Artikelen bij COM(2000)244 - Machtiging van Duitsland in overeenstemming met de procedure van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG, verlaagde accijnstarieven toe te passen op bepaalde minerale oliën die gebruikt worden voor bijzondere doeleinden

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Avis juridique important

|
52000PC0244

Voorstel voor een Beschikking van de Raad waarbij Duitsland wordt gemachtigd in overeenstemming met de procedure van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG, verlaagde accijnstarieven toe te passen op bepaalde minerale oliën die gebruikt worden voor bijzondere doeleinden /* COM/2000/0244 def. */


Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD waarbij Duitsland wordt gemachtigd in overeenstemming met de procedure van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG, verlaagde accijnstarieven toe te passen op bepaalde minerale oliën die gebruikt worden voor bijzondere doeleinden


(door de Commissie ingediend)


TOELICHTING

Uit hoofde van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG van de Raad betreffende de harmonisatie van de structuur van de accijns op minerale oliën , kan de Raad op voorstel van de Commissie met eenparigheid van stemmen besluiten dat een lidstaat uit specifieke beleidsoverwegingen vrijstellingen of verlagingen van accijnsrechten mag invoeren.

PB L 316 van 31.10.92, blz. 12. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 94/74/EG (PB L 365 van 31.12.94, blz. 46).

De Duitse autoriteiten hebben de Commissie ervan in kennis gesteld dat in het kader van hun voortdurende hervormingen in de milieubelasting, de accijns op minerale oliën die als brandstof worden gebruikt per 1 januari 2000, 2001, 2002 en 2003 met zes Pfennig per liter zal worden verhoogd.

Omdat het openbaar vervoer milieuvriendelijker is dan het vervoer met particuliere voertuigen hebben de Duitse autoriteiten de Commissie tevens medegedeeld dat zij voornemens zijn een gedifferentieerd accijnstarief toe te passen op minerale oliën die als brandstof in voertuigen voor openbaar korte-afstandsvervoer van personen worden gebruikt. Het gedifferentieerde accijnstarief zal worden toegepast door middel van terugbetaling van 50 % van de accijnsverhogingen die in de periode 2000 tot 2003 op minerale oliën zullen worden toegepast.

Duitsland vraagt derhalve toestemming om een verlaagd accijnstarief toe te passen op minerale oliën die als brandstof in voertuigen voor openbaar korte-afstandsvervoer van personen worden gebruikt. Hierbij zullen de in Richtlijn 92/82/EEG vastgelegde minimumniveaus worden gerespecteerd.

PB L 316 van 31.10.92, blz. 19. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening 94/74/EG (PB L 365 van 31.12.94, blz. 46).

Dit verzoek is overeenkomstig Richtlijn 92/81/EEG aan de overige lidstaten medegedeeld.

Richtlijn 92/81/EEG voorziet erin dat de Commissie op gezette tijden deze vrijstellingen en verlagingen onderzoekt. Indien de Commissie van oordeel is dat deze niet langer mogen worden toegepast omdat zij de concurrentie of de werking van de interne markt verstoren of onverenigbaar zijn met het beleid van de Gemeenschap op het gebied van milieubescherming, dient zij bij de Raad passende voorstellen in.

Deze afwijking moet in ieder geval en uiterlijk op 31 december 2003, de datum waarop de bij deze beschikking verleende machtiging verstrijkt, op grond van een voorstel van de Commissie worden onderzocht. De Raad onderzoekt de situatie opnieuw op basis van een voorstel van de Commissie en besluit of de uit hoofde van artikel 1 van deze beschikking verleende machtiging moet worden ingetrokken, gewijzigd of verlengd.


Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD waarbij Duitsland wordt gemachtigd in overeenstemming met de procedure van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG, verlaagde accijnstarieven toe te passen op bepaalde minerale oliën die gebruikt worden voor bijzondere doeleinden


DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 92/81/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de harmonisatie van de structuur van de accijns op minerale oliën , inzonderheid op artikel 8, lid 4,

PB L 316 van 31.10.92, blz. 12. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening 94/74/EF (PB L 365 van 31.12.94, blz. 46).

Gezien het voorstel van de Commissie ,

PB L

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Raad kan uit hoofde van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG op voorstel van de Commissie met eenparigheid van stemmen besluiten dat een lidstaat uit specifieke beleidsoverwegingen vrijstellingen of verlagingen van de accijnstarieven op minerale oliën mag invoeren.

(2) De Duitse autoriteiten hebben de Commissie ervan in kennis gesteld dat in het kader van hun voortdurende hervormingen in de milieubelasting, de accijns op minerale oliën die als brandstof worden gebruikt per 1 januari 2000, 2001, 2002 en 2003 met zes Pfennig per liter zal worden verhoogd.

(3) Omdat het openbaar vervoer milieuvriendelijker is dan het vervoer met particuliere voertuigen hebben de Duitse autoriteiten de Commissie tevens medegedeeld dat zij voornemens zijn een gedifferentieerd accijnstarief toe te passen op minerale oliën die als brandstof in voertuigen voor openbaar korte-afstandsvervoer van personen worden gebruikt door middel van de terugbetaling van 50 % van die accijnsverhogingen.

(4) De overige lidstaten zijn hiervan in kennis gesteld.

(5) De Commissie en alle lidstaten zijn het er over eens dat de toepassing van een gedifferentieerd accijnstarief op minerale oliën die als brandstof in voertuigen voor openbaar korte-afstandsvervoer van personen worden gebruikt niet zal leiden tot verstoring van de concurrentie en de werking van de interne markt niet zal hinderen.

(6) Deze beschikking loopt niet vooruit op de resultaten van toekomstige procedures inzake steunmaatregelen van de staten die in overeenstemming met de artikelen 87 en 88 van het Verdrag kunnen worden ingesteld .

Beschikking van de Commissie van 15.02.2000. Steunmaatregel N/575/99 - Duitsland, 'Ökosteuer'.

(7) De Commissie onderzoekt op gezette tijden deze vrijstellingen en verlagingen om na te gaan of zij de concurrentie of de werking van de interne markt niet verstoren of onverenigbaar zijn met het beleid van de Gemeenschap inzake milieubescherming.

(8) Duitsland heeft toestemming gevraagd om een gedifferentieerd accijnstarief in te voeren voor minerale oliën die als brandstof in voertuigen voor openbaar korte-afstandsvervoer van personen worden gebruikt door middel van de terugbetaling van 50 % van de accijnsverhogingen die van 2000 tot 2003 op minerale oliën zullen worden toegepast.

(9) De Raad moet uiterlijk op 31 december 2003, de datum waarop de bij deze beschikking verleende machtiging verstrijkt, deze beschikking op basis van een voorstel van de Commissie opnieuw onderzoeken.

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN

Inhoudsopgave

Artikel 1

Overeenkomstig artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG van de Raad wordt Duitsland gemachtigd om van 1 januari 2000 tot en met 31 december 2003 een gedifferentieerd accijnstarief toe te passen op minerale oliën die als brandstof in voertuigen voor openbaar korte-afstandsvervoer van personen worden gebruikt, op voorwaarde dat deze accijnsverlaging in overeenstemming is met de verplichtingen die zijn vervat in Richtlijn 92/82/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de onderlinge aanpassing van de accijnstarieven voor minerale oliën .

PB L 316, 31.10.92, blz. 19, Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 94/74/EG (OJ L 365, 31.12.94, blz. 46).

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot Duitsland.