Memorie van toelichting - Wijziging van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Wederopbouw Bovenwindse Eilanden) - Hoofdinhoud

Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 35151 - Incidentele suppletoire begroting Koninkrijksrelaties 2019 (Wederopbouw Bovenwindse Eilanden) i.

Officiële titel	Wijziging van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Wederopbouw Bovenwindse Eilanden); Memorie van toelichting; Memorie van toelichting
Document­datum	28-02-2019
Publicatie­datum	28-02-2019
Nummer	KST351512
Kenmerk	35151, nr. 2
Externe link	origineel bericht
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2018-

2019

35 151

Wijziging van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Wederopbouw Bovenwindse Eilanden)

Nr. 2

MEMORIE VAN TOELICHTING

• A. 

  ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL Wetsartikel 1

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2019 wijzigingen aan te brengen in de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties.

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.

Wetsartikel 4

Dit artikel regelt de inwerkingtreding van deze wet.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

K.H. Ollongren

kst-35151-2 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2019

• B. 

  BEGROTINGSTOELICHTING

• a. 

  Inhoudelijke toelichting

In het kader van de wederopbouw wordt via deze incidentele suppletoire begrotingswet aan Sint Maarten een overbruggingskrediet in de vorm van een tijdelijke lening van $ 15,000 mln. verleend. Dit bedrag is bedoeld voor het herstel van de Princess Juliana International Airport (PJIA) en de continuering van het luchthavenbedrijf. Hiervoor wordt Artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden voor het jaar 2019 verhoogd met € 13,245 mln. uit het resterende bedrag op de aanvullende post bij het Ministerie van Financiën dat bestemd is voor de wederopbouw van Sint Maarten. Het bedrag is vastgesteld aan de hand van de dagkoers van 1,1325 van 22 februari 2019.

Er komt een totaalbedrag van $ 100 mln. beschikbaar voor het herstel van de luchthaventerminal. Dit totaalbedrag bestaat uit een bijdrage van $ 50 mln. uit het trustfonds voor de wederopbouw aan de overheid van Sint Maarten, die dit bedrag door zal lenen aan de luchthaven. Daarnaast zal ook de Europese Investeringsbank (EIB) via de Sint Maartense overheid $ 50 mln. lenen aan de luchthaven. Met de overheveling van de tweede tranche werd reeds, na goedkeuring van de «Vierde incidentele suppletoire begroting inzake wederopbouw Bovenwindse Eilanden» van 2018, $ 50 mln. voor de luchthaven in het trustfonds gestort. Aan de financiering met het trustfonds zijn door Nederland voorwaarden verbonden die onder meer zien op de integriteit van en posities in het luchthavenbestuur. Hierdoor kunnen deze middelen niet direct vrijkomen.

Omdat de luchthaven nu in acute geldnood verkeert, is aan Nederland gevraagd een overbruggingskrediet te verstrekken, vooruitlopend op het vrijkomen van de definitieve wederopbouwmiddelen. Het overbruggingskrediet wordt getrancheerd verstrekt in de vorm van een lening aan Sint Maarten, die het bedrag doorleent aan de luchthaven.

Paragraaf b geeft de budgettaire consequenties voor artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse eilanden weer.

Artikel 8.1 Wederopbouw

Leningen

Overbruggingskrediet luchthaven Sint Maarten

Door orkaan Irma is ernstige schade ontstaan aan de luchthaven op Sint Maarten. Hierdoor kan de luchthaven niet op maximale capaciteit opereren. Op 5 november 2018 heeft de stuurgroep van het trustfonds voor de wederopbouw ingestemd met het financieringsvoorstel van $ 100 mln. voor het herstel van de beschadigde terminal. Hieraan zijn door Nederland een aantal voorwaarden verbonden die onder meer zien op de integriteit van en posities in het luchthavenbestuur.

Op 8 januari 2019 heeft de ministerraad van Sint Maarten ingestemd met bovengenoemd financieringsvoorstel van de stuurgroep van het trustfonds, inclusief de daaraan verbonden Nederlandse voorwaarden.

Het voorstel bestaat uit een bijdrage van $ 50 mln. uit het trustfonds aan de overheid van Sint Maarten, die dit bedrag door zal lenen aan de luchthaven. Daarnaast zal de EIB $ 50 mln. lenen aan Sint Maarten voor herstel van de luchthaven. De $ 50 mln. voor de luchthaven was onderdeel van de tweede tranche van € 150 mln., die begin november 2018 in het trustfonds is gestort.

Vooruitlopend op het vrijkomen van de definitieve financiering uit het trustfonds en door de EIB verstrekt Nederland nu aan Sint Maarten een overbruggingskrediet van $ 15,000 mln. voor het herstel van de luchthaven en continuering van het luchthavenbedrijf. Dit bedrag moet binnen zes maanden door Sint Maarten worden terugbetaald.

• b. 

  Budgettaire consequenties beleidsartikelen

Beleidsartikel 8 Wederopbouw Bovenwindse eilanden

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)

Tweede Kamer, vergaderjaar 2018-2019, 35 151, nr. 2 3