Motie Agnes Mulder over de vergoeding voor waardedaling door aardbevingen - Tijdelijke maatregelen inzake een publiekrechtelijke aanpak van de gevolgen van bodembeweging door gaswinning uit het Groningenveld en de gasopslag bij Norg (Tijdelijke wet Groningen) - Hoofdinhoud
Deze motie i is onder nr. 30 toegevoegd aan wetsvoorstel 35250 - Tijdelijke wet Groningen i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Tijdelijke maatregelen inzake een publiekrechtelijke aanpak van de gevolgen van bodembeweging door gaswinning uit het Groningenveld en de gasopslag bij Norg (Tijdelijke wet Groningen); Motie; Motie van het lid Agnes Mulder over de vergoeding voor waardedaling door aardbevingen |
---|---|
Documentdatum | 14-01-2020 |
Publicatiedatum | 15-01-2020 |
Nummer | KST3525030 |
Kenmerk | 35250, nr. 30 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2019-
2020
35 250
Tijdelijke maatregelen inzake een publiekrechtelijke aanpak van de gevolgen van bodembeweging door gaswinning uit het Groningenveld en de gasopslag bij Norg (Tijdelijke wet Groningen)
MOTIE VAN HET LID AGNES MULDER
Voorgesteld 14 januari 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de situatie kan ontstaan dat het IMG woningeigenaren een beschikking stuurt voor vergoeding van de waardedaling door aardbevingen, terwijl op enig moment dit jaar (of later) de civiele rechter in de schadestaatprocedure van Stichting WAG en de woningcorporaties besluit hoe hoog die compensatie moet zijn;
constaterende dat het Ministerie van EZK het IMG adviseert een ander rekenmodel te gebruiken dan de Stichting WAG in de civiele procedure gebruikt, hetgeen tot een andere vergoeding zou kunnen leiden;
verzoekt de regering, om aan het IMG expliciet mee te geven dat indien de civiele jurisprudentie aanleiding geeft tot een hogere vergoeding voor waardedaling, het IMG deze dan ook zal toekennen en daarover ambtshalve een aanvullend besluit neemt,
en gaat over tot de orde van de dag.
Agnes Mulder
kst-35250-30 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2020
Tweede Kamer, vergaderjaar 2019-2020, 35 250, nr. 30