Ontwerp van wet - Wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening

Nr.2

ONTWERP VAN WET

Wij Juliana, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet op de Ruimtelijke Ordening op een aantal punten aan te vullen en te wijzigen, mede ten einde betere waarborgen te scheppen voor de tenuitvoerlegging van beslissingen, welke van belang zijn voor het nationaal ruimtelijk beleid, alsmede met het oog op het laatste de Wet openbaar lichaam Rijnmond te wijzigen; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet op de Ruimtelijke Ordening (Stb. 1962, 286) wordt als volgt gewijzigd: Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

  • Hettweede lid komtte luiden: Jaarlijks doet Onze Minister aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal in de memorie van toelichting op het desbetreffende hoofdstuk van de Rijksbe-S-V + RO

S-BiZa

12 vel

Tweede Kamer, zitting 1977-1978, 14889, nrs. 1-3