Voorstel van wet - Voorstel van wet van de heer Van Thijn, mejuffrouw Goudsmit en de heer Aarden tot het in overweging nemen van een verandering in de Grondwet, strekkende tot het geven van meer rechtstreekse invloed aan de kiezers op de kabinetsvorming

Nr. 2

WIJ JULIANA, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN DER NEDER-LANDEN, PRINSES VAN ORANJE-NASSAU, ENZ., ENZ., ENZ.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot het geven van meer rechtstreekse invloed aan de kiezers op de kabinetsvorming; Zo is het. dat Wij. de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: I. Er bestaat grond om het hierna onder II en III omschreven voorstel tot verandering in de Grondwet in overweging te nemen. II. Invoeging van een artikel 86A luidende: „Bij de verkiezing van de Tweede Kamer wordt tevens gestemd, volgens regels bij de wet te stellen, over de vraag wie zal worden belast met de leiding van het te vormen kabinet. Behaalt een der gestelde kandidaten bij deze verkiezing van de Tweede Kamer de volstrekte meerderheid van de daarbij uitgebrachte stemmen, dan wordt hij door de Koning belast met de vorming van een kabinet, waarvan hij de leiding heeft. Behaalt geen der gestelde kandidaten de volstrekte meerderheid van de daarbij uitgebrachte stemmen, dan geschiedt de benoeming van de kabinetsformateur door de Koning, volgens regels bij de wet te stellen".

III. Aan het eerste lid van artikel 91 wordt een zin toegevoegd, luidende: „De wet kan het land in afzonderlijke kiesgebieden verdelen, in elk waarvan ten minste tien leden worden gekozen".

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministeriële Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De

Minister-President, Minister van Algemene Zaken, De Minister van Binnenlandse Zaken,

10 993 1-3 (1 vel)