemen van een groter aandeel hernieuwbare energie in het elektriciteitssysteem. Bovendien beoordeelt de Commissie de bestaande verordeningen over trans-Europese netwerken om haar grote investeringen in infrastructuur in overeenstemming met het doel van klimaatneutraliteit nog meer op één lijn te brengen.

Op het gebied van vervoersinfrastructuur is er vooruitgang geboekt in het Oostzeegebied en met de spoorweginfrastructuur langs de Duits-Poolse grens, waar naar schatting 95 miljoen burgers van profiteren.

Maritiem: emissievrije boten – een groene verbinding over de Oresund

De actie had betrekking op de introductie van nieuwe, innovatieve concepten en technologie door twee bestaande complexe passagiersschepen, die oorspronkelijk op zware olie voeren, om te bouwen naar volledig elektrische vaartuigen waarin uitsluitend gebruik wordt gemaakt van accu’s. Dit is een milieuvriendelijkere oplossing voor de zeer drukke zeeverbinding tussen de havens van Helsingør (Denemarken) en Helsingborg (Zweden) die deel uitmaken van het grote trans-Europese vervoersnetwerk. Bovendien zijn de installaties voor de stroomlevering en het opladen die nodig zijn in de havens/terminals geplaatst. Met het project is de ontwikkeling van schone snelwegen op zee ondersteund door nieuwe technologische oplossingen te testen en in te zetten in echte werkomstandigheden.

1.3.2    Met de EU-begroting wordt de digitale transitie ondersteund door te investeren in belangrijke digitale infrastructuur, onderzoek en diensten

De ondersteuning van de digitale transitie speelt een belangrijke rol in de investeringen uit de EU-begroting. Naast het bieden van toegang tot de digitale wereld zijn de veiligheid en het welzijn van burgers en ondernemingen een belangrijke onderliggende overweging, of het nu is om ze te beschermen tegen problemen zoals cybercriminaliteit of om de veiligheid van burgers en de veerkracht en veiligheid van essentiële infrastructuur direct te verbeteren. Het doel is het opzetten van een ecosysteem voor interoperabele digitale diensten die beschikbaar zijn voor burgers, ondernemingen en overheden in de hele EU, zodat zij volledig kunnen profiteren van de digitale eengemaakte markt.

Ter ondersteuning van de digitale transitie zijn middelen van Horizon 2020 ingezet voor projecten voor het opbouwen van nieuwe vaardigheden op het gebied van kunstmatige intelligentie en het aanpakken van cybercriminaliteit. Enkele belangrijke projecten uit 2019 zijn Formobile, een volledige end-to-end-keten voor forensisch onderzoek gericht op door criminelen gebruikte mobiele apparatuur ( 19 ), en Spider, een onderzoeksproject naar de veiligheid van 5G-telecommunicatienetwerken.

De Connecting Europe Facility ondersteunt de digitale transitie door de benodigde basisbreedbandinfrastructuur te verschaffen, connectiviteit te bevorderen en door digitale innovatie op te nemen in de opzet van de ondersteunde projecten voor vervoers- en energie-infrastructuur. In de telecommunicatiesector maakt de EU-begroting het mogelijk dat specifieke diensten op het gebied van bijvoorbeeld zorg, rechtspraak, socialezekerheidsgegevens, e-overheid, desinformatie, digitale vaardigheden en cyberveiligheid in de hele EU interoperabel zijn. Tegen het einde van 2019 werden 500 projecten van deze diensten gebruikt in de lidstaten en landen die deel uitmaken van de Europese Economische Ruimte. Via het WiFi4EU-initiatief heeft CEF Telecom ook 7 980 Europese gemeenten ondersteund bij het installeren van een kosteloze wifi-verbinding in openbare ruimten en een instrument, het Breedbandfonds voor Europese verbindingen, gecreëerd voor de uitrol van digitale netwerken met een zeer hoge capaciteit.

Met de digitale diensteninfrastructuur voor e-gezondheid wordt gezorgd voor de continuïteit van de zorg en patiëntveiligheid voor burgers die grensoverschrijdende gezondheidszorg nodig hebben, waarbij over de grens gezondheidsgegevens kunnen worden uitgewisseld. Dankzij e-recepten/e-voorschriften (eP) kunnen patiënten in het buitenland medicatie krijgen die gelijkwaardig is aan de medicatie die ze in hun thuisland krijgen. Met de patiëntendossiers krijgen gezondheidswerkers toegang tot gecontroleerde belangrijke gezondheidsgegevens van patiënten die ongepland grensoverschrijdende gezondheidszorg nodig hebben. De grensoverschrijdende uitwisseling van elektronische patiëntendossiers en e-recepten gebeurt sinds januari 2019 en er zijn al bijna 8 000 e-recepten verstrekt tussen Finland, Portugal, Estland en Kroatië. In 2019 hebben Tsjechië, Luxemburg, Kroatië en Malta de uitwisseling van patiëntendossiers mogelijk gemaakt en Portugal heeft zich begin 2020 bij hen gevoegd.

