Ontwerp van wet - Wijziging van de Dienstplichtwet en van de Wet gewetensbezwaren militaire dienst - Hoofdinhoud

Nr.2

ONTWERP VAN WET

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de vervroeging met een jaar van de inlijving van dienstplichtigen een aanzienlijke financiële besparing zal opleveren, zomede dat voor vrijstelling wegens broederdienst de vrouwelijke militair op één lijn kan worden geplaatst met de mannelijke militair en dat de procedure van de indiening van beroepschriften kan worden vereenvoudigd; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Dienstplichtwet wordt als volgt gewijzigd: A. Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid vervalt onderdeelfen wordt de aanduiding van het onderdeel g gewijzigd in f. 2. Een zesde lid wordt toegevoegd, luidende: 6. Waar in deze wet gesproken wordt van broeder wordt daaronder verstaan de wettige broeder of wettige halfbroeder en wordt daaronder mede begrepen de wettige zuster of wettige halfzuster.

2 vel

Tweede Kamer, zitting 1976-1977, 14279, nrs. 1-3