Ontwerp van wet - Regelen inzake bescherming van de bodem (wet bodembescherming) - Hoofdinhoud

Nr.2

ONTWERP VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het noodzakelijk is in het belang van de bescherming van het milieu en van de volksgezondheid regels te stellen ten einde de bodem en in het bijzonder het grondwater te beschermen voor zover bestaande regelingen daarvoor geen of in onvoldoende mate uitkomst bieden; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK I. ALGEMEEN

Artikel 1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: Onze Minister: Onze Ministervan Volksgezondheid en Milieuhygiëne; Onze Ministers: Onze Minister en Onze Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk gezamenlijk; de raad: de Centrale raad voor de milieuhygiëne; de inspecteur: de ter plaatse bevoegde inspecteur van het Staatstoezicht op de Volksgezondheid, die door Onze Minister is aangewezen;

6 vel

Tweede Kamerzitting 1980-1981,16529, nrs. 1-2