Brief regering; Afrikaanse varkenspest - Dierziektebeleid

Deze brief is onder nr. 245 toegevoegd aan dossier 29683 - Dierziektebeleid.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Dierziektebeleid; Brief regering; Afrikaanse varkenspest
Document­datum 12-10-2018
Publicatie­datum 15-10-2018
Nummer KST29683245
Kenmerk 29683, nr. 245
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2018-2019

29 683

Dierziektebeleid

Nr. 245    BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN

VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 12 oktober 2018

In vervolg op mijn brief van 24 september jl. (Kamerstuk 29 683, nr. 244) informeer ik u hierbij over de recente ontwikkelingen met betrekking tot Afrikaanse varkenspest (AVP). Ik ga hier in op de actuele situatie in de Europese Unie en op de aanvullende maatregelen en acties die ik heb genomen. Separaat stuur ik uw Kamer vandaag de antwoorden op de eerdere gestelde schriftelijke vragen over Afrikaanse varkenspest van het lid Bromet (gesteld op 18 september 2018, Aanhangsel Handelingen II 2018/19, nr. 267) en van het lid Van Kooten-Arissen (gesteld op 24 september 2018, Aanhangsel Handelingen II 2018/19, nr. 268).

Tevens heeft de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit mij op 5 oktober jl. verzocht een brief te sturen met daarin de beantwoording op vragen van de leden over de Afrikaanse varkenspest. Deze brief zal ik uw Kamer uiterlijk maandag 15 oktober aanstaande toesturen.

Situatie in België en andere Europese lidstaten

België

Sinds het aantreffen van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen op 12 september jl. in België zijn er rond de 79 zwijnen positief getest op AVP .Deze dieren zijn allemaal gevonden in het besmette gebied. De nieuwe gevallen betreffen verse kadavers, wat betekent dat het virus nog circuleert in het besmette gebied.

De maatregelen voor het besmette gebied in België zijn nog steeds van kracht, zoals het jachtverbod en het verbod op recreatie. Landelijk geldt een bezoekersregeling voor varkensbedrijven en moeten strikte veiligheidsmaatregelen worden toegepast. Ook dienen transporten 1-op-1 plaats te vinden, wat inhoudt dat elk transportmiddel na elk transport moet worden gereinigd en ontsmet.

In het besmette gebied zijn alle gehouden varkens geslacht of geruimd. Daartoe is besloten vanuit preventieve sanitaire overweging. De

kst-29683-245 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2018

overweging daarbij was, naar verluidt, te voorkomen dat de ziekte vanuit de wilde zwijnen in de gehouden varkens terecht komt. In het gebied zijn niet veel locaties met varkens en deze zijn veelal kleinschalig.

De overheid van Wallonië overweegt een hek rondom het besmette gebied te plaatsen met als doel verspreiding van AVP door migratie van besmette wilde zwijnen tegen te gaan.

Experts van de Europese Commissie hebben een tweede missie naar België uitgevoerd om de situatie te evalueren en om de bestrijdingsstra-tegie te bespreken. Zij zullen hun bevindingen hierover binnenkort delen met de lidstaten.

Inmiddels hebben sommige landen de import van varkensvlees uit België stop gezet wat niet in lijn is met de standaarden van de Wereldorganisatie voor Diergezondheid, de OIE. Internationaal besteden wij hier aandacht aan.

Andere Europese lidstaten

Sinds de laatste brief van 24 september jl. heeft de Roemeense overheid nieuwe besmettingen bij varkenshouderijen en wilde zwijnen gemeld. Hongarije heeft een nieuwe besmetting bij wilde zwijnen gemeld. Tsjechië heeft zichzelf vrij verklaard bij de OIE.

De Luxemburgse autoriteiten hebben een «observatie zone» ingesteld, grenzend aan België en Frankrijk. Hier wordt de wilde zwijnen populatie beheerst door gerichte jacht. Ook andere maatregelen als bioveiligheids-maatregelen en opstalverplichting voor varkens zijn ingevoerd. Frankrijk heeft een actieplan ingevoerd voor de vier departementen die aan België en Luxemburg grenzen.

