Brief regering; Geannoteerde agenda Milieuraad 4 oktober 2019 - Milieuraad

Deze brief is onder nr. 789 toegevoegd aan dossier 21501-08 - Milieuraad i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Milieuraad; Brief regering; Geannoteerde agenda Milieuraad 4 oktober 2019
Document­datum 19-09-2019
Publicatie­datum 23-09-2019
Nummer KST2150108789
Kenmerk 21501-08, nr. 789
Commissie(s) Infrastructuur en Waterstaat (IW)
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2020

Vergaderjaar 2019-

21 501-08

Milieuraad

Nr. 789

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT EN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 19 september 2019

Op 4 oktober vindt in Luxemburg de eerste Milieuraad onder Fins voorzitterschap plaats. Hierbij ontvangt u, mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, de geannoteerde agenda van deze Raad.

De agenda van deze Raad is nog niet beschikbaar. Naar verwachting worden er conclusies besproken en aangenomen over drie onderwerpen: het 8e Milieuactieprogramma, de toekomst van Europese circulaire economie, en de voorbereiding van de VN klimaattop COP25 te Chili in december dit jaar. Daarnaast zal het voorzitterschap naar verwachting een beleidsdebat over de langetermijnstrategie voor klimaat agenderen. Over eventuele aanvullende wijzigingen in de agenda informeren wij u mondeling tijdens het AO Milieuraad op 25 september.

Op 10 september heeft de nieuwe voorzitter van de Europese Commissie Ursula Von der Leyen, na instemming van de Raad, haar kandidaat-Commissie voor de periode 2019-2024 aangekondigd. Na goedkeuring van het Europees parlement, zal Frans Timmermans zitting nemen als Executive Vicepresident voor de Europese Green Deal. Deze Green Deal zal de Europese ambities op klimaat, biodiversiteit, milieuvervuiling en circulaire economie bij elkaar brengen. Wij verwelkomen deze integrale en ambitieuze aanpak. Wanneer meer bekend is over de invulling van dit pakket, zal uw Kamer via de gebruikelijke routes worden geïnformeerd.

Raadsconclusies 8e Milieuactieprogramma

De Raad is voornemens conclusies aan te nemen over een 8e Milieuactieprogramma voor de periode 2021-2030.

kst-21501-08-789 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2019

Inzet Nederland

Nederland steunt de Raadsconclusies, waarin wordt opgeroepen tot een tijdig, ambitieus en beknopt voorstel voor een 8e Milieuactieprogramma voor de EU. Er is afgelopen jaren veel gedaan en bereikt op verschillende milieuterreinen, zoals klimaat en de circulaire economie. Tegelijkterijd blijven er dringende en belangrijke uitdagingen bestaan voor de komende jaren. Het 8e Milieuactieprogramma moet een ambitieus, strategisch en aansprekend kader bieden met een lange termijn visie richting 2050, en een duidelijke focus op resultaten in 2030 - gebaseerd op de Sustainable Development Goals van de 2030-agenda. Prioritaire terreinen voor Nederland betreffen de transities naar een klimaatneutrale- en circulaire economie, biodiversiteit en een gezonde leefomgeving, waaronder schone lucht, water en chemische stoffen.

Met name de samenhang tussen verschillende beleidsterreinen en integratie van milieubeleid in beleidssectoren als landbouw, mobiliteit, energie en industrie is van groot belang. Zo leidt inzet op circulaire economie bijvoorbeeld tot besparingen van CO2-uitstoot en is effectief luchtkwaliteitsbeleid mede afhankelijk van coherentie met klimaatbeleid en actie binnen de beleidssectoren mobilteit, landbouw en energie. Deze onderlinge verbondenheid, en noodzaak tot samenhangende aanpak, moeten in een 8e Milieuactieprogramma tot uiting komen. Het gaat daarbij niet alleen om nieuw beleid- en wetgeving maar ook om betere implementatie van bestaande afspraken.

Om de milieuambities te realiseren zijn aandacht voor duurzame financiering en stimulering van innovatie van groot belang. Lokale en regionale overheden en stakeholders moeten goed betrokken worden, zowel voorafgaand aan de aanname van 8e Milieuactieprogramma en gedurende de looptijd. Tot slot is een effectief monitoringsinstrument gewenst, met duidelijke resultaatindicatoren om voortgang te meten.

Krachtenveld

Er is onder lidstaten brede overeenstemming over de Raadsconclusies. Lidstaten steunen de oproep voor een 8e Milieuactieprogramma als milieupijler voor de implementatie voor de 2030-agenda en zetten vanuit de ervaringen met het 7e Milieuactieprogramma in op meer coherentie tussen milieuthema's, betere integratie met beleidssectoren, versterkte implementatie en een scherpere focus in het programma.

Raadsconclusies toekomst van circulaire economie

De Raad is voornemens conclusies aan te nemen over een circulaire economie als transitie naar een duurzame samenleving. Tijdens de informele bijeenkomst van milieuministers te Helsinki in juli is gesproken over de potentie van circulaire economie om klimaatverandering en biodiversiteitsverlies te voorkomen en stappen te zetten richting een Europese circulaire economie «2.0». In mijn verslag van deze bijeenkomst1 heb ik u geïnformeerd over de brede overeenstemming die tussen lidstaten bestaat over het belang van een circulaire economie en de wens te komen tot een coherente langetermijnstrategie.

