Brief ministers over de commissie Feitenonderzoek, het strafrechtelijk onderzoek en de ontwikkelingen na 6 mei 2002 - Aanslag op de heer W.S.P. Fortuyn

Deze brief is onder nr. 2 toegevoegd aan dossier 28374 - Aanslag op de heer W. S. P. Fortuijn.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Aanslag op de heer W.S.P. Fortuyn; Brief ministers over de commissie Feitenonderzoek, het strafrechtelijk onderzoek en de ontwikkelingen na 6 mei 2002 
Document­datum 10-06-2002
Publicatie­datum 12-03-2009
Nummer KST62158
Kenmerk 28374, nr. 2
Van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK)
Justitie (JUS)
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2001–2002

28 374

Aanslag op de heer W. S. P. Fortuijn

Nr. 2

BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES EN VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 10 juni 2002

  • 1. 
    De aanslag op de heer W. S. P. Fortuijn

De aanslag op de heer W. S. P. Fortuijn op 6 mei jl. heeft ons land diep geschokt.

Veel vragen die hiermee in verband staan dienen op zorgvuldige wijze beantwoord te worden. In deze brief willen wij u informeren over de besluiten die dienaangaande door het kabinet zijn genomen. Tevens willen wij u inzicht verschaffen in de wijze waarop de bewaking en beveiliging van bijzondere personen en objecten is geregeld.

  • 2. 
    Naar aanleiding van de gebeurtenissen op 6 mei jl.

Naar aanleiding van de aanslag op 6 mei jl. is een aantal bijzondere besluiten genomen. Achtereenvolgens wordt ingegaan op de commissie Feitenonderzoek, het strafrechtelijk onderzoek en de ontwikkelingen als gevolg van 6 mei 2002.

Commissie Feitenonderzoek

Direct na de aanslag op 6 mei ’s avonds hebben wij bekend gemaakt dat een diepgaand en onafhankelijk onderzoek zal plaatsvinden naar de feitelijke gang van zaken met betrekking tot de veiligheid van de heer Fortuijn. Bij brief van 14 mei jl. (Kamerstuk II, 2001–2002, 28 374, nr. 1) hebben wij u geïnformeerd over de opdracht en instelling van de commissie Feitenonderzoek.

Inmiddels is de onafhankelijke commissie Feitenonderzoek onder voorzitterschap van mr. H. F. van den Haak, haar werkzaamheden begonnen. De commissie heeft tot taak integraal inzicht te verschaffen in de feitelijke gang van zaken met betrekking tot de veiligheid van de heer Fortuijn voorafgaande aan de aanslag op 6 mei 2002. Tevens zal de commissie inzicht verschaffen in de activiteiten van overheidsinstanties die in dat verband op het gebied van de veiligheid verantwoordelijkheid dragen. De commissie zal bij het onderzoek de vraag betrekken of, en de wijze waarop, verzoeken om beveiliging zijn ingediend en behandeld alsmede de wijze waarop overheidsinstanties zijn omgegaan met dreigings- en veiligheidsanalyses.

Onzerzijds wordt de volle medewerking en ondersteuning aan de commissie gegeven. De commissie wordt alle informatie ter beschikking gesteld die voor de uitvoering van haar taakopdracht dienstig is. Het betreft hier zowel informatie afkomstig uit relevante ministeries en diensten alsook van andere bij de beveiliging en bewaking betrokken instanties. Teneinde de ongestoorde voortgang van de werkzaamheden van de commissie te verzekeren, zal onzerzijds tussentijds geen informatie die voor de commissie van belang is openbaar worden gemaakt.

Wij vertrouwen erop dat de commissie zo spoedig als haar mogelijk zal zijn, verslag zal uitbrengen. Zodra de commissie haar werkzaamheden heeft afgerond en verslag heeft uitgebracht, zullen wij u dit onverwijld toezenden.

Strafrechtelijk onderzoek

Naast het feitenonderzoek van de commissie vindt het strafrechtelijk onderzoek plaats naar de moordaanslag op de heer Fortuijn. Momenteel is dit onderzoek onder de rechter en kunnen er in het belang van het onderzoek door ons geen mededelingen worden gedaan.