In deze gebieden heeft de overheid onder andere een tijdelijk verbod op de jacht ingevoerd en de bewustzijnscampagnes geïntensiveerd.

Deze landen kiezen dus voor een verschillende aanpak. Ik zal de adviezen van de European Food Safety Authority (EFSA), experts van de Europese Commissie en de deskundigengroep dierziekten volgen en net als Luxemburg inzetten op het beheersen van de wilde zwijnen populatie door gerichte jacht. Het doel van de verlaging van het aantal wilde zwijnen is het verminderen van de kans op introductie van AVP.

Ik heb contact gehad met de Europese Commissie om besmette lidstaten te helpen bij de bestrijding. Ik zal de Europese Commissie één van de dodingsunits die de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) gebruikt bij het doden van varkens op een besmet bedrijf aanbieden. Met deze unit kan de bestrijding van de ziekte in lidstaten die daaraan behoefte hebben worden verbeterd. Dit draagt ook bij aan het verkleinen van de kans op verdere verspreiding en daarmee de risico's voor Nederland. Er blijft voldoende dodingscapaciteit in Nederland beschikbaar voor het geval zich onverhoopt een uitbraak voordoet.

Ik houd de situatie in België en andere lidstaten nauwlettend in de gaten.

Ik ben in overleg met mijn Belgische en Duitse collega over de aanpak van een besmetting van wilde zwijnen in een grensoverschrijdend gebied en ook over de jacht in de grensgebieden.

Situatie in Nederland

In mijn vorige brief over AVP van 24 september jl. heb ik u geïnformeerd over de risico-inschatting van de deskundigengroep dierziekten. Het definitieve verslag van de deskundigengroep dierziekten van 19 september jl. is inmiddels op hun website geplaatst1.

Het blijft van groot belang dat alle betrokkenen alert zijn en preventieve maatregelen treffen om de kans introductie van AVP in Nederland zo klein mogelijk te maken. Aangezien de verspreiding over grote afstanden door menselijk handelen kan worden veroorzaakt, is en blijft het nemen van preventieve maatregelen nog steeds het allerbelangrijkste middel.

Maatregelen

De reeds getroffen maatregelen blijven onverkort van kracht. De nadruk ligt op het nemen van goede bioveiligheidsmaatregelen. Varkenshouders moeten passende maatregelen nemen en wagens die terugkeren uit besmette landen moeten een extra reiniging en ontsmetting ondergaan op een erkende wasplaats.

De NVWA intensiveert het toezicht daarop. Er geldt al decennia een Europees verbod op het voeren van keukenafvallen aan varkens. De sectoren zijn hiervan op de hoogte en kennen ook hun eigen rol en verantwoordelijkheid hierin. De sectoren hebben hun achterban actief geïnformeerd over de situatie en de maatregelen.

Bestrijding bij een besmetting bij wilde zwijnen

Het gesprek met de provincies Gelderland, Limburg, Noord-Brabant en Overijssel (waar wilde zwijnen voorkomen) over een gezamenlijke aanpak bij een besmetting in wilde zwijnen is constructief verlopen. Er zijn nadere afspraken gemaakt over intensiveren van het wild zwijnbeheer en de jacht, waardoor het risico op introductie kleiner wordt. Dit is conform het advies van de deskundigengroep. Het gaat met name om het reduceren van de populatie buiten de drie aangewezen leefgebieden.

Ook zijn afspraken gemaakt over implementatie van maatregelen bij een besmetting in wilde zwijnen. In dat geval wordt een besmet gebied ingesteld met de daarbij behorende maatregelen zoals een verbod op populatiebeheer, schadebestrijding en jacht, een afschermplicht voor gehouden varkens, een verbod op het vervoer van levende varkens en levende producten van varkens en beperkingen van de toegang tot het gebied. Daarnaast wordt een bufferzone ingesteld waarin de populatie zwijnen wordt verkleind. Tevens zal de monitoring van wilde zwijnen in deze gebieden dan worden geïntensiveerd.

