Brief regering; Werkprogramma zeehavens 2014 - 2016 - Nationaal Zeehavenbeleid

Deze brief is onder nr. 25 toegevoegd aan dossier 29862 - Nationaal Zeehavenbeleid 2005–2010.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Nationaal Zeehavenbeleid; Brief regering; Werkprogramma zeehavens 2014 - 2016
Document­datum 07-07-2014
Publicatie­datum 07-07-2014
Nummer KST2986225
Kenmerk 29862, nr. 25
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2013–2014

29 862

Nationaal Zeehavenbeleid

Nr. 25

BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 juni 2014

Hierbij ontvangt u het werkprogramma Zeehavens zoals dat vandaag wordt vastgesteld1. Gezamenlijk met de vijf in de Branche Organisatie Zeehavens verenigde zeehavenbeheerders, het in die zeehavens actieve zeehavenbedrijfsleven en het Topteam Logistiek / Strategisch Platform Logistiek heb ik, mede namens de Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Economische Zaken, dit werkprogramma opgesteld.

Met dit werkprogramma hebben de rijksoverheid, de havenbeheerders en het havenbedrijfsleven de ambitie om de concurrentiepositie van de Nederlandse zeehavens te versterken. Dit moet ertoe leiden dat de Nederlandse haveninfrastructuur de beste van de wereld blijft, het marktaandeel van de Nederlandse havens in de Hamburg-Le Havre range groeit en dat de toegevoegde waarde van de Nederlandse zeehavens toeneemt. De uitgangspositie van de Nederlandse zeehavens is goed, maar het is de uitdaging om die positie te behouden en voortdurend te verbeteren.

Gelet op de ontwikkelingen in de concurrerende zeehavens in Noordwest Europa en de gevolgen van de globale energietransitie voor de Nederlandse zeehavens is het thema van het werkprogramma «Alle hens aan dek». Het richt zich op de urgente uitdagingen waarvoor de Nederlandse zeehavens, het zeehavenbedrijfsleven en de overheid zich gesteld zien. Uitdagingen die zowel de knooppuntfunctie van de havenregio’s als hun functie als vestigingsplaats voor de industrie betreffen.

Voor de knooppuntfunctie geldt dat vooral in het containervervoer de concurrentie toeneemt door schaalvergroting van schepen en terminals, alliantievorming onder reders, meer flexibele mondiale handelsroutes, de opkomst van Zuid Europese zeehavens en de optimalisering van vervoerketens. Voor het industriële cluster geldt dat in de petrochemie en de chemische procesindustrie vooral een dreiging uitgaat van de hogere

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

(energie)kosten in Europa door de winning van schaliegas en -olie in de Verenigde Staten, de lage CO2-prijs en toenemende raffinagecapaciteit in het Middenoosten.

In het werkprogramma staan de prioriteiten voor het zeehavenbeleid voor de periode tot eind 2016 benoemd. Zeehavenbeleid is niet alleen een zaak van de havens of de overheid, iedere speler dient de eigen positie, verantwoordelijkheden en mogelijkheden maximaal in te zetten. Dat hebben we in het werkprogramma tot uitdrukking gebracht door tien concrete acties voor het Rijk en tien acties voor de zeehavenbeheerders, het havenbedrijfsleven en het Topteam Logistiek / Strategisch Platform Logistiek te benoemen die gezamenlijk bijdragen aan de realisatie van onze gezamenlijke ambitie. Deze acties komen tegemoet aan de ervaren urgentie en zijn erop gericht om de bijdrage van onze zeehavens aan de welvaart van Nederland te behouden en te versterken. De in dit programma beschreven afspraken vormen een aanvulling en bouwen voort op lopende initiatieven zoals het Topsectorenbeleid, de uitvoering van de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte, het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport, de Lange Termijn Spooragenda, Beter Benutten en Eenvoudig Beter.

De acties zijn onder zes prioritaire thema’s gerangschikt:

1      «Nederlandse zeehavens en Europa». Dit betreft afspraken om een eerlijke grensoverschrijdende concurrentie tussen zeehavens te bewerkstelligen. Ik berichtte u daar eerder over met mijn brief van 6 maart 2014 (Kamerstuk 29 862, nr. 24). In dit kader worden ook acties genomen om de bereikbaarheid en achterlandverbindingen met behulp van Europese cofinanciering en samenwerking verder te versterken.

2      «Bereikbaarheid en logistiek». Dit betreft afspraken die zich richten op logistieke maatregelen opdat de zeehavens, zowel nationaal als via de Europese corridors, optimaal bereikbaar blijven. Het goederenvervoer per spoor krijgt bijzondere aandacht. Ook zullen de komende periode via de in het werkprogramma opgenomen kennisagenda enkele infrastructurele knelpunten nader worden onderzocht.

  • 3. 
    «Ondernemerschap en arbeidsmarkt». Dit betreft afspraken om de havenindustrie te versterken, toezichtlasten terug te dringen en de aansluiting op de opleidings- en arbeidsmarkt te verbeteren.
  • 4. 
    «Duurzaamheid en innovatie». Dit betreft afspraken om in zeehavens uitvoering aan het Energieakkoord te geven, de bio-based economy en het innovatievermogen van zeehavens via samenwerking met topsectoren te versterken en duurzaamheidinitiatieven van het bedrijfsleven in zeehavens te ondersteunen.
  • 5. 
    «Zeehavens en hun omgeving». Dit betreft afspraken over de omgang met de natuur en het effectieve gebruik van de fysieke en milieuruimte. Ook hier speelt het grotere, gezamenlijk belang een rol: welke specialisatiemogelijkheden zijn er, welke lessen kunnen we van elkaar leren?
  • 6. 
    «Havensamenwerking en borging nationale publieke belangen». Om alle ambities te kunnen waarmaken is meer samenwerking tussen de zeehavens onderling nodig en moeten alle reële mogelijkheden daartoe nader worden onderzocht. Daarover worden binnen dit thema duidelijke afspraken gemaakt.

Het werkprogramma is een momentopname. Het probeert de belangrijkste uitdagingen voor de komende twee jaar van gepaste acties te voorzien. Maar de ontwikkelingen staan niet stil. Tussentijds zal ik de voortgang bewaken en waar nodig in overleg met de partners aanpassingen in het werkprogramma doorvoeren die aansluiten bij de actuali- teiten van dat moment. Vanzelfsprekend houd ik u van de belangrijkste ontwikkelingen op de hoogte. Eind 2016 zal een nieuw werkprogramma worden vastgesteld voor de volgende periode van twee jaar.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


3.

Bijlagen

 
 
 

4.

Meer informatie

 

5.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.