Het College van Procureurs-Generaal heeft in verband met het bijzondere karakter van deze zaak een begeleidingscommissie ingesteld, bestaande uit zeer ervaren deskundigen op het gebied van opsporing en vervolging van politie en het Openbaar Ministerie (OM), die de voortgang van het strafrechtelijk onderzoek zal toetsen. Met de commissie wil het Openbaar Ministerie een extra zekerheid bieden voor de kwaliteit en objectiviteit van het onderzoek. De commissie staat onder voorzitterschap van een hoofdofficier van justitie. Tussen de commissie Feitenonderzoek en het Openbaar Ministerie zijn afspraken gemaakt over de afstemming van beide onderzoeken waarbij als uitgangspunt geldt dat het strafrechtelijk onderzoek naar de aanslag op geen enkele wijze geschaad mag worden.

Ontwikkelingen als gevolg van6mei 2002

Naar aanleiding van de gebeurtenissen op en na 6 mei heeft het Kabinet een Ministerieel Beleidsteam (MBT) ingesteld, bestaande uit de ministerpresident, de minister van Justitie en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het MBT wordt voorafgegaan door een Interdepartementaal Beleidsteam, waarin vertegenwoordigers van de ministeries van AZ, BZK, Justitie, Defensie en Buitenlandse Zaken deelnemen, evenals vertegenwoordigers van de AIVD.

Aan de politieregio’s Haaglanden, Rotterdam-Rijnmond, Gooi- en Vechtstreek en de KLPD is gevraagd ambtsberichten aan te leveren waarin wordt ingegaan op de signalen die zijn binnengekomen met betrekking tot eventuele bedreigingen van de heer Fortuijn en andere personen, de meldingen die zijn gedaan over bedreigingen en welke maatregelen naar aanleiding hiervan zijn genomen. Deze ambtsberichten zijn aan de commissie overgedragen.

  • 3. 
    Bewaking en beveiliging

In deze paragraaf wordt beschreven hoe de besluitvorming rondom de bewaking en beveiliging van bijzondere personen en objecten is geregeld in Nederland. Enerzijds is de bewaking en beveiliging van bijzondere personen en objecten gebaseerd op de Politiewet 1993 (art. 2). Anderzijds is deze taak gebaseerd op verschillende internationale verdragen, waarin aan staten de verplichting is opgelegd te waarborgen dat diplomatieke of consulaire vertegenwoordigingen rustig en waardig kunnen functioneren.

Ook wordt ingegaan op de wijze waarop de besluitvorming rondom bewakings- en beveiligingstaken plaatsvindt, hoe bewakings- en beveiligingsadviezen tot stand komen en worden uitgevoerd.

Algemeen

De reguliere zorg voor veiligheid van personen en gebouwen maakt onderdeel uit van de algemene taak van de politie (Politiewet 1993, art. 2). Op het lokale niveau kunnen respectievelijk de burgemeester en de officier van justitie besluiten nemen over te treffen (extra) beveiligingsmaatregelen (Politiewet 1993, art. 14). De burgemeester is op basis van de Gemeentewet verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid in zijn of haar gemeente.

In geval van een bijzondere dreiging of veiligheidssituatie van bovenlokale, regionale of nationale betekenis wordt door ons besloten of bijzondere voorzieningen noodzakelijk zijn. In Nederland worden personen en objecten niet stelselmatig beveiligd, maar alleen wanneer er sprake is van dreiging. Een uitzondering hierop vormen de leden van het Koninklijk Huis. De beveiliging hiervan is een specifieke taak van de KLPD (politiewet 1993, art. 38).

Bewakings- enbeveiligingsadviezen

Op basis van dreigingsanalyses kan worden besloten tot het op landelijke schaal (doen) treffen van extra beveiligingsmaatregelen. Deze analyses worden uitgevoerd op basis van een daartoe strekkend verzoek aan het Nationaal Coördinatiecentrum (NCC). De toepassingspraktijk leert dat deze verzoeken worden gedaan door:

  • • 
    de Nationale Recherche Informatiedienst (NRI, de voormalige CRI) van het Korps landelijke politiediensten (KLPD), de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) en/of de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD),
  • • 
    één of meer instanties die in de Grote Evaluatiedriehoek (GED) zijn vertegenwoordigd of de GED in het geheel,
  • • 
    of namens de ministers, (vice-)voorzitters van de hoge colleges van staat (bijvoorbeeld door de Beveiligingsambtenaar),
  • • 
    of namens de commissarissen van de Koningin, de burgemeesters, de procureurs-generaal of de hoofdofficieren van Justitie.