Geolocatie is een ander gebied. Het Galileo-programma heeft 26 satellieten in een baan om de aarde ( 20 ) en helpt bij de verbetering van de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid van locatiediensten van de smartphones van meer dan 1 miljard gebruikers wereldwijd. Bovendien speelt de European Geostationary Navigation Overlay Service een belangrijke rol bij diensten die essentieel zijn voor de veiligheid, zoals de luchtvaartveiligheid. Eind 2019 waren er 350 vliegvelden met deze dienst actief in 23 landen in Europa. Dit was het vijfde opeenvolgende jaar met een stijging ten opzichte van 129 in 2014 ( 21 ).

De drie oorspronkelijke diensten van Galileo (de open dienst, de publieke gereguleerde dienst en de opsporings- en reddingsdienst) werden in 2019 voortdurend aangeboden, met uitzondering van een zesdaagse onderbreking van de navigatie- en tijdbepalingsdiensten in juli 2019 vanwege een technisch incident. De opsporings- en reddingsdienst van Galileo werd in deze periode niet getroffen. De onafhankelijke onderzoeksraad die de Commissie heeft opgezet heeft de belangrijkste oorzaken van het incident geanalyseerd en aanbevelingen gedaan. De Commissie heeft een proces ingesteld om de aanbevelingen door te voeren en te waarborgen dat Galileo een stabiel, robuust en veerkrachtig systeem is.

Voor veel van deze investeringen en infrastructuren is tijd nodig en investeringscycli zijn erg lang, waardoor het vaak moeilijk is directe vooruitgang en concrete resultaten aan te wijzen. Tegelijkertijd heeft dergelijke financiering uit de EU-begroting daadwerkelijk gevolgen voor het leven van burgers. Zo voert een derde van alle gemeenten in de EU in het kader van de Connecting Europe Facility WiFi4EU in, waardoor burgers kosteloos gebruik kunnen maken van door de EU ondersteunde wifi-verbindingen. Met de door Galileo verbeterde locatiediensten worden levens gered, doordat de locatie beschikbaar wordt gesteld aan de hulpdiensten als er vanaf een mobiele telefoon 112 wordt gebeld.

1.3.3    De EU-begroting biedt essentiële steun aan kleine ondernemingen en ondernemers

De EU-begroting is niet alleen gericht op de groene transitie, maar ondersteunt in bredere zin alle investeringen die nodig zijn voor een economie die op de lange termijn duurzaam is en waarin de mens centraal staat. Hoewel onderzoek en ontwikkeling en infrastructuur op dit gebied belangrijk blijven, zijn er andere belangrijke invalshoeken zoals de ondersteuning van kleine en middelgrote ondernemingen, ondernemerschap en sociale innovatie.

Kleine en middelgrote ondernemingen zijn de ruggengraat van de economie van de EU: zij vertegenwoordigen 99 % van alle bedrijven. Zij produceren 56 % van de economische productie en verschaffen 67 % van alle banen ( 22 ). Ondanks hun belang voor de economie is het voor kleine en middelgrote ondernemingen in verschillende segmenten van de interne markt nog altijd lastig om bijvoorbeeld financiering te krijgen. Deze ondernemingen kunnen dankzij de EU-begroting in elke fase ondersteuning en mogelijkheden krijgen, van het opstarten en de commercialisering tot langetermijninvesteringen en duurzaamheid. Het belangrijkste begrotingsprogramma voor de ondersteuning van kleine en middelgrote ondernemingen is het EU-programma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en kleine en middelgrote ondernemingen. Hiermee wordt ondernemerschap gestimuleerd door deze bedrijven toegang te geven tot financieringen en markten en hun concurrentievermogen te verbeteren.

