Brief regering; Reactie op verzoek commissie over het rapport Onderzoekscommissie vermoeden misstand bij de IND - Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2020

Deze brief is onder nr. 13 toegevoegd aan wetsvoorstel 35300 VI - Vaststelling begroting Justitie en Veiligheid 2020 i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2020; Brief regering; Reactie op verzoek commissie over het rapport Onderzoekscommissie vermoeden misstand bij de IND
Document­datum 06-11-2019
Publicatie­datum 07-11-2019
Nummer KST35300VI13
Kenmerk 35300 VI, nr. 13
Commissie(s) Justitie en Veiligheid (JV)
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2019-

2020

35 300 VI

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2020

Nr. 13

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 6 november 2019

Tijdens het Algemeen Overleg van 4 juli jl. over het Vreemdelingen- en Asielbeleid (Kamerstuk 19 637, nr. 2529) heb ik met uw Kamer gesproken over het rapport van de Onderzoekscommissie Vermoeden van misstand bij de IND (commissie De Leeuw), van 20 mei jl. (Kamerstuk 35 000 VI, nr. 116). Daarbij is de vraag aan de orde gekomen hoe de conclusies uit dit rapport zich verhouden tot twee naderhand door het NRC gepubliceerde interne verslagen van het team Herbeoordelingen Asiel van de IND uit mei 2017 en februari 2018.

Ik heb uw Kamer gemeld dat de commissie niet beschikte over voornoemde verslagen, maar dat er geen discrepantie bestaat tussen het beeld dat hieruit naar voren komt en de conclusies uit het rapport. Naar aanleiding van het debat hierover met uw Kamer heb ik toegezegd om dit in een gesprek met de voorzitter en eventueel andere leden van de commissie nogmaals te verifiëren en uw Kamer over de uitkomsten hiervan te informeren. Deze toezegging doe ik hierbij gestand.

Op 28 oktober jl. heb ik een open gesprek gevoerd met de voorzitter en de secretaris van de commissie. Zij hebben bevestigd dat de twee interne verslagen niet bij het onderzoek zijn betrokken. Tevens hebben zij bevestigd dat de inhoud van de verslagen geen afbreuk doet aan de conclusies uit het rapport van de commissie. Dit betekent dat de conclusie uit het rapport van de commissie overeind blijft dat niet is gebleken dat vanwege werkdruk en druk vanuit het management van de IND bewust is overgegaan tot het opvoeren van niet-intrekkingen van de verblijfsvergunning en het afsluiten van dossiers van criminele asielzoekers. De commissie is tot deze conclusie gekomen op basis van data- en documentenonderzoek en verdiepende interviews met onder meer medewerkers van het voornoemde team en de klokkenluider.

kst-35300-VI-13 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2019

Omdat uit het gesprek van 28 oktober is gebleken, en daarmee bevestigd, dat de klokkenluider is gehoord door de commissie en alle informatie die hij heeft verstrekt door de commissie is meegenomen en meegewogen, heb ik besloten niet zelf met de klokkenluider in gesprek te gaan.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd,

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

  • A. 
    Broekers-Knol

Tweede Kamer, vergaderjaar 2019-2020, 35 300 VI, nr. 13 2


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.