Voorstel van wet - Invoering in de inkomstenbelasting yan een vrijstelling ter zake van inkomsten uit kamerverhuur

Nr. 2

VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in de Wet op de inkomstenbelasting 1964 een vrijstelling op te nemen ter zake van inkomsten uit kamerverhuur ter stimulering van het kameraanbod; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In de Wet op de inkomstenbelasting 1964 (Stb. 1990, 103) worden de volgende wijzigingen aangebracht.

A. Aan artikel 22 wordt toegevoegd: 3. In afwijking van het eerste lid, aanhef en onderdeel b, worden op verzoek van de belastingplichtige de door hem ter zake van het houden van kostgangers genoten inkomsten voor het deel dat betrekking heeft

S-BEL

11479 2FISSN0921 -7371 Sdu Uitgeverij Plantijnstraat '

s Gravenhage 1991