In april 2020 heeft een van de onderdelen ervan, de leninggarantiefaciliteit, een impuls gekregen met extra middelen van het Europees Fonds voor strategische investeringen om banken in staat te stellen kleine en middelgrote ondernemingen een overbruggingsfinanciering te bieden. Via de faciliteit had het programma eind 2019 financieringen verstrekt aan meer dan 500 000 kleine en middelgrote ondernemingen die actief zijn in 32 landen ( 23 ). Dit heeft ook ondernemingen geholpen die zijn getroffen door de economische gevolgen van het coronavirus. De financiële ondersteuning wordt verleend in de vorm van werkkapitaalleningen (van ten minste 12 maanden) en betalingsuitstel voor kredieten waardoor bestaande leningen later kunnen worden terugbetaald. Het Enterprise Europe Network helpt kleine en middelgrote ondernemingen ook met innovatiepartnerschappen op gebieden die verband houden met COVID-19 (zoals beschermingsmiddelen of medische apparatuur) en advies voor het verkrijgen van speciale Europese en nationale financiële steun.

In het kader van Horizon 2020 ontvangen innovatieve starters meer gerichte financiering tijdens de startfase uit de Europese Innovatieraad en ontvangen micro- en sociale ondernemingen deze financiering uit het programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie. De nadruk ligt hierbij op specifieke onderdelen van de markt – zeer innovatieve kleine en middelgrote ondernemingen en sociale ondernemingen – die van oudsher bepaalde moeilijkheden ervaren bij het krijgen van financiering. De cijfers zijn bemoedigend en laten een aanzienlijke stijging in baanbrekende innovaties en snelgroeiende ondernemingen zien. Elke euro die uit de Europese Innovatieraad wordt geïnvesteerd heeft aansluitende investeringen ter waarde van 2,4 EUR tot gevolg ( 24 ). Bovendien komt er naar verwachting een financiering van meer dan 2,7 miljard EUR vrij in het kader van het programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie als gevolg van garantieovereenkomsten ter waarde van 236 miljoen EUR die de Commissie heeft gesloten met financiële intermediairs.

In het kader van Erasmus voor jonge ondernemers wordt ondernemerschap ook op niet-financiële wijze ondersteund, door uitwisselingen tussen nieuwe en ervaren ondernemers te bevorderen. In 2019 vonden er 2 100 uitwisselingen plaats en heeft meer dan 90 % van de deelnemende ondernemers het programma als een succes ervaren.

In het kader van het venster kleine en middelgrote ondernemingen van het Europees Fonds voor strategische investeringen wordt nog een belangrijke bijdrage uit de EU-begroting geleverd. Het fonds zal naar verwachting meer dan 1,1 miljoen innovatieve micro-, kleine en middelgrote en sociale ondernemingen alsmede ondernemingen in culturele en creatieve sectoren ondersteunen met een risicofinanciering.

1.3.4    Met de EU-begroting wordt geïnvesteerd in EU-burgerschap en -waarden door grensoverschrijdende mobiliteit te bevorderen

Naast de directe investeringen in de economische infrastructuur en ondernemingen wordt met de EU-begroting onder het EU-motto “In verscheidenheid verenigd” ook geïnvesteerd in mensen en instellingen die gedeelde Europese waarden bevorderen

Met Erasmus+ worden jonge mensen, leerlingen en personeel van alle leeftijden mogelijkheden geboden om binnen en buiten Europa te studeren, opleidingen te volgen en vrijwilligerswerk te doen. In 2019 kregen meer dan 900 000 mensen de kans om naar het buitenland te gaan en andere ervaringen op te doen in het hoger onderwijs, met een beroepsopleiding en via verschillende andere uitwisselingsmogelijkheden ( 25 ). De soms levensveranderende effecten van deze ervaringen vormen een enorme verbetering voor de werkgelegenheidsvooruitzichten en vergroot het gevoel van EU-burgerschap.

De mobiliteit van werknemers werd dankzij het programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie bevorderd met grensoverschrijdende samenwerkingsverbanden en gerichte mobiliteitsregelingen. De ondersteuning van mobiele werknemers werd in 2019 verder verbeterd met de oprichting van de Europese Arbeidsautoriteit ( 26 ), een entiteit die erop is gericht te waarborgen dat de regels inzake arbeidsmobiliteit en de coördinatie van de sociale zekerheid eerlijk en doeltreffend worden gehandhaafd, zodat burgers en ondernemingen eenvoudiger kunnen profiteren van de interne markt.

Grensoverschrijdende samenwerking is niet alleen bevorderlijk voor verbindingen en uitwisselingen binnen de EU, maar is ook gunstig gebleken voor succesvol onderzoek met een groot effect. In het kader van Horizon 2020 werd de ondersteuning van internationale onderzoeksnetwerken voortgezet. Als onderdeel van de Marie Skłodowska-Curie-acties bleef Horizon 2020 investeren in Europese onderzoekers, zodat zij in alle stadia van hun carrière in andere landen konden werken en samenwerken, en ter ondersteuning van initiatieven om belemmeringen tussen de academische wereld, de industrie en ondernemingen weg te nemen.