Inzet Nederland

Nederland steunt de concept-Raadsconclusies waarin wordt benadrukt dat een hoge ambitie en verdere opschaling in activiteiten moeten leiden tot een meer klimaatneutrale en circulaire samenleving. Daartoe is nodig dat 1 Kamerstuk 21 501-08, nr. 788 de instrumentele koppeling tussen het circulaire economie beleid en het klimaatbeleid wordt versterkt. Betere benutting van de Ecodesign Richtlijn door uitbreiding van de scope naar alle productgroepen en eisen te stellen aan circulairiteit zal tot verduurzaming leiden van producten op de Europese markt. Versterking van producentenverantwoordelijkheid door onder andere richting te geven aan tariefdifferentiatie gebaseerd op milieuprestaties zal afvalproductie verkleinen. Een stimulerend consumentenbeleid zal leiden tot meer bewustwording en milieuvriendelijker keuzes in het dagelijkse handelen waaronder het voorkomen van voortijdig afdanken van producten.

Opbouw van een beter functionerende Europese markt voor secundaire grondstoffen met meer vraag en beter aanbod zal de druk op primaire grondstoffen doen verminderen. Daartoe zal de Europese capaciteit en infrastructuur voor recycling moeten worden uitgebreid met aandacht voor kwaliteit en continuïteit van de output. Urgente problematiek in sectoren als plastics en textiel vragen om een sectorspecifieke strategie en een doelgerichte aanpak. Daartoe pleit Nederland voor een paragraaf in deze conclusies die het Circular Plastics Alliance initiatief van de Commissie verwelkomt. Een circulaire economie dient bij te dragen aan de grondstoffenvoorzieningszekerheid van de energietransitie via inzet op substitutie van kritische metalen, circulair ontwerp en recycling van materialen. Van belang is hierbij vooral dat met deze Raadsconclusies richting wordt gegeven aan een tweede Europees Actieplan voor de Circulaire Economie dat de transitie in Europa een impuls geeft en versnelt.

Krachtenveld

Vrijwel alle lidstaten delen de intenties en ambities uit de Raadsconclusies echter lidstaten verschillen onderling wel in uitgangsposities. Zo worstelt een aantal lidstaten nog met het beëindigen van het storten van afval en overwegen sommigen in te zetten op verbranding met energieterug-winning. Deze lidstaten hebben meer moeite om hoge ambities op het gebied van producten- en consumentenbeleid te realiseren. Ook achten enkele lidstaten het stellen van bindende Europese doelen per lidstaat nog niet haalbaar of wenselijk.

Raadsconclusies voorbereiding COP25

De Raad zal spreken over het ambitieniveau dat de EU tijdens COP25 wil uitstralen en of de EU tijdens COP25 kan aangeven dat ze volgend jaar voornemens is haar nationaal bepaalde bijdrage aan te scherpen, inclusief het 2030-doel. De Raadsconclusies gaan in op het recente rapport over klimaatverandering en landgebruik van het wetenschappelijk panel van de VN over klimaatverandering (IPCC) en het nog te verschijnen rapport over oceanen en de cryosfeer. De Raadsconclusies onderstrepen de urgentie om naar aanleiding van de bevindingen van het IPCC de mondiale klimaatambities aan te scherpen.

Voor de klimaatonderhandelingen gedurende COP25 zet de EU in op ambitieuze regels voor het gebruik van internationale marktmechanismen, die in Katowice niet zijn vastgesteld door gebrek aan steun, en succesvolle afronding van de herzieningen van het Warsaw International Mechanism for Loss and Damage (WIM) en het Lima Work Programme on Gender.

Inzet Nederland

Nederland steunt de Raadsconclusies voor COP25 in Santiago van 2 tot en met 13 december. Nederland is met andere landen uit de kopgroep van ambitieuze EU landen van mening dat de EU moet aangeven dat zij haar nationaal bepaalde bijdrage in 2020 zal aanscherpen met als resultaat een ambitieuzer 2030-doel dan het huidig doel van ten minste 40%.

Krachtenveld

Naast Nederland zijn een aantal ambitieuzere landen van mening dat de EU bij COP25 moet aangeven dat zij haar NDC ambities zal aanscherpen om deze in lijn te brengen met Parijs en internationaal druk uit te oefenen op landen buiten de EU.

EU-langetermijnstrategie voor klimaat

Het voorzitterschap zal naar verwachting een beleidsdebat organiseren over de randvoorwaarden voor steun voor klimaatneutraliteit in 2050 ter voorbereiding op besluitvorming in de Europese Raad van oktober of december 2019.

Inzet Nederland

Nederland steunt de door de Commissie voorgestelde ambitie: een klimaatneutrale Unie in 2050. Dit doel past bij de Nederlandse inzet om het huidige 2030-doel voor de EU van ten minste 40% op te hogen naar 55%. Een tijdig ingezette, geleidelijke transitie kan immers helpen om de kosten ervan te beperken. Het is nu zaak om tijdens de Europese Raad van oktober of uiterlijk december 2019 tot besluitvorming te komen over het tijdspad richting klimaatneutraliteit.

Krachtenveld

Lidstaten zijn het erover eens dat de EU-langetermijnstrategie zich zou moeten richten op het bereiken van klimaatneutraliteit, maar regeringsleiders moeten nog een besluit nemen over het tijdpad. Tijdens de Europese Raad van 20-21 juni jl. vonden 24 van de 28 lidstaten dat dit doel uiterlijk in 2050 bereikt zou moeten zijn om de Parijs-doelen binnen bereik te houden. De vier overige lidstaten gaven aan verdere analyses nodig te hebben en nationale plannen te moeten ontwikkelen om de doelstelling van klimaatneutraliteit in 2050 op realistische wijze te kunnen halen.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

  • S. 
    van Veldhoven-van der Meer

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

E.D. Wiebes

Tweede Kamer, vergaderjaar 2019-2020, 21 501-08, nr. 789 4


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.