Voorstellen voor eventueel te treffen (extra) bewakings- en beveiligingsmaatregelen worden door de zogenoemde Technische Evaluatiecommissie (TEC) geformuleerd op basis van de beschikbare informatie. In de TEC zitten vertegenwoordigers van de ministeries van Justitie, BZK en Defensie en van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Sedert de gebeurtenissen in de Verenigde Staten op 11 september 2001 neemt een vertegenwoordiger van het Ministerie van Algemene Zaken regelmatig deel aan de beraadslagingen in de TEC en de zogeheten Grote Evaluatiedriehoek (GED). Voorzitter van de TEC is een vertegenwoordiger van het NCC van het ministerie van BZK. De TEC maakt voor zijn beraadslagingen gebruik van de informatie van de inlichtingenen veiligheidsdiensten en van de politie.

In de Grote Evaluatiedriehoek worden op basis van de voorstellen van de TEC namens ons de dreiging en de bewakings- en beveiligingsadviezen vastgesteld. In deze GED zitten namens de betrokken ministers de directeur-generaal Openbare Orde en Veiligheid van het ministerie van BZK, de directeur-generaal Rechtshandhaving van het ministerie van Justitie en de directeur Beveiliging van de AIVD. Daarnaast neemt een vertegenwoordiger uit het SG/DG-beraad van het Ministerie van Buitenlandse Zaken deel als permanent adviseur. In die gevallen waarin Defensie-belangen aan de orde zijn, neemt de directeur Juridische Zaken van het ministerie van Defensie deel aan de besluitvorming binnen de GED.

Uitvoering bewakings- en beveiligingstaken

De uitvoering van de geadviseerde maatregelen is sterk afhankelijk van de situatie en omstandigheden ter plekke. Er worden twee vormen van bewaking en beveiliging onderscheiden. Enerzijds de persoonsbeveiliging en anderzijds de objectbewaking. De Minister van Justitie is verantwoordelijk voor de uitvoering van de persoonsbeveiliging. De Minister van BZK adviseert – door tussenkomst van het NCC – via de Commissarissen van de Koningin de betrokken burgemeester(s) en regionale politiekorpsen aangaande bewakings- en beveiligingsmaatregelen ten aanzien van objecten.

De GED kan uit voorliggende informatie en/of inlichtingen vaststellen dat een specifiek persoon extra beveiliging behoeft. In dat geval wordt door de minister van Justitie opdracht gegeven aan de divisie Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging (dKDB) van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) deze taak uit te voeren, vanzelfsprekend in nauwe samenwerking met het betrokken regionale politiekorps en/of de Koninklijke Marechaussee. De uitvoering geschiedt onder het gezag van de minister van Justitie. Voor de beveiliging van Nederlandse en buitenlandse militairen draagt de Brigade Speciale Beveiligingsopdrachten van de Koninklijke Marechaussee zorg.

De bewaking en beveiliging van objecten wordt uitgevoerd door de regionale politiekorpsen onder verantwoordelijkheid van de burgemeester en/of de officier van justitie. In die uitvoering van de te treffen bewakings-en beveiligingsmaatregelen zijn verschillende vormen en gradaties mogelijk.

In uitzonderlijke omstandigheden kan de Minister van BZK de burgemeester een aanwijzing geven voorzover het betreft het door hem ter handhaving van de openbare orde te voeren beleid, bijvoorbeeld indien de veiligheid van de Staat in gevaar komt of de betrekkingen van Nederland met andere mogendheden dan wel zwaarwegende belangen van de samenleving kunnen worden geschaad.

Mede naar aanleiding van de ervaringen die zijn opgedaan na de gebeurtenissen in de Verenigde Staten van 11 september 2001 is op 15 april jl. in de GED een projectplan vastgesteld voor een herziening van de huidige werkwijze betreffende de bewaking en beveiliging van personen en objecten.

  • 4. 
    Slot

Indien hiertoe aanleiding ontstaat zullen wij u nadere informatie verschaffen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K. G. de Vries

De Minister van Justitie, A. H. Korthals

 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.