Position paper VBM, namens meerdere defensiebonden, t.b.v. rondetafelgesprek Chroom 6 Defensie d.d. 23 juni 2021 - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
| Officiële titel | Position paper VBM, namens meerdere defensiebonden, t.b.v. rondetafelgesprek Chroom 6 Defensie d.d. 23 juni 2021 |
|---|---|
| Documentdatum | 18-06-2021 |
| Publicatiedatum | 18-06-2021 |
| Commissie(s) | Defensie (DEF) |
| Externe link | origineel bericht |
| Originele document in PDF |  |
Inbreng defensiebonden rondetafelgesprek chroom-6 23 juni 2021
De bijdrage van Jean Debie en Peter Wulms aan het rondetafelgesprek is mede namens de overige defensiebonden.
De defensiebonden waren in 2018 geschrokken van de resultaten van het RIVM-onderzoek naar de POMS-locaties. Dit jaar waren hij helaas niet verrast door de uitkomsten van het RIVM-onderzoek naar de overige defensielocaties. Ook bij de rest van Defensie werd met te weinig bescherming gewerkt met chroomhoudende verven.
Het is pijnlijk om te zien hoe velen zijn blootgesteld aan chroom-6 en daar mogelijk ziek van zijn geworden of aan zijn overleden. Hoewel geld het leed niet wegneemt, vinden wij het belangrijk dat slachtoffers gemakkelijk een uitkering kunnen krijgen als erkenning voor het leed. In 2018 zijn we daarom een uitkeringsregeling chroom-6 overeengekomen die we dit jaar hebben uitgebreid naar de overige defensielocaties.
Bij de uitbreiding hebben we dezelfde uitgangspunten gehanteerd als in 2018. Deze uitgangspunten zijn gebaseerd op het Nederlandse letselschaderecht. Dat betekent onder meer dat vast moet staan dat de aandoening veroorzaakt kan worden door blootstelling aan chroom-6 in het werk bij Defensie. Als objectieve onderbouwing daarvoor hebben we de resultaten van het RIVM-onderzoek gebruikt.
Dat brengt ons bij een aantal belangrijke punten.
Als bonden hebben we bij het opstellen van de uitkeringsregeling geprobeerd om alle ruimte te vinden binnen de grenzen van het letselschaderecht. Bij het onderzoeken van de mogelijkheden en het maken van de keuzes daarbinnen, heeft altijd voorop gestaan dat die in het voordeel van de slachtoffers moeten zijn.
Wij spreken slachtoffers die blij zijn dat ze snel een uitkering krijgen. Ook zien we slachtoffers voor wie de uitkering voldoende is om af te zien van een schadeclaimprocedure. Voor hen is de uitkeringsregeling passend gebleken.
Daar tegenover staan (oud)medewerkers die vinden dat de lijst met aandoeningen uitgebreid moet worden omdat hun aandoening, naar hun mening onterecht, geen recht geeft op een uitkering.. Ook zijn er (oud)medewerkers die financiële erkenning zoeken voor het werken onder slechte arbeidsomstandigheden, los van het hebben van een aandoening.
Dit zijn begrijpelijke standpunten. Alleen zien wij hiervoor geen ruimte binnen de huidige uitgangspunten. Wij zijn dan ook benieuwd wat de commissie Uitkeringsregeling Chroom-6 onder voorzitterschap van prof. Heerma van Voss hierover zal adviseren.
De opdracht voor de Paritaire Commissie en het RIVM beperkte zich tot chroom-6 en CARC. We moeten echter niet uit het oog verliezen dat er met veel meer gevaarlijke stoffen is en wordt gewerkt. Dat leidt helaas ook tot een aantal beroepsziekten. Voor slachtoffers daarvan is er geen RIVM-onderzoek gedaan en bestaat er geen collectieve uitkeringsregeling. Zij moeten zelf hun schade vergoed zien te krijgen met een ingewikkelde letselschadeprocedure.
Gelukkig zien wij dat het advies van de commissie Heerts wordt opgepakt. Wij hopen dat dit, samen met de lessen die we de afgelopen jaren bij Defensie hebben geleerd leidt tot een goede oplossing voor al die werknemers en oud-werknemers die ziek zijn geworden of nog kunnen worden door slechte arbeidsomstandigheden.
Mede namens de overige defensiebonden,
Jean Debie Peter Wulms
VBM
2