Brief regering; Ontwerpregeling tot wijziging van de Regeling Jeugdwet en de Uitvoeringsregeling Wmo 2015 in verband met het stellen van regels ten behoeve van het beperken van vermijdbare uitvoeringslasten in het kader van de Jeugdwet en Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 - Jeugdzorg - Hoofdinhoud
Deze voorhang is onder nr. 632 toegevoegd aan dossier 29538 - Zorg en maatschappelijke ondersteuning en dossier 31839 - Jeugdzorg i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Jeugdzorg; Brief regering; Ontwerpregeling tot wijziging van de Regeling Jeugdwet en de Uitvoeringsregeling Wmo 2015 in verband met het stellen van regels ten behoeve van het beperken van vermijdbare uitvoeringslasten in het kader van de Jeugdwet en Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 |
---|---|
Documentdatum | 28-02-2019 |
Publicatiedatum | 06-03-2019 |
Nummer | KST31839632 |
Kenmerk | 31839; 29538, nr. 632 |
Commissie(s) | Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2018-2019
31 839 29 538
Zorg en maatschappelijke ondersteuning
Ontvangen ter Griffie op 28 februari 2019.
De voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling is aan de Kamer overgelegd tot en met 28 maart 2019.
De voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling kan niet eerder worden gedaan dan op 29 maart 2019.
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 28 februari 2019
Hierbij bied ik u aan de ontwerpregeling tot wijziging van de Regeling Jeugdwet en de Uitvoeringsregeling Wmo 2015 in verband met het stellen van regels ten behoeve van het beperken van vermijdbare uitvoeringslasten in het kader van de Jeugdwet en Wet maatschappelijke ondersteuning 20151. Voor de inhoud van de ontwerpregeling verwijs ik u naar de ontwerptoelichting2.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 2.15, vierde lid, van de Jeugdwet en artikel 2.6.7a, vierde lid, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over de ontwerpregeling voordat deze zal worden vastgesteld. Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt vaststelling niet eerder dan vier weken nadat de ontwerpregeling aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge
1 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl
2 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl
kst-31839-632 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2019
Tweede Kamer, vergaderjaar 2018-2019, 31 839, nr. 632