Met de provincies heb ik een gezamenlijke crisisstructuur uitgewerkt om de samenwerking bij de preventie en bestrijding optimaal te kunnen vormgeven.

Ik heb hier bestuurlijke afspraken over gemaakt.

Uitbreiden mogelijkheden populatiebeheer

Zowel vanuit het oogpunt van preventie als voor een adequate bestrijding van AVP onder wilde zwijnen is een effectiever beheer van wilde zwijnen van belang. Uit het advies van de deskundigengroep blijkt dat een verlaging van het aantal wilde zwijnen voor een verminderde kans op introductie van AVP zorgt. Het gaat daarbij om het verminderen van het aantal wilde zwijnen buiten de aangewezen leefgebieden resp. het zoveel mogelijk tot nul reduceren van het aantal dieren in het buffergebied rondom het besmet gebied, wanneer er daadwerkelijk sprake is van een besmettingsgeval bij wilde zwijnen. Veel partijen, de betreffende provincies voorop, hebben aangegeven dat extra maatregelen bovenop het nu bestaande instrumentarium noodzakelijk zijn om de aantallen daadwerkelijk te kunnen verkleinen. Het betreft zowel het tijdelijk toestaan van de zgn. bewegingsjachtmethode, als het gebruik van de geluiddemper

Ik ben voornemens om op grond van de artikelen 17, 31 en 32 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren een ministeriële regeling vast te stellen voor de zgn. bewegingsjachtmethode in verband met de preventie van Afrikaanse varkenspest. Bij deze regeling kunnen degenen die een ontheffing of een opdracht van gedeputeerde staten hebben om wilde zwijnen te doden een methode toepassen die bekend staat als een beperkte bewegingsjacht. Bij de in de regeling opgenomen vorm mogen hoogstens zes personen, in aanwezigheid van ten hoogste drie aangelijnde honden, voor wilde zwijnen hoorbaar in het gebied aanwezig zijn zonder deze opzettelijk te verontrusten, met het oogmerk om deze dieren binnen het schootsveld van hoogstens zes geweerdragers te bewegen, opdat zij deze dieren kunnen doden. Deze methode is een veel beperktere methode dan de thans verboden drijfjacht en effectiever dan de huidige, onder voorwaarden toegestane, 1-op-1 drukjacht. De methode, die in België en Duitsland is toegestaan, is een vorm waarbij de bezwaren die er zijn tegen het drijven in het algemeen (ecologische schade, verstoring, een niet-selectieve werking en dierenwelzijnsissues door de vele verwondingen) zijn weggenomen. In de moeilijke afweging om maatregelen te nemen ter voorkoming van een ernstig ontwrichtende dierziekte is dit m.i. een passende maatregel.

Deze regeling geldt voor de vier provincies met populaties wilde zwijnen buiten de leefgebieden en blijft van kracht zolang de methode nodig is voor de bovengenoemde doelstelling ter preventie van verspreiding van Afrikaanse varkenspest.

Met Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid heb ik onlangs gesproken over het gebruik van een geluiddemper bij het afschieten van wilde zwijnen. Hiervoor is ontheffing nodig op grond van de Wet wapens en munitie. Thans beschikken alleen jachtaktehouders in dienst van grote terreinbeheerders over een dergelijke ontheffing. Om een reductie van het aantal wilde zwijnen buiten de leefgebieden effectief te bewerkstelligen, is het gewenst dat ook andere jachtaktehouders die betrokken zijn bij het afschot van wilde zwijnen over een dergelijke ontheffing beschikken. De uitwerking vindt momenteel plaats tussen de beide ministeries.

Aanvullende acties

Het is van allergrootste belang dat alle betrokken partijen hun verantwoordelijkheid nemen ten aanzien van de risico's. Het vraagt van alle partijen inzet en actie. Met het preventieteam2 voert LNV regie op de acties die verschillende partijen uitvoeren om door middel van onder andere communicatie mensen bewuster te maken van de risico's en de mogelijkheden om die risico's zoveel mogelijk te beperken.

