Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden - Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2021 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake kwijtschelding publieke schulden toeslagengedupeerden) - Hoofdinhoud

Dit verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden is onder nr. 3 toegevoegd aan wetsvoorstel 35800 - Derde incidentele suppletoire begroting Justitie en Veiligheid 2021 (kwijtschelding publieke schulden toeslagengedupeerden) i.

Officiële titel	Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2021 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake kwijtschelding publieke schulden toeslagengedupeerden); Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden; Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden
Document­datum	11-05-2021
Publicatie­datum	11-05-2021
Nummer	KST358003
Kenmerk	35800, nr. 3
Externe link	origineel bericht
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2020-

2021

35 800

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2021 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake kwijtschelding publieke schulden toeslagengedupeerden)

Nr. 3

VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 17 mei 2021

De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

De vragen zijn op 22 april 2021 voorgelegd aan de Minister van Justitie en Veiligheid. Bij brief van 11 mei 2021 zijn ze door de Minister van Justitie en Veiligheid beantwoord.

Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De fungerend voorzitter van de commissie,

Van Meenen

Adjunct van de commissie,

Verouden

kst-35800-3 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2021

Welk bedrag komt ten laste van de begroting van het Ministerie van Justitie en Veiligheid door het kwijtschelden van de publieke schuldeisers?

Antwoord:

Het bedrag dat ten laste van de begroting komt betreft € 18,75 mln. over een periode van drie jaar. Dit zijn uitvoeringskosten en gederfde ontvangsten.

2

Hoe is het bedrag, dat ten laste van de begroting van het Ministerie van Justitie en Veiligheid door het kwijtschelden van de publieke schuldeisers, verdeeld over de verschillende publieke schuldeisers?

Antwoord:

Het bedrag ten laste van de begroting van JenV is verdeeld over twee schuldeisers, te weten het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) en het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO). Daarnaast leidt het kwijtschelden tot verminderde ontvangsten aan boeten en transacties. De bedragen zijn over een periode van drie jaar verdeeld en in onderstaande tabel uiteengezet.

3

Vallen de kosten voor het kwijtschelden van schulden in het kader van de zorgtoeslag onder de kosten van het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB)? Zo ja, voor welk gedeelte?

Antwoord:

Nee, het betreffen alleen de kosten voor het kwijtschelden van schulden in het kader van Boeten en Transacties, deze zijn opgenomen onder antwoord bij vraag 2.

4

Welk bedrag aan vervolgingskosten wordt bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid bespaard door de kwijtschelding van de publieke schuldeisers?

Antwoord:

De besparing is minimaal aangezien de meeste vorderingen reeds ver in het inning & incassoproces zijn, de meeste kosten zijn dus reeds gemaakt.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 35 800, nr. 3 2