Finally, the European Solidarity Corps is promoting solidarity activities, mainly through volunteering, traineeships and jobs, to enhance the engagement of young people and organisations in accessible and high-quality solidarity activities. Young people aged between 18 and 30 undertook volunteering activities or solidarity projects managed by organisations, institutions, bodies or groups. By the end of 2019 more than 12 000 participants had been involved in volunteering actions.

(1)

()    Artikel 318 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

(2)

()    Artikel 247 van het Financieel Reglement.

(3)

()    De jaarlijkse kwijtingsprocedure is de procedure waarbij het Europees Parlement en de Raad hun definitieve goedkeuring geven aan de uitvoering van de begroting voor een bepaald jaar en de Commissie politiek verantwoordelijk stellen voor de uitvoering van de EU-begroting ( https://ec.europa.eu/info/about-european-commission/eu-budget/how-it-works/annual-lifecycle/assessment/parliaments-approval_nl ).

(4)

()    Artikel 247 van het Financieel Reglement.

(5)

()    Artikel 246 van het Financieel Reglement.

(6)

()    Artikel 247, lid 2, van het Financieel Reglement.

(7)

()    Artikel 118, lid 8, van het Financieel Reglement.

(8)

()    Artikel 261, lid 3, van het Financieel Reglement.

(9)

()     https://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases/2019/06/20/a-new-strategic-agenda-2019-2024/

(10)

()     https://ec.europa.eu/commission/sites/beta-political/files/political-guidelines-next-commission_nl_0.pdf

(11)

()    Vastleggingskredieten uit 2019, met inbegrip van gewijzigde begrotingen, met uitzondering van overdrachten en bestemmingsontvangsten, alsmede de bedragen voor het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering en het Solidariteitsfonds van de Europese Unie. De uitgevoerde vastleggingskredieten bedroegen 173 miljard EUR (zie geconsolideerde


jaarrekening).

(12)

()    Meer details over de stappen die de Commissie blijft nemen om de efficiëntie van het begrotingsbeheer te verbeteren, staan in deel 2 van dit verslag.

(13)

()    Europese Rekenkamer, Speciaal verslag nr. 15/2019 – Uitvoering bij de Commissie van het pakket van 2014 ter hervorming van het Statuut – Grote besparingen, maar niet zonder gevolgen voor het personeel.

(14)

()    COM(2020) 442 final van 27.5.2020, De EU-begroting als drijvende kracht achter het herstelplan voor Europa, Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s.

(15)

()    Raadpleeg bijlage 1 – Overzicht van de prestaties van de programma’s voor het Europees Fonds voor structuurinvesteringen.

(16)

()    Raadpleeg bijlage 1 – Overzicht van de prestaties van de programma’s voor Horizon 2020.

(17)

()    Directoraat-generaal Onderzoek en Innovatie, Jaarlijks activiteitenverslag 2019, blz. 18-19.

(18)

()    Raadpleeg bijlage 1 – Overzicht van de prestaties van de programma’s voor Copernicus.

(19)

()    Oproep voor Formobile – ook https://formobile-project.eu/

(20)

()    In 2019 waren 22 Galileo-satellieten volledig operationeel voor alle diensten.

(21)

()    Een belangrijke stap bij de verbetering van de omarming van de European Geostationary Navigation Overlay Service door de markt was de vaststelling van eisen voor het gebruik van het luchtruim en procedures voor prestatiegerelateerde navigatie in 2018.

(22)

()    Annual Report on European SMEs 2018/2019, onderzoek uitgevoerd namens het directoraat-generaal Interne Markt, Industrie, Ondernemerschap en Midden- en Kleinbedrijf ( https://ec.europa.eu/growth/smes/business-friendly-environment/performance-review_nl#annual-report ).

(23)

()    Raadpleeg bijlage 1 – Overzicht van de prestaties van de programma’s voor het programma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en voor kleine en middelgrote ondernemingen.

(24)

()    Directoraat-generaal Onderzoek en Innovatie, Jaarlijks activiteitenverslag 2019, blz. 7.

(25)

()    Raadpleeg bijlage 1 – Overzicht van de prestaties van de programma’s voor Erasmus.

(26)

()     Verordening (EU) 2019/1149 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot oprichting van een Europese Arbeidsautoriteit.