Het team heeft nieuwe doelgroepen, zoals arbeidskrachten uit besmette lidstaten en bezoekers van natuurgebieden, in beeld gebracht en deze worden geïnformeerd. De acties worden verdeeld onder de leden van het preventieteam. Zo heeft de Gezondheidsdienst voor dieren (GD) hobby-houders via een mail geïnformeerd en de Producentenorganisatie Varkenshouderij (POV) de mesttransporteurs en bij de POV aangesloten varkenshouders. Daarnaast wordt de informatie die beschikbaar is gestroomlijnd bij de verschillende loketten, zoals bij de NVWA, de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en de GD, zodat de informatie goed vindbaar, consistent en up-to-date is.

Een andere preventieve actie die is besproken in het preventieteam is het plaatsen van informatieborden bij parkeerplaatsen langs rijks- en provinciale wegen in gebieden waar wilde zwijnen kunnen voorkomen. Ik heb met Rijkswaterstaat afspraken gemaakt hierover en er zijn inmiddels informatieborden geplaatst. Hierop staat in meerdere talen informatie over de risico's met betrekking tot AVP. Ook heb ik afspraken gemaakt over het reinigen rond vuilnisbakken. De vuilnisbakken zijn «wild zwijn»-bestendig en worden frequent geleegd. Ook zullen weginspecteurs op drukke parkeerplaatsen extra controleren of deze schoon zijn. Provincies krijgen borden aangeleverd om langs provinciale wegen te plaatsen.

De NVWA intensiveert als preventieve actie de controles op de reiniging en desinfectie van transportmiddelen die terugkomen vanuit besmette landen op de erkende wasplaatsen.

Veel private partijen nemen daarnaast ook zelf aanvullende preventieve maatregelen, veelal via de kwaliteitssystemen waar hun leden aan deelnemen.

Zo heeft Nevedi (diervoederindustrie) bijvoorbeeld besloten om de bovenwettelijke hygiënemaatregelen naar Nederland uit te breiden. Dat betekent dat veevoederwagens die uit landen met AVP komen hun transportmiddel extra desinfecteren op risicomomenten (zoals betreden boerenerf) en moeten letten op hygiëne van kleding en schoeisel.

In het preventieteam worden deze acties besproken en gedeeld. Het is goed te zien dat alle partijen zich inzetten om de kans op introductie van AVP zo klein mogelijk te maken.

Communicatie

De partijen in het preventieoverleg hebben al eerder de nodige materialen ontwikkeld zoals flyers in diverse talen. Daarbij wordt bij de ontwikkeling en uitwerking van de communicatie ook goed gebruik van datgene wat al ontwikkeld is in andere Europese landen. Inzet is ervoor te zorgen dat deze materialen zoveel mogelijk verder worden verspreid onder boeren, transporteurs, recreanten enzovoorts. Het preventieteam speelt in de verspreiding van de informatie een belangrijke rol.

Ik blijf de situatie nauwlettend in de gaten houden en zal, op basis van de veterinaire situatie en de risicobeoordeling daarvan, steeds bepalen of het nemen van aanvullende maatregelen noodzakelijk en passend is.

U wordt geïnformeerd over verdere ontwikkelingen indien daartoe aanleiding is.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C.J. Schouten

Tweede Kamer, vergaderjaar 2018-2019, 29 683, nr. 245 5

1

https://www.deskundigengroepdierziekten.nl/.

2

Het preventieteam heeft als doel bewustzijn te verhogen en aandacht te krijgen voor de wijze waarop menselijk handelen kan leiden tot besmetting met AVP en het risico daarop zo veel mogelijk te beperken. Het team bestaat uit een aantal relevante stakeholders, waaronder de Producentenorganisatie Varkenshouderij (POV), de Centrale Organisatie voor de Vleessector (COV), de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD), de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD) en Vee&Logistiek Nederland (V&LN).


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.